Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Bevinding geurt als versgebakken brood”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Bevinding geurt als versgebakken brood”

Ds. Moerkerken bezorgd over polarisatie binnen gereformeerde gezindte

9 minuten leestijd

De polarisatie in de gereformeerde gezindte neemt sterk toe. Dat verontrust ds. A. Moerkerken, docent van de Theologische School der Gereformeerde Gemeenten, in hoge mate. „De vleugels groeien in snel tempo uit elkaar. Die ontwikkeling geeft spanning binnen de kerken en binnen de eigen organisaties, zoals de SGP en het reformatorisch onderwijs en de kraamzorg”.

Sprekend over de groeiende kloof tussen 'links' en 'rechts' heeft ds. Moerkerken niet een bepaald kerkverband op het oog. „Ik zie dat binnen de diverse kerken van de gereformeerde gezindte. Dus ook in mijn eigen kerkverband. Dat betreft niet alleen de vermeerdering -bewust of onbewust- van het aantal sjibbolets in de levensstijl, maar zeker ook in de prediking".

Broodgeur

Aan de ene zijde wijst de predikant op het gevaar in de prediking van een „verobjectivering van de Waarheid; het sterk toenemen van een verbondsmatige prediking waarin eigenlijk het woord wedergeboorte niet meer wordt gehoord. Al het accent komt te liggen op het verbond en de beloften”.

Daar tegenover constateert hij een „verschraling, waarbij in de prediking de levende bevinding verstolt tot bevindelijkheid”. Ds. Moerkerken beschouwt dit als een afwijking van de lijn die predikanten zoals G. H. Kersten, I. Kievit, S. van Dorp, prof. G. Wisse en anderen voorstonden.

Bij de verkondiging van Gods Woord moet het volgens ds. Moerkerken gaan om een schriftuurlijkbevindelijke prediking. „Hierbij dient de gemeente niet alleen te horen hoe het moet, maar vooral ook hoe het gaat. Dus hoe de Heere werkt in het leven van een zondaar. Bevinding in de verkondiging is verrassend, vers en nieuw. Bevindelijkheid is daarentegen een steriele beschrijving van het geestelijk leven”.

„Bevinding is als een brood dat bij de bakker vandaan komt. Dat geurt als het op tafel wordt gezet. Bevindelijkheid is echter te vergelijken met een brood dat je mooi hebt geschilderti en aan de muur hangt. Ik denk weleens dat onze kerken steeds meer genoegen moeten nemen met het geschilderde brood. Dat is erg”.

Behoedzaam

Dat de polarisatie haar tol eist, is volgens ds. Moerkerken niet te ontkennen. Als voorbeeld noemt hij de discussie over de betrokkenheid van de vrouw bij de SGP. Dat debat bewijst naar zijn overtuiging dat de verschillende vleugels binnen de partij elkaar niet meer verstaan en bovendien elkaar niet meer vertrouwen. „Dat heeft ons een zetel gekost. Dat is heel erg. Ik denk dan ook dat we heel behoedzaam moeten zijn, elkaar vast moeten houden”.

Behoedzaamheid betekent voor de docent van de theologische school niet dat hij in alle gevallen het compromis bepleit. „We moeten ons blijven oriënteren op de wortels van onze organisaties. Wat hebben ds. Kersten en ds. Zandt met de SGP beoogd? Hun principes moeten worden vertaald naar de hedendaagse situatie. Van der Vhes doet dat op een heel integere manier”.

Dat er in de loop der jaren binnen de gereformeerde gezindte veel organisaties zijn ontstaan, heeft volgens ds. Moerkerken zowel negatieve als positieve kanten. „Het is een reëel gevaar dat organisaties die met de beste bedoelingen gesticht zijn, op den duur een doel in zichzelf worden. Dan blijven ze bestaan, terwijl hun bestaansgrond is weggevallen”.

