Palet en Pennestreek
Dokter Schrijver
U kent hem ook wel, die huisdokter die al begint te schrijven voor u de afstand tussen zijn spreekkamerdeur en idem bureau hebt averbrugd. Maar u besefte wellicht niet dat de man niet net aan uw receptje of verwijskaart oegon, maar bezig was de laatste hand te leggen aan zijn nieuwste novelle of briefroman. Want laten we wèl wezen, heel «rat artsen in verleden en heden hanteren liever de ganzeveder dan de stethoscoop, ook als ze niet geconsulteerd worden of (zelden) op visite gaan.
Het is een misverstand te menen dat schrijvende dokters vooral nota's schrijven. Nee, romans, verhalen, essays, dat zijn hun grafische eindprodukten. Literatuur is hun diepste roeping en geneeskunde een onvermijdelijke baan om brood op de plank te laijgen, kon het zijn met netjes beleg erop ook. Hoe kom ik aan deze onzinnen? Wel, wie het fraaie nr. 39 van de 130ste jaargang van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (27 sept. jl.) in handen krijgt moet haast concluderen dat veel artsen schrijver zijn, of beter: veel auteurs verdienen de kost met nazelenbestrijding en griepprikken. Dat hele lummer is namelijk gewijd aan „Schrijvers die arts zijn, 1856-1986" en ik vind dat een prima aflevering.
Daarin wordt ook gekeken naar het auitenland, want prof. F. M. Huil levert een bijdrage „Some British literary doctors". Heel /errassend, want ik wist niet dat Somerset Maugham arts was - zij het niet praktiserend BH dat Sir Arthur Conan Doyle (de uitvinder van Sherlock Holmes) bij Portsmouth een praktijk had, niet als detective, maar als dokter.
Bekend is wel dokter A. J. Cronin („The Citadel") maar ook Richard Gordon schuilnaam) is een Londense anaesthesist. En n het tijdschrift bespreekt E. A. Robertson de lichtende artsen uit Engeland en Amerika vanaf de 16e tot de 19e eeuw.
Dokter Dichter
Een van die dichter-dokters is ErasmusDarwin, oudoom van de beruchte Charles. Enin de opsomming van Nederlandse dokter-dichters sinds de 15e eeuw komen we ook eneP. Winsemius tegen... (die schreef Latijnsepoëzie en was een Leeuwarder arts, levendiran 1586 tot 1644).
Beroemde artsen-auteurs van onze eeuw(deels van onze tijd) zijn natuurlijk Vestdijk,Slauerhoff, Belcampo, maar ook de jurist enpoliticus Cola Debrot, die huisarts was en dichter en gouverneur van de Ned. Antillen. Dit waardevolle tijdschrift-nummer bevat ook afzonderlijke artikelen over Vestdijks „De dokter en het lichte meisje", over de bekende volksdichter-dokter J. P. Heije („De Zilvervloot", „Karretje op de zandweg", „Zie de maan schijnt door de bomen" enz.), over de bijna vergeten Tachtiger A. Aletrino, over artsen in de boeken van Vestdijk en over de liefst vijftien erkende letterkundigen van 1856 tot heden die een artsendiploma bezaten.
Slechts een van hen gaf zijn medische baan er helemaal aan om beroepsschrijver te worden: Vestdijk. De anderen bleven en blijven kennelijk recepten uitschrijven om daarnaast te kunnen blijven schrijven. Info over dit nummer: redactie tel. 020620150, administratie tel. 030-511274.
Kapitale kunst…
Het is een oprukkend modeverschijnsel van alle (?) tijden: grootkapitaal en kunst gaan nogal eens hand in hand, om van een intiemere verstrengeling maar te zwijgen. Maar dat onze minister van financiën - hoe lang nog, trouwens? - dr. Onno Ruding helemaal naar deVS reist om in Washington een expositie teopenen die is ingericht door Galeried'Theeboom te Amsterdam wordt in de persniet breeduit vermeld.
Toch was dat het geval, al dachten politici en parlementaire pers dat Ruding daar alvast zijn nieuwe baantje bij het Internationale Monetaire Fonds ging uitproberen. Gelijk hèdden ze ook nog. Want dat IMF heeft een expositieruimte, de IMF-Gallery. En daarin is op dit moment de tentoonstelling „Vijftien hedendaagse kunstenaars uit Nederland" te zien en die is dezer dagen door minister (of inmiddels stiekem IMF-baas) Ruding geopend. De kunstenaars presenteren twee-en driedimensionaal werk en ze dragen typisch oer-Hollandse namen als Isik Tüzüner, Branka Perosevic, Stansfield, Ania Bien... enz. Dat „jonge" van die kunstenaars moeten we ook meer figuurlijk (figuratief?) opvatten: Hillebrand van Kampen kwam uit in 1945, Tony Andreas verscheen in 1944 en Jacobus Kloppenburg aanschouwde het levenslicht anno 1930. Maar er zijn ook „vijftigers" bij. De echt jonge artiestengeneratie, die bijvoorbeeld in Centraal Beheer in Apeldoorn mag exposeren op de onvoorstelbaar slechte (kwalitatief althans) rommelmarkt „Start '86" hebben ze maar niet naar Washington laten gaan.
De VS moet niet helemaal de indruk krijgen dat het een droevige zaak is met „de" Nederlandse beeldende kunst. Overigens hadden ze ook best wat goeds en wat meer representatiefs kunnen sturen. Henk Helmantel en Maarten 't Hart, de schilder, bijvoorbeeld. Maar die zullen de Theeboomhouders wel niet in hun voorraad hebben.
In elk geval heeft Ruding zijn eerste handelingen als IMF-hoofd erop zitten. En de Haarlemse grafische inrichting Joh. Enschedé & Zonen heeft er een kleurige, Engelstalige catalogus bij gemaakt die u voor ƒ 14,50 mag meenemen.
De inleiding daarin is van dr. John Hallmark Neff, ook al zo'n mengprodukt van kunst en kapitaal. Want Neff was directeiir van het Museum voor Hedendaagse Kunst in Chicago, maar nu is hij directeur van het kunstprogramma van de First National Bank. Een omwaardering van alle waarden, waarbij Rudi Fuchs straks bankdirecteur kan worden en Wim Duisenberg galeriehouder...
Overigens: wie niet naar Washington kan of wil kan een andere expositie van bedoelde kunstenaars aantreffen in het Kasteel van Rhoon, als kleiner voorproefje van de IMF-uitstalling.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 oktober 1986
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 oktober 1986
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's