Mosterdgas

STOCKHOLM — Bij een landing in Groot-Brittannië in de Tweede Wereldoorlog hadden de Duitse militairen rekening moeten houden met vergiftige stranden en met dodelijke chemische wapens. Dat staat in een vandaag in Stockholm gepubliceerd rapport van het internationale instituut voor vredesonderzoek (SIPRI).
De samenstellers van het rapport hebben de ontwikkeling van chemische wapens sinds de Eerste Wereldoorlog en de eerste bombardementen ermee tijdens de burgeroorlog in de Sowjetunie bestudeerd. Op basis van niet eerder gepubliceerde documenten van de Britse regering onhult het boek „Gevolgen van chemische oorlogvoering" plannen die de regering in Londen had om de stranden langs het Kanaai met gif te besproeien als de Duitsers een invasie zouden plegen.
Over een afstand van 11.000 vierkante km zouden 6.000 mosterdbommen van elk 30 kilo op de stranden gegooid worden, aldus een notitie van het ministerie voor luchtvaart uit 1941. De operatie, die als codenaam „Plan Y" had, werd voorbereid door het hoofd van de afdeling chemische oorlogvoering op het ministerie van oorlog en de militaire leiders gingen akkoord met de produktie en opslag van mosterdgas op plaatsen waar een invasie zou kunnen worden uitgevoerd. Volgens het boek heeft Groot-Brittannië zijn chemische wapens uitgeprobeerd in het Algerijnse deel van de Sahara en in Nigeria.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen