Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rechter Vergunst: „Jullie bij de krant hebben het makkelijk”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rechter Vergunst: „Jullie bij de krant hebben het makkelijk”

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZUTPHEN - „4k probeer als christen-rechter bij collega’s begrip te kweken bij bijvoorbeeld een polio-epidemie. Zodat zwartwitbeelden daarover worden bijgeschaafd”. De Zutphense rechter nu-, drs. D. Vergunst (39) over de haken en ogen aan het rechtersvak. Haken en ogen ja, want: „Het christendom in de maatschappij heeft zijn mooiste tijd gehad”.

Tja, wat wordt er eigenlijk allemaal besproken achter de deuren van de raadkamers in Nederiand? Welke mens gaat er schuil achter de zwarte toga? Oordeelt een humanist milder dan een atheïst? En vonnist een VVD’ej- anders dan een GPV’er? De wet is toch de wet? Allemaal vragen die je in één potje kunt gooien waarop staat: Hoe zit het met de onafhankelijkheid van de rechter?

Over die kwestie is het laatste woord nog niet gesproken. Deze week deed mr. S. Roy er een duit in het zakje. De 67-jarige Royer nam afscheid als president van de Hoge Raad der Nederlanden, het hoogste rechtscollege in ons land. Hij zei. onder meer: „Een rechter moet zich bewust zijn van zijn politieke en religieuze opvattingen. Bij zijn taakuitoefening moet hij zich daarvan losmaken”.

Duidelijke taal dus. Maar kan een rechter in zijn werk zijn levensbeschouwelijke achtergrond terzijde schuiven? „Iedereen draagt onlosmakelijke, levensbeschouwelijke bagage mee”, zegt rechter Vergunst, zoon van wijlen ds. A. Vergunst en lid van de gereformeerde gemeenten in Apeldoorn.

Hij legt uit; „Een rechter is geen automaat. Dat werd twee eeuwen terug bij de invoering van ons rechtssysteem wel gedacht. Zo van: elke rechter hanteert dezelfde wet, er is een conflict, je trekt aan de hendel, raadpleegt dus een rechter en hup... daar is het vonnis”.

„Zo werkt het niet. Het is onmiskenbaar dat je persoonlijke opvattingen een rol spelen, zij het bescheiden. Hoewel er veel vastligt in de rechtsregels, heb je toch ruimte in de interpretatie van een wet. Als in de raadkamer zondagsarbeid ter sprake komt, kun je de beweegredenen van christenen noemen en voor hen ruimte vragen. Dat lukt soms best wel”.

Weinig keus

Vergunst is werkzaam in een rechtsorde die v ^ lieverlee onchristelijker wordt. Zie abortuswet. Zie euthanasieregeling. Zie de plannen voor de invoering van het homohuwelijk. En het rijtje is langer.

Rijst de vraag: Komt een protestants-christelijke rechter in de knel bij zijn werk? Tot nu toe „nauwelijks”, zegt Vergunst die vanaf 1993 rechter is. Sindsdien houdt hij zich vooral bezig met civiele zaken. Huurgeschillen bijvoorbeeld.

Vergunst verkeert evenwel soms in moeilijke situaties. „ 3hisch grensgebied”, noemt hij dat. Bij euthanasiegevallen bijvoorbeeld. „Terwijl je euthanasie uit jDrincipieel oogpunt afwijst, moet je als rechter soms oordelen of een arts zorgvuldig gehandeld heeft. Stel dat ik een ethische uitspraak doe over euthanasie: die wordt in hoger beroep onmiddellijk gecorrigeerd. Bovendien zou ik op zo’n manier gezag verliezen bij collega’s”.

Staan de regels van het Nederlands recht voor u boven de Bijbel?

Vergunst: „Die vraag kan ik niet met ja of nee beantwoorden. Daar zit een stuk spanning. Ik heb weinig keus. De kans is bijvoorbeeld zeer groot dat ik in de toekomst moet meewerken aan echtscheidingen. Ik regel dan bijvoorbeeld scheiding van tafel en bed. Wil je daar als rechter niet aan meewerken, dan moet je zeggen: Ik stop ermee”.

