belastingen moeten drastisch verlaagd"

Het moet een soort tweetrapsraket zijn. Dat heeft prof. dr. W. F. Rutten, secretaris-generaal van het ministerie van economische zaken en topadviseur van het Kabinet, vanmiddag gezegd in Den Haag, waar hij sprak op een bijeenkomst over de voorstellen van de commissie Oort georganiseerd door de Rijksuniversiteit Leiden. Rutten pleitte voor een lastendruk (loonbelasting plus sociale premies) tussen 30 en 50 procent van de loon….en voor de meeste belastingbetalers in de orde van 60 a 65 procent of meer. „Veel te hoog met het oog op het goed functioneren van de economie", aldus Rutten.
Hij is van mening dat de huidige belastingtarieven een fors welvaartsverlies tot gevolg hebben en noemde het aannemelijk dat een aanzienlijke verlaging zeer gunstig zou uitwerken op de nationale economie en op de welvaart van brede lagen van de bevolking.

Aanbodkant

Rutten heeft met belastingverlaging niet in eerste aanleg vergroting van de vraag als motor van de economie op het oog. De gunstige gevolgen daarvan acht hij op termijn gering. Veeleer dacht Rutten aan positieve effecten op investeringen, arbeid en het zwarte circuit: de zogenoemde aanbodkant van de economie. Volgens hem wordt het aanpassingsvermogen van ondernemers, dat wordt bepaald door inkomensvoordelen, vergroot door lagere belastingen (ook de vennootschapsbelasting moet mee omlaag). De winsten stijgen en beïnvloeden zo rechtstreeks de investeringen.

De arbeidsmobiliteit neemt toe, evenals de bereidheid onderwijs te volgen en de produktiviteit gaat omhoog. Werken wordt aantrekkelijk, wat vooral in de toekomst van belang wordt als steeds meer vrouwen nodig zijn om de gevolgen van de vergrijzing op de arbeidsmarkt te kunnen opvangen. En ook de vlucht in het zwarte en informele circuit zal afnemen, aldus Rutten.

Geen voorschot

Kutten meende echter dat er géén voorschot mag worden genomen op deze gunstige gevolgen. Voor belastingverlaging moet eerst ruimte worden gemaakt door minder uitgaven en beperking van aftrekposten. Blijkt de belastingverlaging minder te kosten dan op grond van de tariefsverlaging werd aangenomen, dan wordt daarmee een verdere verlaging mogelijk.

Hij ziet zeker na 1990 ruimte voor lagere tarieven, wat dan niet gepaard hoeft te gaan met verdere bezuinigingen op gemeenschapsvoorzieningen. Wel zullen subsidies en kredieten fors moeten worden verminderd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen