Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opgemerkt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opgemerkt

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Deze rubriek is bedoeld om te reageren op de inhoud van het Reformatorisch Dagblad. Alle inzendingen moeten voorzien zijn van naam en adres van de opsteller en van de titel van deze rubriek. Plaatsing van ingezonden brieven betekent niet dat de redactie van het RD met de inhoud daarvan instemt. De redactie behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor zonder opgaaf van redenen bepaalde reacties In te korten of niet te plaatsen.

Abortusstandpunt
De predikanten T. Harder en J. J.Rebel kregen van de classis te Amersfoort tot 6 maart 1985 de gelegenheid om op hun standpunt inzake abortus provocatus terug te komen. Als prof. Boertien en de zijnen menen te moeten reageren op onder andere de handelwijze van de classis Amersfoort ten opzichte van bedoelde predikanten, hebben zij zich dan voldoende gerealiseerd dat deze classis, staande in het ambt, zich deswege gebonden weet aan Schrift en belijdenis? Dat die gebondenheid als richtsnoer gold bij haar besluitvorming. Alvorens genoemde brief te doen uitgaan naar de Studentenbond RCGS lagen er toch nog andere wegen open? Wanneer bedoelde briefschrijvers spreken over vrijwillig aangegane binding aan Schrift en belijdenis (zij spreken over leden van dezelfde kerkgemeenschap) komt bij mij de vraag op: hebben prof. Boertien en de zijnen een andere uitleg/interpretatie van het betreffende (Schriftgedeelte) dan genoemde classis? Ik geloof niet dat bijvoorbeeld de DKO in dezen reden tot misverstand kan geven. Als de briefschrijvers spreken over een aanval op het liberaal geachte abortusstandpunt van de predikanten T. Harder en J. J. Rebel vraag ik mij af: hoe vertaal ik vanuit de Heilige Schrift „de vrijheid in gebondenheid". Er komen teleurstellende associaties naar voren want ik proef een bepaalde agressieve druk. Men dreigt immers tot actie over te gaan als de twee predikanten worden geschorst? Hoe kan men zover komen, dat een classis (in haar competentie normaal functionerende) er bij voorbaat via de media kennis van kan nemen dat naar aanleiding van eventueel toekomstig censureel handelen „binnenkerkelijke acties zullen worden ondernomen „onder andere ten doel hebbende de „bescherming" van eerder genoemde predikanten??
Zuidland                                                                                                                        W. van Doorn.

Overloon
Tijdens het congres over NSB, fascisme en nazisme in Overloon bestempelde prof. Zondergeld van de Vrije Universiteit te Amsterdam onder andere de OSL Stichtingen voor Vrijheid en Veiligheid als een van de verontrustende rechtse verschijnselen (RD 2 maart 1985). Het is maar vanuit welke politieke hoek het verontrustende wordt gezien. Wanneer de professor meent, dat onze standpunten
• voor een consequent NAVO lidmaatschap,
• een democratische samenwerking zonder terreur en/of intimidatie van bezettingen, ordeverstoring, inbraken en burgerlijke ongehoorzaamheid,
• dat Nederland geen plaats heeft voor alle buitenlanders, het communisme even zo niet erger is als het nazisme en fascisme enz. enz. een verontrustend verschijnsel is, dan zullen hij en zijn medestanders daar mee moeten leren leven. Wij zijn niet van plan ons door die eenzijdige politieke verontrusting van onze standpunten te laten afbrengen.
Berkel en Rodenrijs                                                                                                     P. J. G. A. Ego, voorzitter
                                                                                                                                         OSL Stichtingen voor Vrijheid
                                                                                                                                         en Veiligheid

Boekenweek
Het artikel van H. H. J. van As in het RD van 1 maart over de Boekenweekuitgaven geeft aanleiding tot vragen. Toegegeven, er valt de laatste jaren veel op de boekenweekgeschenken af te dingen Een paar titels die Van As noemt, illustreren dat met recht. Maar mag je dan alles over een kam ondcrtcscheren van „onvoorstelbare rommel"? Is de Bommelstrip „De andere verwereld" dat? „Mooi kado" van S. Carmiggelt, dat geenszins geïnspireerd is door „bruine kroegen en diepe glaasjes", maar over boeken en schrijvers gaat, was juist eindelijk weer eens een geschenk dat een bezoek aan de boekhandel rechtvaardigde!
Waarom, als er toch namen genoemd worden, blijven die van Elisabeth de Jongh-Keesing („De zalenman"), Anton Koolhaas („Een schot in de lucht"), prof. Presser („De nacht der girondijnen"), Theun de Vries („Het zwaard de zee en het valse hart") en Jan de Hartog („Herinneringen van een bramzijgertje") ongenoemd, al was het maar voor het evenwicht? Allemaal rommel?
Zo doe je mensen onrecht. Het voorbeeld van Carmiggelt maakt dat duidelijk.
„Kronkel", dat is bekend, drinkt al vele jaren zelf geen druppel alcohol en is ook zeker geen schrijver van kroegenboekjes (meer). Dat hij niet in God gelooft, is waar en betreurenswaardig. Maar dat is toch geen reden om niet te vermelden hoe mild en vol respect hij over mensen schrijft, en dat zonder onvertogen woorden?
In de krant van 2 maart schrijft G. Roos over het waarheidsgehalte van nieuws en dat daarmee de kous niet af is. Terecht, en de RD-redactie is het vast en zeker ook over de eerste helft van die stelling eens. Juist daarom bevreemdt het, dat Van As zo nadrukkelijk breeduit voor zijn onderwerp gaat staan, waardoor de waarheid lelijk in het gedrang komt. Een krant die uit wil gaan van geloofsprincipes, zou aan kwaliteit winnen door respect voor de waarheid en voor (zelfs ongelovige) mensen!
Lienden                                                                                                                                              A. Suijker

Dat de heer Suijker een andere „literaire" smaak huldigt dan de mijne is hem niet kwalijk te nemen. Dat hij slecht kan lezen kan ik ook niet helpen. Ik wees (met anderen, ook buiten de RD-sfeer en op gans andere gronden) het profane boek van Marten Toonder af, betoogde dat Carmiggelt vooral bekend is als Kronkel van de bruine kroegverhalen en prees een hele serie literaire auteurs, wie ooit werd gevraagd om zo'n geschenk te schrijven. Onder hen: Pressor, Theun de Vries, Borderwijk, aafjes, Haasse, etc. Ik recenseerde niet alle 50 boekjes sinds 1930.

 

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 maart 1985

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Opgemerkt

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 maart 1985

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's