„Die prijs vind ik veel te hoog”, zegt Vergunst. „Dan is je invloed als christen weg. Ik vind dat je erbij moet zijn. Je kunt als christen in de rechterlijke macht soms een remmende invloed hebben. Dat is defensief, maar het is niet anders. We komen almeer in het gedrang”.

„In de toekomst verwacht ik vele rechtszaken rond zondagswerk. De zondag: voor ons een heilige dag. Heilige dag? Een niet-christelijke rechter snapt daar nauwelijks wat van. Dat moeten we dus aan hen uitleggen”.

Niet makkelijk

Rechter zijn en christen zijn is niet makkelijk. Vergunst geeft nog een voorbeeld. „Stel dat een man zich vrouw voelt en daarom een operatieve ingreep wil. Daarvoor moet de rechter het een en ander regelen. Uit bijbels oogpunt wijs ik dit in beginsel af. Moet ik als rechter mijn handen ervan aftrekken? En wat moet de reformatorische chirurg? De behandeling weigeren?”

Stel dat omwonenden protesteren tegen de komst van een moskee. U oordeelt dat de bezwaren on gegrond zijn. De moskee komt er. Botst dat bij u?

„Nee, ik sympathiseer wel met de SGP, maar niet op het punt van artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis over de bestrijding van de valse godsdienst. Hoezeer je daar ook waarde aan hecht, in de praktijk werkt het artikel niet. Ik sta meer in de lijn van Willem van Oranje: vrijheid van godsdienst”.

„Wat deden Daniël en zijn vrienden? Ze bogen niet voor het beeld. Wij mogen ook nooit buigen voor afgodsbeelden. Maar ze vroegen niet aan de koning of hij het om wilde hakken. Ik vind dat we ermee op moeten houden de overheid om de oren te slaan met artikel 36”.

Luxe

„Als rechter beslis je zelden tussen goed of kwaad. Je moet compromissen sluiten. Dat kost strijd en daar is veel gebed voor nodig. Je zit voortdurend op de wip”. „Ik merk dat veel christenen uit onze kring daarvoor weglopen. Zo van; wat marchanderen we toch met de beginselen? Als de kleine christelijke partijen in een regeringspositie zouden komen, zullen ze drommels goed merken wat ik bedoel. Want soms kun je kiezen voor het. minst kwade om erger te voorkomen. Ik vind dat je voor die keus niet weg moet lopen. De SGP doet dat vaak wel.

Vaak zitten de spraakmakende leiders in reformatorische kring in de luwte en dat bedoel ik niet verkeerd. Jullie bij de krant hebben het makkelijk. Jullie hebben de luxe dat je in je werk exact kunt handelen naar je beginselen. Predikanten bijvoorbeeld staan soms ver van de dagelijkse strijd in de maatschappij af’.

Strijd

„De buitenwacht doet wel eens alsof je een beginselloze jurist bent, die op een mooie baan uit is. Ik héb mooi werk, ik héb niet altijd de tijd en de ruimte voor ethische overwegingen, maar toch probeer je als christen invloed uit te oefenen. Ik hoor soms mensen zeggen; Ik zou het niet voor mijn geweten kunnen verantwoorden om rechter te zijn. Daar kan ik me wat bij voorstellen. Maar dan zeg ik: Ho jongens, laten we ons niet terugtrekken uit de maatschappij”.

„Tienduizenden christenen moeten dagelijks een strijd voeren. In de rechtszaal, in het ziekenhuis, maar ook op de bouw waar de popmuziek keihard aanstaat. De tijd wordt er niet simpeler op. Het christendom in de maatschappij’heeft zijn mooiste tijd gehad”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 1996

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's

Rechter Vergunst: „Jullie bij de krant hebben het makkelijk”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 oktober 1996

Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's