Gardisten geschokt door gruwelen in Santa Fé
Informanten werden door medegevangenen afgeslacht
,,Ik zag ze een vent met snijbranders de ogen uitbranden", vertelde een gevangene aan verslaggevers, die maandag in de nog smeulende strafinrichting werden toegelaten. De gruwelijkheden, waar maandag tijdens het zoeken naar slachtoffers op werd gestuit, maakten sommige Gardisten onpasselijk.
Binnen het complex woeden nog enkele branden, terwijl ongeveer 250 Gardisten waken over 1.100 gevangenen, die op en binnenplaats in tenten zijn ondergebracht.
Gouverneur Bruce King van de staat New-Mexico verklaarde dat in de gevangenis 32 doden zijn geborgen en dat zeven slachtoffers onderweg naar plaatselijke ziekenhuizen overleden zijn wegens een overdosis verdovende middelen. Vijftien gedetineerden worden nog vermist. Het gevangenisoproer wordt het ergste genoemd sinds de opstand in Attica in 1971, waarbij 43 mensen de dood vonden.
Gevangenen verklaarden dat na het uitbreken van de opstand op zaterdagochtend een groep de cellen langs ging om medegevangenen met snijbranders, bijlen en metalen staven te martelen. Sommigen werden onthoofd.
Gevangenisfunctionarissen verklaarden dat de opstandelingen, die aanvankelijk alleen maar een verbetering van hun omstandigheden eisten, in de directiebureaus vertrouwelijke documenten hadden gevonden, met daarin de namen van informanten onder de gevangenen. Dat was het moment waarop het bloedbad begon.
,,Er was een executiepeloton van zeven gevangenen", zei een gedetineerde. Een officier van de Nationale Garde, Alfred Ortiz, hilp zondagavond 22 lijken bergen. Hij zei dat één van de doden een staaf door zijn hoofd had. „Er stak een staaf in zijn hoofd van het ene oor naar het andere. Die zat er nog in toen wij het lichaam weghaalden", zei hij. Ortiz verklaarde dat veel doden eerst waren gefolterd. ,,Een had een touw nog om zijn nek en zijn hoofd hadden zij ingeslagen", zei hij, ,,het was gruwelijk."
Een secretaresse, Margaret Babcock, zei van buiten de gevangenis met een verrekijker getuige te zijn geweest van de foltering van een gevangene. ,,Vier of vijf man hielden hem vast en brandden zijn hoofd en gezicht met een snijbrander. Hij schreeuwde het uit. Ik kon mijn ogen niet geloven, het was een nachtmerrie."
Een gevangenbewaarder en negen gedetineerden verkeren nog in levensgevaar. Zeven Gardisten en 55 gevangenen zijn in ziekenhuizen opgenomen en 14 worden behandeld voor overdoses verdovende middelen.
Funcionarissen verklaarden dat het 50 miljoen dollar kon kosten om de oude gevangenis door een nieuwe te vervangen. Ue oude was gebouwd om 850 gevangenen te huisvesten, maar op het moment dat het oproer uitbrak herbergde het gebouw 1.136 gedetineerden .
Verwoestingen
Delen van de gevangenis die maandag aan verslaggevers werden getoond waren nagenoeg geheel verwoest. De ruiten waren geljroken en de vloer stond blank. Het enige stuk dat vrijwel onaangeraakt leek, was de bibliotheek. De sportzaal brandde maandag nog.
Alle 15 cipiers en andere personeelsleden die in gijzeling waren genomen hebben het incident overleefd. Toen het oproer uitbrak, hadden slechts 18 bewaarders dienst.
Cipier Fred Herrera zei: ,,Van sommigen is het gezicht helemaal weg." Senator Ben Altamirano van NewMexico zei een zwarte gevangene te hebben gezien, wiens hoofd was afgekapt en tussen de benen gepropt. Een ander was een arm afgehouwen, voor hij uit een bovenraam werd gegooid. ,,Voor zover wij dat kunnen beoordelen, was er geen sprake van rassenhaat", verklaarde politie-officier Charlie Anaya, ,,het ging alleen maar om de verklikkers."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 5 februari 1980
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 5 februari 1980
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's