Ontdekkende genade
„En Simon Petrus, dat ziende, viel neder aan de knieën van Jezus, zeggende: Heere! ga uit van mij; want ik ben een zondig mens”. Lukas 5:8
Er wordt in ons land zondag aan zondag nog op heel veel plaatsen gepreekt. In elke stad en in leder dorp kun je naar de kerk, dikwijls op verschillende plaatsen. De kerkdienstenpagina’s van de donderdagkrant bieden nog maar een déél. In een tijd van toenemende kerkverlating is dit opmerkelijk en voorzover Gods Woord recht bediend wordt ook verheugend en hoopgevend. Maar wrat werkt het uit?
In Lukas 4:42 lezen we hoe de scharen in Galilea Jezus zochten en Hem haast dwongen bij hen te blijven. De schare drong op Hem aan om het Woord Gods te horen (Lukas 5:1). Daar moeten we wel bij bedenken dat de mensen heel verschillend reageerden op Jezus’ prediking. De dienst in Zijn vaderstad Nazareth was in grote vijandschap tegen Hem geëindigd; men pleegde zelfs een aanslag op Zijn leven (4:29)! In Kapernaüm daarentegen versloegen ze zich over Zijn leer (4:32).
Er was in het ”Galilea der heidenen” een honger naar het Woord. In het land van grote donkerheid gaat het Licht schijnen (Jesaja 9:1)! Dat is Hij, Die het Licht der wereld is (8:12). Men wilde dat Hij bij hen bleef, maar dat kan niet; Jezus moet ook andere steden het Evangelie van het Koninkrijk Gods verkondigen, daartoe is Hij uitgezonden (4:43). De grote Profeet is bedacht op Zijn opdracht van de Vader ellen moeten het Evangelie horen. Het gaat er niet om hoe vaak je het gehoord hebt; één preek kan genoeg zijn tot bekering en om ons elke verontschuldiging te benemen in de dag van het oordeel.
Nu lezen we in Lukas 5 dat Jezus op sterk aandringen van de mensen hen leerde vanuit het vissersbootje van Simon. Hij onderwees in het Koninkrijk der hemelen. Hij verkondigde de nu aangebroken heilstijd; dat Gods genadeheerschappij zich krachtig zou gaan openbaren: Gods Koningschap van overvloedige genade en heerlijkheid. Een Koninkrijk waarin geen nood en dood, geen ziekte of honger of enig gebrek meer zal gevonden worden. Daar zijn geen zonden en dus geen wonden.
Simon had een slechte nacht achter de rug: de hele nacht gevist en niets gevangen! Al zijn werk was vruchteloos geweest Geen vangst geen verdiensten, maar zorgen en teleurstelling. Zelfs niet iets, maar helemaal niets gevangen! Hij had die nacht Gods oordeel over de zonde zo sterk ondervonden: de aarde (en de zee) om uwentwil vervloekt! Ze zal doornen en distelen oortbrengen; ze is aan de ijdelheid onderworpen (Romeinen 8:20). Alle moeite tevergeefs! Maar mi gaf de Heere Jezus, Die zojuist de schare had onderwezen, aan hem een opdracht Steek af naar de diepte en werp uw netten uit om te vangen. Dat is een vreemd bevel; overdag viel er immers weinig te vangen? En die nacht was het al helemaal voor niets geweest. Dit gaat dwars tegen alle regels van de viskunst in!
Dan klaagt Simon zijn nood bij Jezus; waarmee hij laat merken: Meester, wat heeft het nog voor zin? Maar hij laat er direct op volgen: „Doch op Uw Woord zal ik het net uitwerpen”. Eerst uit hij wel z’n teleurstelling en z’n twijfels, maar vervolgens geeft hij gehoor aan het bevel van de Meester. En dan gebeurt het wonder van een grote vangst, zó zelfs, dat het net scheurde en de beide scheepjes haast zonken! Zó overweldigend groot was de vangst.
Toen Simon Petrus dat zag, wierp hij zich aan Jezus’ knieën neer en zei: „Heere, ga uit van mij, want Ik ben een zondig mens”. Wonderlijke reactie! Of toch niet? Je zou verwachten dat Petrus begon te springen en te juichen van blijdschap. Zo’n geweldige vangst, terwijl je meende met niets thuis te moeten komen. En toch: Simon Petrus werd tóen juist zo heel klein voor de Meester; hij voelde op dat moment zo sterk zijn onwaardigheid voor de Heere.
Hij, als ervaren visser, had niets kunnen vangen die nacht en nu laat Jezus op Zijn bevel het net met vissen volstromen. Hij erkende hierin een wonder van Jezus’ macht; een teken van het Koninkrijk der hemelen, een heerlijk en overtuigend bewijs van de genade en overvloed van dat Koninkrijk. Petrus mocht bevinden; bij de Heere zijn alle dingen mogelijk.
Jezus had maar te spreken, te gebieden, en het geschiedde terstond. Zo had hij eerder al Petrus’ schoonmoeder genezen (4:39). Gods genade voor arme, ellendige zondaren is overvloedig en overweldigend rijk, zowel voor de ziel als voor het lichaam, voor de hele mens.
Petrus behoefde van toen af nooit meer bezorgd te zijn ever z’n leven(sonderhoud) en dat van de zijnen; ook niet als hij weldra alles zou verlaten om Jezus te volgen. Tegelijk leerde Petrus hoe groot de afstand is tussen de Heere, zó machtig en heerlijk, en hem, arme, zwakke en in alles zo afhankelijke zondaar. Deze les moeten we allen leren: die van de verwondering, hoe dit kan bestaan! Dat deze Heere te doen wil hebben met zo’n zondig mens als ik; met vruchteloosheid geslagen, zonder enig recht op en enige beschikking over eten zelfs voor één dag.
De wet doet de zonde kennen, maar dan wel als de wet van God, de wil van de almachtige, heilige en barmhartige HEERE en Vader van de Heere Jezus Christus; die God, Die vol gerechtigheid en ook vol van barmhartigheid is! Voor deze God kan ik niet bestaan. Zijn machtswoord dat redden kan in alle nood, ook van mijn leven, het zou naar recht mij moeten verdoemen!
Zalig is wie weet van Petrus’ diepe verootmoediging en vernedering: „Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens”. Wie door genade Iets kennen mag van het „Heere, ga uit van mij”, die zal niet eenmaal de vreselijke woorden van de Heere tot zich horen spreken: „Ga weg van Mij” (Lukas 13:27).
Geve de HEERE door Zijn allesoverwinnende macht en Zijn overvloedige genade en rijk makende heerlijkheid in de openbaring van Jezus Christus u en jou klein te maken voor Hem! Dan wordt het eeuwige wonder ervaren dat de HEERE zo goed is voor een slecht mens; zo rijk aan genade voor een arm en ellendig zondaar als ik ben.
Ds. A. den Boer, Siegerswoude
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 1997
Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 1997
Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's