Positief noemt de docent van de theologische school het dat door de samenwerking binnen reformatorische organisaties meer begrip tussen de verschillende kerken van de gereformeerde gezindte is ontstaan. „Daardoor is er ook meer onderlinge waardering gekomen”.

SRB-avonden

Het bestaan van het reformato risch onderwijs noemt hij een groot goed. „Door de emancipatie van de gereformeerde gezindte gingen eind jaren zestig meer jongeren een middelbare schoolopleiding volgen. Wij moesten toen wel eigen scholen stichten, want anders hadden we onze kinderen moeten toébetrouwen aan de scholen van algemeen christelijke signatuur, waar vaak sprake was van een grote verwatering”.

Dat jongelui op de eigen scholen leeftijdgenoten uit andere kerken van de gereformeerde gezindte ontmoeten, vindt ds. Moerkerken niet het grootste probleem. „Het gaat er echter wel om dat er over de Waarheid hetzelfde wordt gedacht. In mijn contacten met het reformatorisch onderwijs heb ik bijvoorbeeld hervormde ouderen en jongeren meegemaakt, waar ik helemaal geen breuklijn mee ervaar. Je voelde dat je met elkaar op dezelfde lijn zat, als het ging over de kem van het geestelijk leven”.

Tegen de SRB-jongerenavonden kan de predikant uit Gouda weinig bezwaar hebben. „Of op die bijeenkomsten de kerkelijke grenzen vervagen, vraag ik mij af. Verreweg de meesten hebben op een reformatorische school gezeten en daar anderen ontmoet”.

Ds. Moerkerken zegt de SRBavonden positief te beoordelen. „De kan niet inzien wat er verkeerd aan is als op een zaterdagavond 600 jonge mensen eerbiedig luisteren naar een gedeelte uit de Heilige Schrift of een overdenking over het geestelijk leven. Het is echter wel belangrijk om de vinger aan de pols te houden wat de keus van de sprekers betreft. Maar als dominee Roos van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland op een reformatorische bezinningsavond sprak, dan zou ik tegen mijn kinderen zeggen: Ga er maar gerust heen. Ik kan me tien slechtere plekken voorstellen dan dergelijke avonden”.

„Ik heb zelf verschillende van die bijeenkomsten meegemaakt en ben toch wel onder de indruk gekomen van de ernst waarmee men luistert. Er leven geestelijke vragen. Wat is nou de wedergeboorte? Wat is de rechtvaardigmaking? Hoe leert een mens God, Christus en zichzelf kennen? Daar kon je zomaar een gesprek van een halfuur hebben, wat je soms op de catechisatie niet lukt”.

Blinde vlekken

Wat ds. Moerkerken wel grote zorgen baart, is dat jongeren dreigen los te weken van de bevindelijke waarheid. „Je merkt soms aan de vragen van jongeren welke kant ze op willen. Dan denk ik: Kennen jullie de wortels van onze gemeenten en de kenmerken van de bevindelijke prediking nog wel?”

Vooral de aantrekkingskracht van de evangehsche beweging is een groot gevaar. De predikant is bang dat steeds meer jongeren zich laten leiden door mensen met een sterk evangelische inslag. „JIoewel ik best respect heb voor de stellingname van bijvoorbeeld de EO op ethisch en maatschappelijk gebied, is het toch erg gevaarlijk als de evangelische beweging het kompas vormt voor de jongeren van onze gemeenten. De Waarheid wordt dan immers wel voor een deel losgelaten”.

Een ander reëel gevaar voor de gereformeerde gezindte is de verwereldlijking. Ds. Moerkerken waarschuwt in dat verband voor „Winde vlekken”. „De televisie is zeker een gangmaker geweest van de ontkerstening. Daarom moet wij blijven waarschuwen tegen het bezit daarvan. Maar het gevaar van verwereldlijking is breder: het gaat om materialisme, om je kinderen en ga zo maar door. Ten diepste geldt dat een ieder die de Heere niet vreest, in feite puur werelds denkt en werelds leeft”.

