Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Goudse pijp met status

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Goudse pijp met status

Jonge ondernemer zet oude traditie voort

2 minuten leestijd

Ik kan er ook niks aan doen; ik heb nu eenmaal klei in mijn bloed. De 27-jarige Adriaan van der Want heeft de collegebanken verlaten om een klein pandje in de Goudse Vissteeg te betrekken. Daar heeft hij nu een fabriek gevestigd. Tenminste, fabriekje. Maar daar zal snel iets aan gebeuren als het aan Adriaan ligt. Voor de Gouda Tobacco Pipes liggen internationale markten open.

Vanaf volgende week is in de gespecialiseerde tabakswinkels een nieuwe
collectie pijpen te koop. Goudse dubbelwandige stenen pijpen. Maar dan
niet van die goedkope witte, maar gestoken in glanzend zwartkeurig
jacquet. Kortom, een pijp van aanzien, voor een heer van stand.

„Ik kan de pijpen iedere kleur glazuren die ik wil, maar dat lijkt
mij niet verstandig. Ik maak eerst alleen mooie zwarte pijpen. Die
hebben iets chics. Later kan ik dan altijd nog zien."

Goudse tabakspijpen zijn niet nieuw. Integendeel. Adriaans
voorgeslacht hield zich al vanaf 1749 bezig met het maken van pijpen.
Toch zijn Adriaans pijpen anders. „Mijn pijpen hebben mondstukken met
een goed bit, hebben een kloeke montage, zijn uiterlijk schoon van
gezicht en kunnen niet dof worden". „is 't je geheit stuk. Op een houten
vloer heeft 't ie nog een kleine overlevingskans..."

Het vervaardigen van pijpekoppen heeft Adriaan geleerd bij Zenith. Een van de bijprodukten van deze aardewerkfabriek was een collectie pijpen.
Zenith ging twee jaar geleden failliet en er was nog maar één stenen-pijpenfabriek over. Adriaan zag zijn kans schoon. Na zijn kandidaats Economie en een jaar doctoraal bedrijfskunde liet hij het studeren verder aan anderen over. „Ik zie gewoon een gat in de markt en ik
wil pijpen maken".
Na enig zoeken werd het kleine, vervallen pandje in de Vissteeg betrokken en helemaal opgeknapt. Er moest gas worden aangesloten, een waterleiding aangelegd en een toilet getimmerd. Na anderhalve maand hard werken was het pandje omgetoverd in een fabriek waar
als het per se moet dertigduizend pijpen per jaar gemaakt kunnen worden. Vooropig hoopt Adriaan met drieduizend al een boterham te verdienen.
Zelf bedacht
Via een allergevaarlijkste trap kom je in het kantoor, annex opslagruimte. Overal loop je tegen de fabriekslogo GtP aan. Zelf bedacht, aldus Adriaan. „Trouwens, alles hebben we, mijn vriendin Josephine van Aerssen en ik, zelf gedaan.
We zijn al bijna een jaar bezig. Het pand opknappen, folders ontwerpen, modellen en mallen vervaardigen; het produktieproces onder de knie krijgen en ga zo maar door".
Het resultaat mag er zijn. Een Goudse pijp met status, heus niet zomaar een toeristische attractie. Hoewel toeristen die een pijp willen kopen wel in de Vissteeg welkom zijn. „Ik doe ook aan verkoop direct vanaf de fabriek, en dat scheelt aanmerkelijk op de prijs. De winkelprijs van een pijp is nog altijd tussen de zeventig en vijfennegentig gulden.
Maar daar heb je dan ook een echte GtP.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 september 1986

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's

Een Goudse pijp met status

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 september 1986

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's