Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Bond voor gestudeerden in de bijstand moet zelf hand ophouden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Bond voor gestudeerden in de bijstand moet zelf hand ophouden

„Het lijkt net of de mensen moe zijn, zich niet meer willen organiseren"

5 minuten leestijd

„Tja... eigenlijk was de bond nog steeds in oprichting". Hij staart lang voor zich uit. „Op ons hoogtepunt hadden we 45 leden. Er zijn nu nog negen betalende leden over. Bij meer leden zouden we ook meer recht van spreken hebben gehad. Maar vanmorgen is het besluit genomen: de bond voor gestudeerden in de bijstand is opgeheven". Een gesprek met Harry de Boer, penningmeester, secretaris, voorzitter en „enig overgebleven actief lid" van de Bond voor drs'sen in de bijstand.

 „De deur staat altijd open", zei hij door de telefoon. Maar de zwarte opening m het gebouw van het voormalige Wilhelmina Gasthuis in Amsterdam is niet erg uitnodigend. Waar waarschijnlijk eens de wachtkamer was van een neuro- of cardioloog, houdt De Boer z'n trieste monoloog. Het idee om een bond voor gestudeerden in de bijstand (BGB) op te richten was afkomstig van de filosoof Pierson. „Hij vond het een vreemde zaak dat je als student van je bijstandje je studieschuld terug moest betalen. En dat buiten je eigen schuld".

Voor de BGB leek een bloeiende toekomst te zijn weggelegd. Het ledental groeide en de pers schreef gretig over het doel van de bond: kwijtschelding van studieschuld voor werkloze afgestudeerden. Het ging daarbij om studieschuld die was opgebouwd voor 1983. In dat jaar leidden wijzigingen in de regeling rijksstudietoelagen ertoe dat hoge (renteloze) studieschulden niet meer konden ontstaan. In plaats van een lening werd een beurs mogelijk. Het idee sprak De Boer aan. Na zeevaartschool, sociale academie, „een gooi op de universiteit naar psychologie" en een zestienjarige carrière als muzikant belandde de 46-jarige Amsterdammer zelf in de bijstand. Zijn studieschuld is 110 gulden per maand.

Wakker

In maart 1985 ging De Boer „aan de kar trekken". Een groots opgezette ledenwerfcampagne moest zorgen voor een breed draagvlak van bijstands-doctorandussen. „We wilden een vuist maken naar politiek Den Haag", meldt De Boer met een uitgebluste strijdlust.

In hetzelfde jaar verscheen het eerste tastbare produkt van de BGB: een studieschuldenbrochure. Een "handleiding" voor het formulier dat de dienst studiefinanciering van het ministerie van onderwijs in Groningen (door —werkloze— studenten kortweg aangeduid als "Groningen") gebruikte om te beoordelen of iemand wel of niet voor opschorting in aanmerking kwam. Het eerste exemplaar ging naar de sociale dienst. „Op vragen die mensen stelden, hadden ze als debiteur van Groningen geen antwoord". De telefoon kreeg van de aanvragen voor de brochure een hoogrode kleur. „Veel mensen wisten niet eens van het bestaan van de kwijtscheldingsregeling. Sommigen kwamen op den duur in de financiële problemen".

Groningen reageerde geprikkeld. „We kregen een brief op hoge poten dat we onmiddellijk moesten stoppen met de actie. We maakten waarschijnlijk te veel mensen wakker. In Groningen denken ze natuurlijk ook: iedere gulden die binnen is, is er een".

Grootse plannen

De BGB beschouwde zichzelf als dienstverlenend bureau, volgens het telefoonboek kantoorhoudend aan de Amsterdamse Kromme Mijdrechtstraat 54 drie hoog. „Het was vaak een simpele handeling. Even een a-viertje in de schrijfmachine met het verzoek tot opschorting van betaling". Waarom zijn bond dan toch maar tot een top van veertig leden kwam, weet De Boer niet. „Het lijkt net of de mensen moe zijn, zich niet meer willen organiseren". Na een pijnlijke stilte: „Moet je nagaan. Er zijn 19.000 werkloze academici en 48.000 hbo'ers zonder baan. Als je daar nou 10 procent van hebt, moet je toch een goeie vuist kunnen maken?"

Het lidmaatschap van de BGB bedroeg 25 gulden per jaar. „Dat is toch niks? Voor de FNV betaal je 90 gulden per maand". Voor werkloze academici die hun maatschappelijke status zagen veranderen bestond er de mogelijkheid om donateur te worden. De bond had statuten en grootse plannen. De Boer wil ze wel toelichten. „We hadden het idee om een eigen bijstandsacademie te starten. Scholing is immers noodzakelijk. Bij meer leden hadden we gratis post-academisch onderwijs aan willen bieden. Maar ook dat ging ter ziele".

Zwaard

De bond had in zijn bloeitijd regelmatig contact met de Tweede-Kamerfracties van de politieke partijen, „behalve de Centrumpartij". De PvdA'er Wallage liet de naam van de bond zelfs eens tussen de groene kamerbankjes vallen. „Het mocht allemaal niet baten". In feite kreeg de BGB zijn nekslag door de nieuwe Wet studiefinanciering. Ook oude studieschulden vallen onder de regels van de nieuwe wet. Dit betekent dat uiterlijk in het jaar 2002 de resterende schuld wordt kwijtgescholden. Veel leden van de BGB hielden het daarmee voor gezien. Zij tellen de jaren af tot het moment dat ze zij 'schuldloos' door het leven gaan. De Boer houdt niet erg van aftellen. „De studieschuld blijft boven je kop hangen... als het zwaard van Damocles. Of je nu werkloos bent of een baan krijgt".

Nog even terug naar de wervingscampagne. Had de bond niet kunnen werven onder mensen die aan een studie wilden beginnen? Voorlichting en begeleiding over het hoe en waarom van Groningen zou voor deze groep als een frisse regenbui tijdens een snikhete zomerdag zijn gekomen. „Nee", glimlacht De Boer, „we vonden het al heel wat om de studieschuldenproblematiek te behappen. Als we ook nog eens de mensen die gingen studeren erbij hadden genomen... man, dat is een dag- en nachttaak".

Koffie

De Boer blijft —als vrijwilliger met een uitkering— het studieschulden spreekuur van de bond voorlopig voortzetten onder de paraplu van de WBVA, de Werklozen belangen vereniging Amsterdam. Schijnbaar is De Boer gisteren bij de WBVA binnengerold. „Geen idee hoe die club er gekomen is. Ze richten zich op de werklozen met alle problematieken van dien. Ze bemoeien zich daartegenaan. Wilt u nog een koffie...?"

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 1988

Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's

De Bond voor gestudeerden in de bijstand moet zelf hand ophouden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 1988

Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's