ALS KAT EN HOND
De psalmregels „Ai ziet, hoe goed, hoe lieflijk is 't, dat zonen van 't zelfde huis als broeders samenwonen", zijn nog steeds niet van toepassing op de verhoudingen in de Tweede-Kamerfractie van de RPF. Veeleer is er sprake van dat Leerling en Wagenaar als kat en hond samenwonen. Dat bleek eind vorige week opnieuw uit de verklaring die fractievoorzitter Leerling het licht deed zien.
Leerling maakte daarin duidelijk dat hij tot de verkiezingen van volgend jaar het noodverband met Wagenaar wilde volhouden „hoe zwaar die opgave ook mag zijn". Tenzij Wagenaar alsnog tot „bekering" komt, is hij als kandidaat op de lijst voor Leerling niet meer aanvaardbaar.
Dat betekent wel dat de RPF nog lang niet uit de problemen is. Ook al mag dan op de laatste federatieraadsvergadering een vrij grote mate van overeenstemming bereikt zijn over koers en presentatie van de partij, daarmee is de strijd over de concrete vertaling in het parlementaire werk nog niet afgesloten. Integendeel.
Het ziet er naar uit dat beide kamerleden bezig zijn hun achterban te mobiliseren, met het oog op de kandidatenlijst die straks moet worden opgesteld. Daardoor worden allerlei tegenstellingen de partij ingedragen. Tegenstellingen die voor een belangrijk deel van persoonlijke aard zijn. Beide RPF-kamerleden zijn nogal erg overtuigd van eigen gelijk en eigen bekwaamheid. Daarbij is wel duidelijk dat Leerling, althans voorlopig, de meerderheid van de partij achter zich heeft. Maar dat neemt niet weg dat Wagenaar ook zijn aanhangers heeft, op wie hij kan rekenen. Die roeren zich via het comité Eenheid en Verzoening. Daar komt bij dat Wagenaar al een hele staat van dienst in de RPF had, toen Leerling pas kwam kijken.
Uit dit alles behoeft men nog niet af te leiden dat de RPF reddeloos verloren is. Ook al zijn de problemen niet gering. De RPF is een betrekkelijk jonge partij waarin mensen van diverse kerkelijke en politieke herkomst bijeengekomen zijn. Een duidelijke partijlijn ontbreekt nog. Van een zekere partijtraditie is nog veel minder sprake.
Dat laatste kon men ook als een pluspunt beschouwen. Het gaf de RPF een tijd lang het beeld van een frisse, jonge partij, niet zo star en strak als de SGP of het GPV. Na alle ruzies in partijbestuur en Tweede-Kamerfractie, zullen veel orthodox-protestantse kiezers daar nu wel anders tegen aankijken.
Het zou voor de RPF het beste zijn om bij de komende TweedeKamerverkiezingen maar met een schone lei te beginnen en noch Leerling, noch Wagenaar op de kandidatenlijst te zetten. Althans niet op een verkiesbare plaats. Hoogstens ergens onderaan op de lijst. Er moeten toch wel andere kandidaten beschikbaar zijn, die in vrede met elkaar kunnen samenwerken en waarin een brede hoofdstroom van RPF'ers zich kan herkennen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 18 maart 1985
Reformatorisch Dagblad | 10 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van maandag 18 maart 1985
Reformatorisch Dagblad | 10 Pagina's