Johannes
„Want hij zal groot zijn voor de HEERE", (Lukas 1:15a).
Ach, Johannes was niet meer dan een riet, dat door de wind heen en weer bewogen wordt, hij was geen mens bekleed met kostelijke klederen, hij was geen groot en voornaam man, tegen wie de mensen opzagen en die door allen ontzien en geëerd werd. Was hij een profeet? Ja, zo luiden de woorden des Heeren: „Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet", meer dus dan bij voorbeeld Jesaja, meer dan David, want deze is het van welke geschreven staat: „Ziet! lk zend Mijn engel voor uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U henen". Toch laat de Heere spoedig op deze woorden volgen: „doch die de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is meerder dan hij".
Wie is deze minste in het Koninkrijk der hemelen? Was het Jezus Zelf, zoals Hij daarheen wandelde zonder gedaante of heerlijkheid, als de allerverachtste en onwaardigste? De Heere wilde zeggen, dat, als iemand nog minder bewijzen van des Heeren gunst en uitredding dan Johannes zou hebben aan te wijzen, en niettegenstaande dat aan het "nochtans van het geloof" zou vasthouden, zulk één groter zou zijn dan Johannes.
Zo was het met Johannes gesteld en met de grootheid van hem, van wie de engel zei: „Want hij zal groot zijn voor de HEERE. Voor de wereld echter zou Johannes niet groot zijn, want wat groot is voor de mensen is een gruwel voor God.
Dr. H. F. Kohlbrugge
(Uit: Schriftverklaringen)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 14 december 1987
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van maandag 14 december 1987
Reformatorisch Dagblad | 12 Pagina's