Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uiteindelijke doel is opleiding tot lerares

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uiteindelijke doel is opleiding tot lerares

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Naailes hoorde er vroeger gewoon bij. Toen ik van de Mulo kwam, zei mijn moeder: „Zo en nu ga je natuurlijk naar naailes toe". Dat was gewoon in die tijd, zeker als je geen huishoudschool had gedaan".

Aan het woord is de vooorzitster van de stichting Partikulier Modevakonderwijs Nederland, die vertelt hoe ze er toe is gekomen om naailes te nemen. Nu doet ze met haar lessen van vroeger heel wat meer dan zelf een jurk maken. Doordat ze in de Stichting zit, met onder andere haar man, is ze op het brede terrein van de zelf-maak-mode bezig.

De Stichting die in 1973 is opgericht, bestond al vanaf 1937 in verenigingsvorm en is als zodanig gestart in Doetinchem. Over het doel en het werk van de stichting vertelt mevrouw Reezigt, terwijl haar man een en ander nog verduidelijkt: „Het belangrijkste is dat onze Stichting in het hele land leraressen lieeft zitten die naailes geven. We geven naailes aan iedereen. Dat kan variëren van meisjes van 'n huishoudschool die op donderdagmiddag komen, tot de opeiding tot coupeuse of lerares, dus zowel voor huis-tuin-en-keuken gebruik als voor een gedegen opleiding tot naailerares.

Hoewel we niemand dwingen is ons uiteindelijke doel toch de opleiding tot lerares. We geven les in groepsverband en proberen zoveel mogelijk mensen van dezelfde leeftijd bij elkaar te voegen, zodat op de ene avond wat oudere dames les krijgen en een volgende middag een groep jonge meisjes. De groep van leerlingen bestaat meestal uit zo'n 10 tot 12 mensen. Veel meer moet je er niet hebben, omdat bij dit werk iedere leerling zijn eigen benadering vraagt. Vandaar dat ik tijdens de lessen die ik geef ook voortdurend rondloop om te kijken wie waar mee bezig is. Je moet steeds overschakelen. Als de ene leerling met een zoom bezig is, is een ander de mouwen aan het stikken. Overigens merk ik wel dat de meisjes van een huishoudschool duidelijk wat tekort komen op school. Vooral als je ziet met hoeveel enthousiasme ze hier vaak hun werk doen. Heel dikwijls hoor ik dan ook: „Dat krijgen we op school helemaal niet".

Lerares

,,Op de vervolgopleiding, waarover ik zoëven sprak, zijn dus eigenlijk onze basislessen gericht. Deze vervolgopleiding bestaat uit een opleiding tot coupeuse, waarna de mogelijkheid bestaat om verder te gaan voor lerares. Het gebeurt ook wel dat we hier coupeuses krijgen die voor lerares verder willen gaan. Als lerares mag je dan zelf een naaischool oprichten of in dienst gaan bij een naaischool om daar les te gaan geven. Natuurlijk kan men ook kleding gaan maken voor particulieren. Les geven aan een huishoudschool of andere middelbare opleiding kan met deze opleiding niet.

De duur van de opleiding is ongeveer vijf tot zes jaar, voordat je lerares bent, afhankelijk van capaciteiten en intelligentie. Om het echter in een kortere tijd te doen, is bijna onmogelijk want iemand die geen coupeuse is, doet er al gauw drie jaar over om dat te worden. Daarna duurt het nog eens drie jaar voordat men lerares is. Echt, je moet je goed realiseren waar je aan begint. Ongeduldige mensen die binnen een jaar een naaischool willen oprichten, moeten we deze opleiding beslist afraden. Het zal dan toch op een grote teleurstelling uitlopen.

De meeste vrouwen hebben één keer in de week les. Dat kan zijn op een avond, maar ook overdag alhoewel dat minder voorkomt. Het meest ideaal zou de volgende combinatie voor lerares en leerling zijn; een leerling die part-time in een modezaak werkt en de rest van de tijd de opleiding zou volgen. Dat zijn immers ook de mensen die het meest gemotiveerd zijn. Ik geef zelf ook les en ben dan bijna elke avond bezet. Vooral in een gezin met opgroeiende kinderen is dat niet altijd even leuk."

Deelnemers

„Door het hele land zijn de deelnemers van de Stichting te vinden. Momenteef zijn er zo'n 26 leraressen in verschillende delen van het land werkzaam. Zij geven les aan jonge meisjes en oudere dames om hen de eerste beginselen van het naaien bij te brengen, maar ook leiden zij op tot zelfstandig naailerares. Zo zitten er bijvoorbeeld twee leraressen in Veenendaal, vérder één in Ochten, in Den Haag, in Zwolle, in Maastricht en zo nog in twintig plaatsen van ons land. Belangrijk is het lesgeven op een vormingsinstituut. In Barneveld geeft een lerares van 't vormingsinstituut les aan de hand van de methode die de Stichting hanteert. Deze lerares heeft zich laten herscholen. De resultaten die zij bereikt, zijn erg goed. Het is namelijk gebleken dat de meisjes op vormingsinstituten vaak thuisblijven, omdat daar niets is wat hen trekt. Om daar wat aan te doen, is men begonnen met het opzetten van de naailessen in deze vorm. En inderdaad, veel meisjes zijn geïnteresseerd geworden en gaan weer met plezier naar school.

