Wie is de Heere?
„De Heere is goed. Hij is ter sterkte in de dag der benauwdheid, en Hij kent hen die op Hem betrouwen". Nahum 1:7
Wie is de Heere? Het is een benauwende zaak, dat de waarachtige kennis des Heeren zo schaars wordt in ons land. Israëls profeten moesten in hun tijd hetzelfde ervaren en ze hebben er onder gezucht. Micha had al eerder uitgeroepen: De Heere heeft een twist met Zijn volk, omdat er geen trouw, geen weldadigheid, geen kennis van God in het land is. Maar liegen en stelen en overspel doen. Vandaag kun je het nog aanvullen met: aborteren en euthanasie plegen. En bloedschulden raken aan bloedschulden.
Wie is de Heere? Deze vraag interesseert de moderne mens, vele theologen incluis, nauwelijks meer. Gods naam wordt overal teruggedrongen uit de samenleving en weggedrukt van de kansels. Het gaat allemaal over het leven hier en nu. Zeker, ook Israëls profeten spreken over de vragen van de samenleving. Maar ze doen het wel vanuit een diepe en zuivere kennis van God en Zijn verbond en wet.
Wie is de Heere? Nahum, de profeet uit Elkos, weet er ons wel iets over te vertellen. Hij neemt een bescheiden plaats in onder de profeten. Maar als hij z'n mond open doet om Gods boodschap door te geven, dan spitsen de vromen in Israël de oren en ze zeggen: Wat een diepe en veelzijdige Godskennis heeft deze man van de Heere gekregen. Een echte openbaringsgetuige. Nahum noemt God uitdrukkelijk bij Zijn Verbondsnaam, hoewel het grootste deel van zijn boek gerichtsprofetie bevat tegen Ninevé, de trotse stad van het Assyrische rijk. De Heere heeft Assyrië gebruikt als een gesel in Zijn hand om het afvallige verbondsvolk te straffen.
Maar daarom staat de Heere nog niet aan de kant van Assyrië. Wie dat denkt, kent de Heere, de God van het genadeverbond, nog niet. Juda klaagt: „De Heere heeft ons verlaten". Assyrië bralt: „Onze God is veel sterker dan JHWH, Die niets voorstelt". Nahum moet er in Gods Naam tegenin gaan. In een gezicht ziet hij de Heere in Zijn heiligheid en majesteit. In Zijn genade en ontferming, Onvergetelijk!! Als vurige pijlen schiet hij z'n woorden af. Een ijverig, dat wil zeggen een jaloers, God en een wreker is de Heere. Een wreker is de Heere en zeer grimmig aan zijn vijanden. Waar moeten we die vijanden zoeken? In Ninevé, in de wereld, die God niet kent? Ongetwijfeld. Maar daar niet alleen!!! Zeker, Nahum predikt Gods beloften voor Gods volk en Zijn bedreigingen voor Ninevé, de verdrukker van Israel. (Edelkoort) Maar Zijn verbondswraak zal ook zeker allen treffen die het binnen Juda, binnen de kerk, met Assyrië houden. En die zijn er wat binnen het volk van het verbond,'toen en nu!!! Duizenden, mannen en vrouwen, jongens en meisjes, die wel gedoopt zijn en toch puur werelds leven.
Wie Is de Heere voor u en voor mij? Nahum zegt terecht: Dat kun je niet met een woord zeggen. Deze profeet maakt duidelijk onderscheid tussen wie de Heere is voor Zijn vijanden buiten en binnen de kerk en voor Zijn volk. Zonder wedergeboorte en bekering blijven we kinderen des toorns. Wie gelooft nog in een God Die rood aanloopt van toorn over verbondsbrekers? Wie is de Heere?
De Heere is goed... op Hem betrouwen. Op de Heere betrouwen, is dat makkelijk? Is het moeilijk? Aan de kant van de mens, gedoopt of niet gedoopt, is het onmogelijk. In ons hart leeft dezelfde hoogmoed als bij de inwoners van Ninevé. Wedergeboorte is nodig voor ieder mens. Wedergeboorte, wat is dat? Dan leren we de Heere kennen. Dat Hij een wreker is over de zonde.
En dat Hij goed en genadig is voor wie op Hem betrouwen. Godskennis en zelfkennis zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. De Heere schenkt geloofsvertrouwen in een schuldverslagen zondaarshart dat beeft voor Zijn Woord. Voor Zijn toorn over mijn verzondigde leven. Kennen we Hem zo? Wat is de Heere onuitsprekelijk goed voor ieder die Hem aanroept vanuit de nood en schuld van zijn verloren leven. Dan leren we het: Zijn goedheid ligt verspreid op al Zijn werken. Maar inzonderheid op het werk der verlossing in en door Zijn lieve Zoon, de Heere Jezus Christus. Gods goedheid werd bijzonder zichtbaar in de kribbe van Bethlehem en aan het kruis! Op Golgotha. Daar leren we dat Zijn recht en Zijn genade niet op gespannen voet met elkaar verkeren. Maar elkaar kussen. Nog eens, ontdekking van zondeschuld doet beven voor Gods geduchte wraak. Maar openbaring van het Evangelie doet juichen over Gods goedheid en barmhartigheid in Christus. Wedergeboorte is nodig om Gods goedheid te leren kennen. Anders weten we echt niet waar we over praten. En de dagen der benauwdheid dan waar onze tekst over spreekt? Die zijn er vele in het leven van Gods kerk, voor en na de wedergeboorte. Maar in die alle is en blijft de Heere goed en nabij. „Als ik wandel in het midden der benauwdheid, maakt Gij mij levend", zegt David. De Heere is in dit alles hun sterkte en hun schild.
Nahum en al Gods kinderen van alle eeuwen getuigen vanuit de geloofsbevinding: „De Heere is goed. Hij is ter sterkte in de dag der benauwdheid en Hij kent hen (in liefde) die op Hem betrouwen".
Ds. L. Quist, Bruchem
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1991
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 september 1991
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's