Schokkend

DS. Moerkerken benadrukt dat er maar één remedie tegen verwereldlijking is. „Als de Heere een mens bekeert dan ziet hij dat hij zijn hart aan alles geeft wat God niet is. Dan kom hij er achter wat de wereld is. De vraag is echter wel of hier nog oog voor is. Ik denk dat we in onze kerken verder weg zijn dan we beseffen. Dat geldt zowel ter linker als ter rechter zijde. Het geldt niet alleen voor mensen die televisie hebben, maar je ziet het ook bij keurige gezinnen die rechts in de gemeente staan, maar waar thuis nooit een woord valt over de Heere. Het is allebei wereld!”

Het echte geestelijke leven ebt weg, constateert de predikant. „J5at is een ontzettende zorg. Als je op catechisatie tegen de jongens zegt:

Zoek Gods volk eens op, dan vragen ze soms waar ze naar toe moeten. Zo’n vraag is op zich al zo schokkend. Dat hoefden ze voor de Tweede Wereldoorlog in Rijssen niet te vragen. Daar moeten we ook eens over denken. Dat is een zorg. Niet alleen voor mij, alle kerken in de gereformeerde gezindte zitten daar mee”.

De vraag hoe mensen en organisaties uit de gereformeerde gezindte zich in de Nederlandse samenleving dienen op te stellen, is volgens ds. Moerkerken zeker niet eenduidig te beantwoorden. „Wij moeten niet alleen kiezen voor het isolement. Wij hebben een boodschap voor de wereld, maar dat betekent niet dat elke organisatie dezelfde openheid moet hebben”. Als het over het reformatorisch onderwijs gaat, pleit hij voor het afschermen van de kinderen zolang het kan. „Er staat van Mozes dat zijn ouders hem verborgen, totdat het niet meer kon”.

Anderzijds meent de predikant dat het zeker niet de bedoeling is dat iedereen in een reformatorisch bedrijf gaat werken. „De Heere zegt: Gij zijt het zout der aarde. Je kunt een tafel hebben met kostelijk voedsel en een pot met zout. Het zout moet echter niet in de pot blijven, het hoort in het voedsel. Als wij met z’n allen in zo’n pot gaan zitten, dan verlies je die functie natuurlijk. Dat zou wel eens een schaduwzijde van de verzuiling kunnen zijn”.

Toekomst

Als het over de toekomst van de reformatorische zuil gaat, blijft ds. Moerkerken terughoudend. „Allereerst geldt: Houdt dat ge hebt; bewaar het pand u toebetrouwd. Zo zie ik toch onze krant, onze politieke partij en onze scholen. Ja, dat is een groot goed”.

„Aan de andere kant moeten we ook de les van de historie niet vergeten. Als we de teloorgang zien van de machtige antirevolutionaire zuil van dr. Abraham Kuyper dan moeten we daar lering uit trekken. De exponent van Kuypers zuil, de Vrije Universiteit, is nu een bolwerk van vijandschap. Wat een les. Hoe dat komt? Door het verlies van het echte geestelijk leven bleef alleen de vorm nog over. Bovendien was er geen ootmoed. Het was de parade der mannenbroeders. De heb weleens hardop gezegd: Heere, zo gaat het met ons ook. We lopen er alleen vijftig jaar achteraan”.

„De derde kanttekening bij de toekomst is de boodschap van de Schrift. Het gaat naar het einde. Calvijn zegt: Als de Heere komt, zal de zichtbare kerk een mine zijn.. Ook ik verwacht geen heilstaat voor de kerken. Ik geloof dat de Schrift ons leert, dat naarmate de Bruidegom komt, de maagden in slaap vallen. De maagden, dat is niet kerk én wereld, maar dat is de kerk. Dat is de kerk die erop lijkt en de echte kerk. Er staat: en ze werden aUen sluimerig en ze vielen allen in slaap. Maar daar tegenover staat dat de Heere Zijn werk in stand zal houden”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 18 juni 1996

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

„Bevinding geurt als versgebakken brood”

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 18 juni 1996

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's