Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

”Beroerte: de grootste kopzorg van nu”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

”Beroerte: de grootste kopzorg van nu”

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bijna iedereen heeft wel eens gehoord van een beroerte. Tóch weten nog altijd meer mensen wat een hartinfarct is dan wat precies een beroerte is. Een beroerte is een vaataandoening in de hersenen: cerebro vasculair accident (”ongeluk in de hersenbloedvaten”). Vorige week startte de Nederlandse Hartstichting een grootscheepse campagne om de bevolking bekend te maken met de voortekenen van een beroerte. Want net als bij een hartinfarct is daar bij een beroerte sprake van. En wanneer voortekenen snel worden herkend, kan de schade mogelijk worden beperkt.

Elk jaar krijgen maar liefst 26.500 Nederlanders een beroerte, waarvan eenderde binnen een jaar overlijdt. Een beroerte kan een herseninfarct zijn (80 procent), waarbij een bloedprop de oorzaak vormt van een afsluiting van een bloedvat in de hersenen. Het kan ook een hersenbloeding zijn (15 procent) waarbij een bloedvat is opengebarsten of bestaat in 5 procent uit overige vaataandoeningen in de hersenen.

Een herseninfarct is eigenlijk hetzelfde als een hartinfarct, maar dan in de hersenen. Na hartziekten en kanker is beroerte doodsoorzaak nummer drie en de belangrijkste oorzaak van invaliditeit in ons land. Naar schatting zijn er op dit moment in Nederland 100.000 patiënten die een beroerte hebben gehad. Van degenen die voor het eerst een beroerte krijgen, is 50 procent jonger dan 75 jaar en 17 procent jonger dan 65 jaar. Als gevolg van de toenemende vergrijzing zullen naar schatting in 2010 in Nederland 30 procent meer mensen getroffen worden door een beroerte. Al met al raken er elk jaar meer mensen invalide als gevolg van een beroerte dan als gevolg van een verkeersongeval. Daarnaast heeft een beroerte vaak zeer ingrijpende lichamelijke gevolgen (eenzijdige verlammingen, spraakstoornissen), is er vaak sprake van dramatische geestelijke en sociale gevolgen (vergeetachtigheid, depressiviteit en gedragsveranderingen). Allemaal omstandigheden waar niemand op voorbereid is en die het leven erg moeilijk kunnen maken, zowel voor de patiënt zelf als voor zijn directe omgeving. „Ik ben met een andere man getrouwd”, zegt een mevrouw in een van de spotjes.

Inspanning

Op het moment dat staatssecretaris mevrouw Terpstra de ”thuiszorg” in de Tweede Kamer verdedigde, gaf V. J. Mooy vorige week met een enorme klap op een kop van Jut het startsein voor de voorlichtingscampagne van de Hartstichting. De beeltenis van deze internationale zakenman, die vier jaar geleden getroffen werd door een beroerte, siert het voorlichtingsmateriaal.

„De trok destijds ergens aan. Blijkbaar was die inspanning te groot”, zegt Mooy. „Wat er toen gebeurde, kan ik niet verklaren. De was mezelf niet meer. Mijn vrouw bracht me naar een ziekenhuis. Daar bleek ik een hersenbloeding te hebben. Mijn bloeddruk was veel te hoog. Die werd meteen omlaag gebracht. Kort daarop kreeg ik een herseninfarct. De rechterkant van mijn lichaam was toen verlamd en het spreken ging niet meer. Van de bloeding heb ik niets overgehouden, van het herseninfarct wel. Vroeger was ik verbaal sterk ontwikkeld. De was goed in talen. Wanneer ik nu Engels spreek, moet ik er heel goed bij nadenken. Mijn leven is gedeeltelijk veranderd. Ik kan bijvoorbeeld geen grote krachtsinspanningen meer verrichten. In grote lijnen kan ik gelukkig doen alsof er niets met mij gebeurd is. Als ik kijk naar mijn moeder van negentig jaar, die al twintig jaar in een rolstoel zit, dan mag ik nog van geluk spreken”.

Mooy is blij met de campagne van de Hartstichting. „Wanneer je de voortekenen van een beroerte herkent, kun je maatregelen nemen die mogelijk verdere schade voorkomt”, zegt hij.

Voortekenen beroerte

Volgens de Nederlandse Hartstichting is het droevig gesteld met wat het publiek weet over beroerten. Uit een onderzoek van Intomart onder het publiek van veertig jaar en ouder blijkt dat drie van de vier Nederlanders iemand in de omgeving kennen met een beroerte; 85 procent weet dat een beroerte wordt veroorzaakt door problemen met bloedvaten in de hersenen; 80 procent weet niet wat een tia is (transient ischaemic attack); 50 procent kan geen voortekenen noemen; 64 procent denkt dat een beroerte niet of bijna nooit te voorkomen is; 74 procent noemt alleen lichamelijke gevolgen als blijvende gevolgen van een beroerte en slechts 18 procent noemt alleen geestelijke en sociale gevolgen als blijvende gevolgen van een beroerte.

Mevrouw I. Hellemans, adjunctmedisch directeur van de Nederlandse Hartstichting, is bezorgd over deze geringe kennis onder de bevolking. „Hoog tijd dat iedereen weet wat de verschijnselen zijn van tijdelijke doorbloedingsstoornissen in de hersenen (tia’s)”, zegt ze. Ze somt op: „Een tia treedt altijd plotseling op; duurt vaak maar 10 tot 20 minuten en is binnen 24 uur volledig verdwenen. De verschijnselen zijn: wartaal of moeilijk spreken, niet meer uit de woorden kunnen komen; dubbelzien of blindheid van één oog; eenzijdig krachtsverlies of verlamming van arm en/of been; scheeftrekkend gezicht, afhangende mondhoek, hevige draaiduizeligheid, coördinatie- en/of evenwichtsstoornissen”. Haar advies luidt dan ook: „Ga met deze klachten onmiddellijk naar de huisarts”.

De belangrijkste te beïnvloeden risicofactoren voor het krijgen van een beroerte zijn: hoge bloeddruk en roken. De Hartstichting heeft een risicotest ontwikkeld, waarin roken, alcoholgebruik, gewicht, voeding, beweging en bloeddruk in een score worden omgerekend. Samen met niet beïnvloedbare factoren, zoals leeftijd, hartritmestoomissen of suikerziekte, bepaalt deze score het uiteindelijke risico. Van de mensen die door een beroerte werden getroffen, was 38 procent bekend met hoge bloeddruk, terwijl een kwart al eerder een beroerte of een of meer voortekenen had meegemaakt.

Spoedopname

Voorlichting geven staat bij de Hartstichting voorop. Daarnaast werkt men aan vakantieopvang voor de patiënt, zodat de verzorger even op adem kan komen, gaat men cursussen geven en ontmoetingsweken organiseren. Tevens spant men zich in voor een verbeterde zorg en wordt onderzoek mogelijk gemaakt naar effectieve behandelmethoden.

Zorg voor de patiënt is een heet hangijzer. „Lang niet alle artsen zien voor een beroerte een spoedopname in een ziekenhuis zitten”, zegt anesthesist-intensivist dr. H. Goslinga. Hij is bestuurslid van de Stichting CVA Nederland en verdedigt een snelle opname in het ziekenhuis met een kortdurende intensieve behandeling, waarna intensieve revalidatie volgt in hersenherstellingscentra, waarvan er een aantal in Nederland komt als een specifieke afdeling in een verpleeghuis.

Prof dr. P. J. Koudstaal stelt in zijn morgen te houden oratie dat in de behandeling van patiënten die door een beroerte zijn getroffen recent grote vooruitgang is geboekt. Koudstaal is benoemd tot hoogleraar neurologie aan de faculteit der geneeskunde en gezondheidswetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam.

„Bestrijden van hoge bloeddruk, het dagelijks gebruik van aspirine door patiënten die een kleine beroerte hebben doorgemaakt en het gebruik van antistollingsmiddelen door patiënten bij wie de beroerte is veroorzaakt door een stolsel uit het hart”, is zijn devies. „Adequate ziekenhuisopname van deze patiënten kan en moet beter”, aldus Koudstaal.

Hij hekelt de vier uur tijd die er gemiddeld nog altijd zit tussen het begin van de klachten en aankomst in het ziekenhuis. De oorzaak hiervan is volgens Koudstaal niet dat er te weinig bedden zijn, maar dat de doorstroming naar een revalidatiekliniek of verpleeghuis veel te lang duurt. Hij wil dat er afspraken worden gemaakt tussen ziekenhuizen en verpleeghuizen die de doorstroming bevorderen. Ook moeten de verpleeghuizen aangepaste tarieven krijgen voor de intensieve revalidatie in de herstelfase van deze patiënten.

„Dat laatste wordt heel sterk door de politiek overwogen”, zo liet topambtenaar Bakkerode bij de start van de publiciteitscampagne weten. „Maar zo’n nieuwe structuur is niet in één dag te realiseren. Ook het veld moet daarvoor aan het werk”, zo gaf hij te kennen. „Zorgverzekeraars moeten financieringsschotten doorbreken”, zei zorgverzekeraarsvoorzitter H. Wiegel. Het klinkt hoopvol, maar hoe lang zal dat alles nog duren?

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

”Beroerte: de grootste kopzorg van nu”

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 maart 1997

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's