Noordwijkse hulp goed besteed in Boven Volta

Deze met zoveel enthousiasme begonnen trip is niet geheel naar wens verlopen. Bij het overschrijden van de Algerijnse grens ontstonden er problemen, zodat een van de bussen en een chauffeur de terugtocht moest ondernemen. Uiteindelijk is de volkswagenbus, bestemd voor de school van Frère Isidore, wel op de plaats van bestemming aangekomen. Het rapport van de studenten meldt, dat het voertuig op donderdag, 21 februari, negentien dagen na het vertrek uit de badplaats, in Ouagadougou, de hoofdstad van Burkina Faso (de tegenwoordige naam van Boven Volta) arriveerde.
De volgende dag reed de bus, na een bezoek aan de Nederlandse ambassade te hebben gebracht, naar Bobo Dioulasso, de nieuwe thuishaven van de volkswagen. Eindelijk beschikte de Center Para Scolaire van Frère Isidore — de school die Noordwijk sinds vorig jaar met geld en materialen steunt — over een goed vervoermiddel. Wel was de bus na 7000 kilometer aan een onderhoudsbeurt toe, want het grootste gedeelte van de trip (4000 km) was afgelegd op ongeplaveide pistes in de woestijn. Schokbrekers en banden hadden dus wel wat te verduren gehad!

Correspondentie 
Frère Isidore was uiteraard erg blij met het voertuig. Hij liet de studenten de school zien. Daarbij kregen de bezoekers een goede indruk van het onderwijs en de problemen waarmee de de school kampt. De leerlingen bleken correspondentievriendschap met Noordwijkse scholieren hoog op de verlanglijst te hebben. Op de school van Frère Isidore krijgen meisjes ondericht in hygiëne, typen en naaien, terwijl de jongens opgeleid worden tot fietsenmaker, metselaar, houtbewerker of elektricien. Met het uit Noordwijk afkomstige geld worden nieuwe lokalen gebouwd. Ook ontvangt de school gereedschappen en lesmateriaal uit Noordwijk. Omdat er niet genoeg geld is om terzake kundige mensen aan te trekken, kampt de school met een gebrek aan leerkrachten. Het instituut beschikt over acht hectare akkerland. Dank zij de irrigatiewerktuigen, die Noordwijk eind december 1984 stuurde, kan het land nu, in plaats van slechts twee maanden, het gehele jaar met tuinbouwgewassen bebouwd worden.
Na het bezoek aan de school van Frère Isidore, vertrokken de studenten naar Kera, een dorp dat al jaren door Noordwijk gesteund wordt. Men logeerde bij Nestor Bonzi. Deze man heeft zitting in de dorpsraad, drijft een kleine handelsfirma en is het hoofd van een zeer grote familie. Het leven in Kera en ook in het daarna bezochte Kosso, is zwaar. Er is weinig water. Alleen in juli en augustus valt er wat regen. Direct na de eerste regenbuien wordt er gierst gezaaid, maar als verder buien uitblijven, verdrogen de plantjes.

Arts 
Tot voor kort was er in de dorpen, afgezien van de traditionele medicijnman, geen arts. Thans is er een zogenaamde „blote voeten-dokter", wiens praktijk momenteel wordt uitgebreid met een ziekenzaaltje, een bescheiden apotheek en een verlostafel. Een ambulance hebben de dorpen niet, als iemand door een ongeval of bijvoorbeeld een blindedarmontsteking wordt getroffen, moet er per bromfiets een auto worden gehaald. Zodoende duurt het uren voordat een patiënt het ziekenhuis bereikt. Ongeveer vierhonderd kinderen volgen dagelijks de lessen in de scholen, die met Noordwijks geld in Kera en Kosso zijn gebouwd. Naast de theoretische vakken als rekenen en schrijven, krijgen de kinderen ook lessen van praktische aard, zoals het houden van kippen en verbouwen van gewassen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen