Omstreden stadhouder Willem V
Over geen prins in vaderlandse geschiedenis is zo weinig goeds verteld
Willem V heeft een slechte naam in onze geschiedenis, zelfs onder zijn eigen familie. Er wordt verteld dat koningin Wilhelmina weigerde aanwezig te zijn toen het lichaam van Willem V, 150 jaar na zijn overlijden, in de grafkelder in Delft werd bijgezet. Ze wilde niet achter de baar van „zo’n sufferd” aanlopen. Geen prins in onze vaderlandse geschiedenis over wie zo veel kwaads is verteld als over deze man.
Het beeld van de patriotten is sterk aan verandering onderhevig geweest. Het oordeel over de grote tegenstanders van stadhouder Willem V is evenmin onverdeeld gunstig. In oude schoolboekjes zijn de patriotten, die ook wel eens wat invloed op de politiek wilden, erg negatief afgeschilderd. Lange tijd stonden zij te boek als „verraders van het vaderlands gevoel”.
Opgewonden schreeuwlelijkerds zijn ze genoemd. Anderen daarentegen maakten duidelijk dat men patriotten absoluut niet mocht vergelijken met NSB’ers. Nee, zij waren veeleer echte vaderlanders en voorlopers van de democratie. Zo raakten wij bij de beoordeling van het ene uiterste in het andere. Volgens de vorig jaar overleden historicus dr. J. W. Schulte Nordholt zijn beide beoordelingen onjuist.
Per ongeluk
Patriotten waren burgermensen die heel bang waren voor volledige volksinvloed. Het waren per ongeluk revolutionairen. Tijdgenoten zouden met deze laatste conclusies niet ingenomen zijn geweest. De gevangenzetting van prinses Wilhelmina bij Goejanverwellesluis door de patriotten bijvoorbeeld was een gebeurtenis die op dat moment al een diepe indruk maakte. Een beweging die een vorstelijk persoon durfde te weerstreven, daar zat toch wel iets van de nieuwe revolutionaire geest in. De aanhouding werd door velen gezien als een dodelijke belediging. De emoties laaiden zeer hoog op en wie de geschriften uit die tijd leest, constateert een buitengewoon heftig taalgebruik. Zowel prinsgezinden als patriotten bedienden zich van overdreven bewoordingen en krasse aantijgingen. Zo verscheen er in 1789 een patriottisch pamflet: “Het Prophetisch gezicht van den ziender Johannes”. Daarin verklaarde de schrijver het “getal van het beest”, Gè( (Openbaring 13:18), op naam en titel van de prins toepasselijk.
Als elke letter van het alfabet met een getal wordt aangeduid (a=l, b=2 enz.), hebben de woorden “Willem de Vijfde, prins van Oranje, stadhouder van de Vereenigde Nederlanden” tezamen een getalswaarde van 666, zo rekende de pamflettist zijn lezers voor.
Schande
Prinsgezinde pamflettisten, zoals ds. Jan Scharp, lieten zich evenmin onbetuigd. Zo dichtte hij, nadat de koning van Pruisen de patriotten had verjaagd vanwege onder andere ‘Goejanverwellesluis’, het volgende vers:
De Godsark keerde vrolijk weer, En Dagon lag bedonderd neer In schande weggezonken.
De door patriotten gemaakte vergelijking, waarin ze Willem V aan het beest uit Openbaring gelijkstelden, was maar een van de talloos vele aantijgingen aan het adres van de stadhouder, gedaan door tijdgenoten en door volgende generaties.
Pamfletten
Persoon, karakter en gedrag van Willem V hebben het in de pamfletten van zijn dagen zwaar te verduren gehad. Hij is afgeschilderd als een kwaadwillende onbenul, een doortrapte tiran en als “de waere oorzaek van ‘s Lands ongeval”. De dichter Jacobus Bellamy maakte op de prins het volgende vers:
’t Was nacht toen U Uw moeder baarde, Een nacht zoo zwart als immer was; Een heir van helsche geesten waarde, ‘t Gevogelt liet een scherp gekras Door ‘t aok’lig woud, tot driemaal, hooren... Tot romp van ‘t Vaderland geboren Zijt gij tot vloek des volks gesteld.
In de kring
Op grond van dit soort gedichten werd Bellamy onmiddellijk in de kring der patriotten opgenomen. Zelfs als je bedenkt dat men het in een propagandaoorlog meestal niet zo nauw neemt, zijn deze woorden toch moeilijk meer voor te stellen in onze tijd, waarin het Oranjehuis er inmiddels heel wat beter op staat. Sommige pamflettisten maakten zelfs openlijk toespelingen op een moordaanslag op de prins. Het verbaast ons hoeveel vuilspuiterij er in die tijd naar boven kon komen. De spotprenten waren talrijk en laag-bij-de-gronds. In één ervan, “Het Geldersche Zwijn” uit 1786, werd Willem V door de patriotten voorgesteld als een zwijn dat de rechten van stad en bur ger vertrapt, onbeschaamd zijn behoefte doet op de Unie van Utrecht en Bourgogne-wijn slurpt uit een varkenstrog.
Levenswijze
Een andere zeer bekende pamflettist uit die dagen. Baton van der Capellen tot den Pol, betichtte de prins eveneens van een beestachtige levenswijze: „Ziet men u niet dagelijks dronken in het publiek verschijnen, zodat gij voor iedereen een voorwerp van spot en minachting wordt?” en verder insinueerde hij: „Hoe zijn uw zomervermaken op het Loo? Zot, kinderachtig, soms erger!”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 december 1996
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 december 1996
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's