Er bestaat op het gebied van zelf kleding maken namelijk nogal wat onwetendheid. Onze oudste dochter die graag in het mode-vak verder wilde gaan, stuitte op veel onbegrip op school en zij werd vaak behandeld alsof het een minderwaardig beroep zou zijn. Zo van „met Havo ga je toch geen naailerares worden". Ooic sommige mensen die hier les komen nemen, zijn in het begin van mening, dat zelf kleren maken erg „goedkoop" is. Wanneer de cursus afgelopen is, zijn ze vaak erg enthousiast over hun zelfgemaakte kleren. Dan staan ze voor de spiegel en zeggen: „Heb ik dat gemaakt?" Het mode-vakonderwijs staat nog op een vrij laag pitje. Mensen die hun beroep helemaal in de mode zoeken, moeten hun opleiding vaak in het buitenland volgen.

Na de opleiding of beter gezegd aan het eind ervan, wordt het examen gehouden. Dit examen wordt samengesteld door bestuursleden van de Stichting, iets waar trouwens erg veel werk in gaat zitten, want kort na het examen moet al het werk natuurlijk beoordeeld worden en nagekeken. De examens worden gecontroleerd door de minister van Onderwijs. Er wordt gesurveilleerd door een lid van de Stichting, geassisteerd door een Rijksgecommitteerde. Wanneer aan de gestelde eisen wordt voldaan (het examen bestaat uit een theoretisch en praktisch gedeelte) wordt er een diploma uitgereikt, Als ik u vertel dat er ieder jaar weer huilende gezichten te zien zijn, hoeft u niet te vragen of de examens erg gemakkelijk te maken zijn. Een ieder die zich hier aan komt melden waarschuw ik dan ook met een „Onderschat het alsjeblieft niet!" Daar staat tegenover dat iemand die het in zijn vingers heeft en het werkelijk wil, er veel voldoening aan zal beleven".

Vooropleiding

„Het is echt wel leuk om zelf kieren te maken. Wij maken uitsluitend maatwerk en leren dat ook onze leerlingen. Een enkele keer komt er wel eens iemand met een patroon uit Knip of Marion, maar daar maken we beslist geen gewoonte van. Tegen maatwerk wordt vaak erg raar aangekeken. Maar juist met maatwerk kan je eigen smaak en voorkeur helemaal naar voren komen.

Een coupeuse moet bepaalde handelingen onder de knie hebben voordat ze de opleiding tot lerares kan gaan volgen. Zo is er bijvoorbeeld de „pomp". Dat houdt in dat ze veranderingen moeten kunnen aanbrengen, dus een jurk langer maken of een zijnaad innemen. De haute couture is de handigheid om avondkleding te maken, maar daar komt wel meer bij kijken dan alleen maar een avondjapon in elkaar zetten. Zo moetje bijvoorbeeld zodra iemand binnenkomt, kunnen peilen wat de smaak van die persoon is. Bovendien moeten afwijkingen aan het figuur ook geconstateerd worden eri met deze gegevens moet gewerkt kunnen worden. Dat zijn bepaalde eisen die gesteld worden aan een lerares. Verder staat er op de lijst van verplichte vakken onder andere: ontwerpen, patroon tekenen, bontkennis, didactiek, proportieleer, naaien, pedagogiek enzovoort. Hieruit blijkt wellicht nog meer dat de opleiding niet onderschat moet worden.

Rond de vooropleiding bestaan wat problemen. Het is namelijk erg moeilijk om een bepaalde vooropleiding verplicht te stellen. Je komt dan twee probleemsituaties tegen. Ten eerste de mensen met een vooropleiding op Mavo- of Havo-niveau, die eigenlijk te weinig van de praktijk afweten. Ten tweede zijn daar de mensen die erg handig in naaien zijn, maar van wie het intelligentiepeil eigenlijk te laag is, als zij tenminste lerares willen worden. Want dan is een bepaald inzicht in pedagogie (opvoedkunde) toch wel nodig. Vandaar dat we deze mensen zodra ze beginnen aanraden om een cursus algemene ontwikkeling te volgen. Tot nu toe hebben we geen verplichte vooropleiding vastgelegd. Steeds worden de leerlingen van geval tot geval bekeken, wat toch wel de beste methode blijkt. Van overheidswege is het gelukkig ook nog niet verplicht. Pas wanneer dat het geval zou worden, komen we in de problemen. We zouden dan mensen moeten afwijzen die eigenlijk zeer geschikt zijn maar alleen te weinig opleiding hebben genoten.."

De Stichting Partikulier Modevakonderwijs Nederland wil iedereen die geïnteresseerd is graag alle inlichtingen verstrekken. Voor meer informatie kan men zich wenden tot de heer en mevrouw Reezigt, Zuiderzeestraatweg 99, 8096 BE Oldebroek, telefoon 05253 - 2166.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 1980

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's

Uiteindelijke doel is opleiding tot lerares

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 februari 1980

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's