Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Loonwerkers vervuUen een onmisbare junctie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Loonwerkers vervuUen een onmisbare junctie

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

M. H. BERKHOF ...spreiding erg belangrijk.,..

raakte echter zoveel grond kwijt aan industrievestigingen, dat hij te weinig overhield om een redelijk inkomen te behalen. Zodoende is hij begonnen in de loonwerkerij. Dat is erg goed gegaan, want het bedrijf beschikt nu over een machinepark, waarin ver over de miljoen gulden is geïnvesteerd. Dat is nogal wat en onze vraag was dan pok hoe het mogelijk was om in een zo betrekkelijk korte tijd zo'n bedrijf op te bouwen, waarin behalve de eigenaar en een drietal zoons, ook nog een vijftal medewerkers een boterham verdienen. Berkhof vertelde dat vooral de geweldige opkomst van de snijmaïs een grote stimulans voor het bedrijf is geweest. Met succes heeft men zich op het zaaien en oogsten van dit gewas geworpen. Daarnaast heeft Berkhof het voorrecht, dat zich onder zijn elf kinderen een aantal jongens bevinde.n, die wat zagen in de business van vader. Ze volgden een technische opleiding wat tot gevolg heeft, dat alle reparaties aan de machines in eigen beheer worden verricht. En dat is nog niet alles. Vaak worden gekochte werktuigen nog wat veranderd en zo beter aangepast aan de praktijk. Het werk kan daardoor soms beter en vlugger worden gedaan door Berkhof dan door anderen.

Investeringen

Een verhaal op zich is toch ook wel de manier Ook voor het oogsten van veldbonen wordt kostbare apparatuur ingeschakeld. Velen verwachten, dat dit oude Nederlandse gewas een nieuwe grote vlucht kan nemen. waarop de grote' investeringen worden gefinancierd. De in het bedrijf werkzame zoons van Berkhof nemen genoegen met zakgeld. Ze verdienen wel een normaal salaris, maar met aftrek van het zakgeld wordt het gehele loon geïnvesteerd in de zaak. Dat wordt iedere week netjes aangetekend en zo verwerven de zoons een aandeel in de zaak, terwijl de financiering geen problemen oplevert. Natuurlijk wordt het anders als er een huwelijk in zicht komt. De oudste zoon is nu getrouwd en dan moet een gewoon salaris worden uitbetaald. Al met al toch een prachtig stukje particulier initiatief, dat in onze tijd helaas steeds zeldzamer wordt.

Vooral in de oogstperioden wordt er hard gewerkt in het loonbedrijf. „Er zijn weken, dat we 's nachts maar weinig op bed komen", zegt Berkhof. „Daar staat dan tegenover, dat we het 's winters wat gemakkelijker hebben. Dan kunnen we soms niet zoveel beginnen, hoewel we altijd genoeg hebben te doen met het in orde houden van onze machines. Maar ook in een lange winter ais vorig jaar gaat er niemand de WW in. Dat ligt ons niet".

Veldbonen

Het is natuurlijk van het grootste belang, dat de machines zoveel mogelijk bezig zijn dus dat de spreiding van het werk zo groot mogelijk is. Dat brengt ons op een produkt, dat we wel een beetje de hobby van Berkhof kunnen noemen, de kievit- of veldbonen. Veldbonen zijn een oud inheems Nederlands gewas, dat vroeger vrij veel werd geteeld. De meeste mensen zullen het niet meer kennen, maar men kan het beschouwen als een soort veredelde bruine boon, erg fijn van smaak. In 1930 werd er nog 12.000 hectare van deze tonen in ons land geteeld, maar in 1970 was dat nog maar 50 hectare. Nu staat het produkt weer sterk in de belangstelling hetgeen vo-. rig jaar resulteerde in een verbouwde oppervlakte van 500 hectare. Het is nu al bekend,-dat er dit jaar opnieuw een flinke uitbreiding is te verwachten. De veldbonen die nu worden verbouwd zijn niet bestemd voor menselijke consumptie. Het gehele gewas wordt verhakseld en blijkt dan een bijzonder goed veevoer op te leveren voor melkvee, mestvee, jongvee en fokzeugen. Door het hoge eiwitgehalte vormen veldbonen een nog completer ruwvoer dan snijmaïs. De dieren blijken het smakelijke produkt niet zat te worden. De opname is en blijft zeer goed.

Voor veel boeren is het produkt ook daarom zo geschikt omdat het veel drijfmest kan hebben. De tegenwoordig hoge veebezetting op de bedrijven geeft grote problemen voor de afvoer van mest, die men soms maar moeilijk kwijt kan. Een ander argument is de vruchtwisseling. Het blijkt namelijk, dat als regelmatig op een stuk grond hetzelfde produkt wordt verbouwd. de opbrengst minder wordt.

Energiebesparing

Een sterk argument van de propagandisten van veldbonen is de energie-, besparing die de verbouw van veldbonen oplevert. Het produkt heeft namelijk geen stikstofbemesting nodig. Integendeel, het laat nog stikstof in de bodem achter. Voor de produktie van 1 kilo zuivere stikstof is 1,45 kubieke meter aardgas nodig. Berekeningen hebben tot de conclusie geleid, dat als er in de toekomst een 50.000 hectare aan veldbonen zouden worden verbouwd, dit een aardgasbesparing van bijna 22 miljoen kubieke meter aardgas zou opleveren.

„Vooral bij graslandver nieuwing denk ik, dat de teelt van veldbonen ideaal is", aldus Berkhof. „Als men in het najaar he^ gras gescheurd heeft met de bedoeling om in het voorjaar opnieuw in te zaaien, is een tussenteelt van veldbonen ideaal. Hei gewas is vroegtijdig; in juli, weer van de akker en dan is het een veel geschiktere tijd om grasland in te zaaien. Voor ons als loonwerkers komt die oogsttijd van juli prachtig uit. We hebben de grasen hooioogst achter de rug, terwijl de maïsoogst wat later yalt".

Bij ons doet deze uitspraak de gedachte-opkomen of Berkhof dan niet voor eigen straatje de ver bouw van veldbonen propageert. Dat idee wijst hij echter radicaal van de hand. „Dat kan niet; zo kan je niet werken. Het mag voor ons dan gunstig zijn, maar ook de boer moet er voordeel aan beleven. Als die boer over de juiste, in dit geval lage en vochthoudende, grond beschikt ben ik er van overtuigd dat hij van dit produkt veel plezier zal beleven".

Met deze uitspraak zijn we dan weer bij de uitgangspunten van de goede loonwerker aangeland. Hij dankt zijn bestaan aan het feit, dat hij de agrariërs goede diensten kan bewijzen. ,,Als ik alleen naar eigen rentabiliteit zou kijken, was ik gauw uitgepraat, maar als blijkt dat mijn advies juist was dan kan ik terugkomen", zo beëindigt Berkhof het gesprek.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 maart 1980

Reformatorisch Dagblad | 68 Pagina's

Loonwerkers vervuUen een onmisbare junctie

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 maart 1980

Reformatorisch Dagblad | 68 Pagina's