„Ik wens dit schip een behouden vaart"

Het "dopen van een schip" is volgens ds. Westerink „principieel onjuist". „Bij de doop denken we aan het sacrament waarmee de kleine kinderen in de gemeente worden ingelijfd. Die verbinding met de tewaterlating van een schip wil ik niet trekken. Ik heb het schip nu dus een behouden vaart onder Gods zegen toegewenst. Dat moet wel kunnen, vind ik. Als ik een schip een behouden vaart toewens, dan denk ik niet in de eerste plaats aan het schip, maar meer aan de bemanning. Zo doen ze dat op Urk ook. Bij het uitvaren van de vloot wenst men haar Gods zegen en een behouden vaart toe. Die wens is meer gericht op de bemanning van die vloot dan op de schepen zelf'.

Visserij

Ds. Westerink had de uitnodiging voor de tewaterlating graag aanvaard. „Ik heb altijd al een sterke band gehad met de visserij". De predikant heeft overigens wel zijn zorgen over deze bedrijfstak. „Ik ben bang dat er voor een aantal vissers geen toekomst meer is. De visserij wordt bij voorbeeld geconfronteerd met de vangstbeperking. Als christen mag je geen actie voeren. Maar protesteren is wat anders. Dat mag wel, vind ik. Christenen hebben het recht om de overheid te wijzen op onterechte maatregelen. En we hebben zelfs de opdracht om in je goddelijk beroep, zoals de Bijbel het zegt, te doen wat je kunt doen, om dat beroep uit te blijven oefenen".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen