MEAO en MMO

Het middelbaar middenstandsonderwijs (mmo) is een onbekende loot aan de onderwijsstam.
Naast scholen voor middelbaar middenstandsonderwijs behoren de middelbare hotel-horecascholen, de middelbare slagersvakschool in Utrecht en de middelbare textielhandelsschool in Enschede tot de loot.
Het middelbaar economisch en administratief onderwijs (meao) bestaat nauwelijks zelfstandig meer. Sinds de herinrichting van het middelbaar beroepsonderwijs zijn veel meao-scholen opgegaan in mbo-colleges. Zo ook de voormalige Triglandschool in Amersfoort, die per 1 augustus is ondergebracht in het reformatorische Saldenuscollege. Het is nog wel even wennen voor P. M. Meijer, nu adjunctdirecteur van de sector economie van het SaldenuscoUege. „ledere school heeft zijn eigen cultuur, z'n eigen gezicht".
Hij is de man die een prima vergelijking kan maken tussen het mmo en de meao: op beide schooltypen heeft hij zijn sporen verdiend.
„Mmo en meao zijn gelijkwaardig", aldus Meijer.
„Mmo leidt meer op tot zelfstandig ondernemerschap. Het publiek komt over het algemeen uit de zakenwereld. De vooropleiding is, meer dan bij het meao, lager beroepsonderwijs".

Onstuimig
Het mmo is een driejarige opleiding met als toelatingseisen een mavo-diploma of een Ibo-diploma met minimaal drie vakken (waaronder Nederlands en een moderne vreemde taal) op c-niveau.
Het diploma geeft vestigingsbevoegdheid in nagenoeg alle branches van de detailhandel. De meeste mmo-scholen kennen ook een opleiding die gericht is op vestiging in een bepaalde branche. Die duurt ook drie jaar, inclusief een stage periode. Vakken als warenkennis, etaleren en verkooppraktijk nemen een belangrijke plaats in.
Meijer onthult dat 'zijn' schoolbestuur een school voor mmo heeft aangevraagd. Dat zou dan naast dienstverlening/gezondheidszorg, administratie en techniek een welkome aanvulling zijn op het Saldenuscollege. „De kans dat de afdeling er komt, schatten wij vrij hoog in. Het is ter completering van het onderwijsaanbod". Volgend jaar zal er gestart worden met verschillende praktische korte opleidingen.
De groei van de enige reformatorische meao was onstuimig. Bij de start in 1985 waren er 75 leerlingen, nu ruim 450. „Leerlingen in de reformatorische hoek hebben misschien meer gevoel voor cijfers", verklaart Meijer. Na een gemeenschappelijk eerste leerjaar kunnen de leerlingen kiezen uit verschillende richtingen. Bedrijfsadministratie trekt de meeste studenten: 65 procent. De secretariaatsrichting (20 procent) en de commerciële richting (15 procent) blijven ver achter.
„Voor de zeer goede leerlingen is een combinatie van twee richtingen bij ons op school mogelijk".
„Qua werkgelegenheid biedt bedrijfsadministratie de meeste kansen", vertelt Meijer. „Leerhngen vinden over het algemeen snel werk". Soms zelfs al tijdens hun stage. Een meisje uit het noorden van het land kon na haar stage aan het werk op de gemeentesecretarie in haar woonplaats. Ze heeft de tweede klas afgemaakt en ging aan het werk. „Meestal nadelig", reageert Meijer. „Je sluit een opleiding af zonder diploma".
Interessant is het om uit Meijers mond een typering van de verschillende meao-leerlingen op te tekenen. „Administratie: de wat meer rustige types.
Houden van lezen, schaken of dammen. Een beetje zitvlees is nodig, evenals gevoel voor cijfers. Bespraakter mensen vind je bij commercie. Contactuele vaardigheden zijn belangrijk. Groot incasseringsvermogen. Secretariaat wordt voor 95 procent bevolkt door dames. Dat trekt steeds meer aan".

Met een mavo-diploma is iedereen toelaatbaar tot het meao. Van het huidige studentenbestand is dik 65 procent ex-mavo'er.
„Het is erg plezierig voor de administratieve richting als wiskunde en economie in het vakkenpakket zitten. En voor secretariaat en commercie twee vreemde talen". Jongeren die van 3 naar 4 havo of vwo gaan en „het echt heel zeker weten" dat ze een beroepsopleiding willen volgen, zijn ook toelaatbaar. „De werkgelegenheidsvooruitzichten zijn met beroepsonderwijs vele en vele malen groter. Volgens prognoses is er over tien jaar een tekort van 100.000 mensen die een middelbare beroepsopleiding hebben gevolgd, terwijl er een overschot is aan avo-geschoolden".

Troostprijs
Van de havo-gangers die na hun examen naar de heao gaan, struikelt ongeveer 50 procent in het eerste jaar. Ze kunnen dan als troostprijs instromen in het tweede meao-jaar („als ze gaan werken") of het derde jaar („als ze zeker weten dat ze weer naar de heao willen"). Veel praktische vakken worden in het tweede leerjaar aangeboden. Van de leao komt 20 procent van de meao'ers. „Die leerhngen hebben meestal moeite met het abstractieniveau. In praktische vaardigheden zijn ze beter".

Het meao bestaat dus eigenlijk bij de gratie van het algemeen voortgezet onderwijs, terwijl de lijn van lbo naar mbo minder opgaat. Dat kan nooit de bedoeüng zijn geweest van de Mammoetwet. Meijer pakt er een rapport van het ministerie bij. Uit de cijfertjes blijkt dat bijna de helft van de leerlingen die naar het meao gaan, strandt in de eerste klas. Debet daaraan is onder meer de overgang van zes vakken op mavo naar veertien in het eerste jaar van de meao, verklaart Meijer. „Gelukkig kon het aantal doublanten en gezakten op de Trigland tot minder dan de helft van het landelijk gemiddelde beperkt blijven. De motivatie en het welbevinden van de leerlingen hier op school is er zeker debet aan. We hebben fijn publiek om mee om te gaan. In het meao zit een zeker abstractieniveau. Bij Ibo'ers valt dat wat tegen.

Mavo'ers hebben daarentegen weer een zekere achterstand bij beroepsgerichte vakken". Een meao-opleiding is beslist niet waardevrij, vindt Meijer. „Het gaat om de houding die je uitstraalt. Is het de bedoeling om zoveel mogelijk winst te maken of mag dat met het hoogste doel voor een mens zijn?"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen