Na halve eeuw eerherstel voor Monne de Miranda
Amsterdamse wethouder in de oorlog gedood
AMSTERDAM (ANP) - Zelf heeft de vooroorlogse Amsterdamse wethouder Monne de Miranda (1875-1942) enig eerherstel niet mogen meemaken, want hij werd in de Tweede Wereldoorlog in het doorgangskamp Amersfoort doodgemarteld. In 1939 werd de socialistische bestuurder valselijk beschuldigd van corruptie. Pas 58 jaar later volgt eindelijk rehabilitatie.
Om zich tegen de aantijgingen te verdedigen schreef De Miranda het verweerschrift Pro Domo, maar partijgenoten van de SDAP traineerden de publicatie. De gedrukte vellen bleven in 1940 bij de Arbeiderspers liggen. Nu verschijnt het geschrift alsnog, voorzien van commentaar van de schrijver/journalist Geert Mak, de historicus Gilles Borrie en Frans Heddema. De Amsterdamse burgemeester Patijn zal het boek morgen aanbieden aan de nabestaanden van De Miranda.
In 1919 werd de in een joodse krottenwijk geboren S. Rodrigues (Monne) de Miranda wethouder van Amsterdam. Hij zette zich met de legendarische wethouder Floor Wibaut in de jaren twintig en dertig in voor sociale woningbouw.
Zijn leven lang al spande de bevlogen SDAP’er zich in voor de armen. Hij zette een levensmiddelenvoorziening op en gemeentewinkels, waar tegen concurrerende prijzen kleding en huishoudelijk artikelen op de markt werden gebracht. De middenstand zag dit met lede ogen aan en verfoeide de „rode jood”, die hun het brood uit te mond stootte. De Miranda had hiermee zijn eerste vijanden gemaakt.
Toen hij zich in de jaren dertig inspande voor goedkope woningen voor arbeiders en de uitgifte van erfpachtgronden opvoerde, kreeg hij ook zijn ambtenaren en de bouwwereld tegen zich. De antisemitische stemming, die vóór de oorlog heel algemeen was, deed de rest. Al langer circuleerden verdachtmakingen en geruchten over zaken in de bouwwereld die het daglicht niet konden verdragen. Ook de namen van De Miranda en diens zoon vielen hierbij.
Hetze
De wethouder werd slachtoffer van een antisocialistische hetze met antisemitische trekken. De Telegraaf kwam begin 1939 uiteindelijk openlijk met de beschuldiging van fraude. De SDAP liet De Miranda vallen als een baksteen. De kleine wethouder, die vanwege zijn scherpe tong bekend stond als een politieke straatvechter, stortte geestelijk in. Toen hij drie jaar later werd afgevoerd naar het doorgangskamp Amersfoort, was hij er heilig van overtuigd dat zijn politieke tegenstanders daarachter zaten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 april 1997
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 april 1997
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's