Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Sagokloppen in Boma

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Sagokloppen in Boma

„De wok in de keuken maakt al geluid, hij wil worden gevuld”

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is vandaag vrijdag, maar Lea, Batseba, Juliana en Ahsamina hebben hun zondagse luieren aan. Het is een bijzondere dag, want vandaag laten deze dames uit Boma (Irian) de mensen in Nederland zien hoe een sagoboom wordt geklopt. „Sago is ons hoofdvoedsel”, zegt Lea. „Als wij geen sago kloppen, hebben wij honger”.

Vandaag gaat er een boom om, vlak bij het dorp. Meestal moeten de mensen uit Boma voor een volwassen sagoboom naar hun tuinen lopen, vier uur verderop. De sagobomen rondom het dorp zijn zo goed als op, omdat de mensen al lang in Boma wonen.

Nu staat er gelukkig een boom in de buurt van het dorp. De boom is geplant door de vader van Lea, zijn kinderen mogen ervan eten. Het duurt een aantal jaren voordat een sagoboom volwassen is en inhoud heeft. Wie luie ouders heeft, heeft dus niet veel te eten.

Gebakken

Lea heeft de sagopalm voor vandaag uitgezocht, vlak naast de weg. Ze weet precies van wie welke boom is. Die boom is bijvoorbeeld van Simon. Hij plantte zelf de jonge sagoscheuten. Het gebeurt ook wel dat sagobomen vanzelf opkomen. Kasuarissen en vogels eten de bloemen en dus ook de zaadjes van de sagoboom op. Later poepen ze dat zaad weer uit. Doen ze dat op jouw grond, dan is de boom die eruit groeit, van jou. Plant iemand een boompje op jouw grond, dan is de boom van de planter. Iedereen weet dat, er is niemand die boos wordt.

Lea staat nu bij de boom die haar vader Boaz jaren geleden plantte. Ze kijkt naar boven, naar de top van de boom. Als een sagoboom bloemen heeft, dan zit er veel sago in. Deze boom heeft bloemen, al zijn de bladeren van de bloemen nog dicht. „De bloemen staan op het punt te gaan bloeien, het duurt op z’n hoogst nog twee of drie weken”, aldus Lea. Ze controleert met de achterkant van de bijl of er inderdaad sago in de boom zit. Ze steekt de bijl in de boom en haalt ’m er weer uit. Zit er stof aan de bijl dan zit er sago in de boom. Is de bijl alleen maar nat, dan is er nog geen inhoudt, dan moeten de sagokloppers wachten. Nu ziet Lea dat de boom kan worden gekapt.

Korte adem

Juliana zal de boom omslaan. De anderen kijken toe, ze sparen hun krachten nog wat voor het werk dat komen gaat. Juliana kijkt waar de boom moet komen te liggen en gaat met haar bijl aan de slag. Ze hakt met ferme slagen, zweetdruppels parelen over haar gezicht. Ze werkt stevig door, onafgebroken slaat ze de bijl in de boom. „De boom heeft nog korte adem”, zegt Lea. Juliana vlucht weg, met veel geraas stort de boom ter aarde.

Er heerst direct een grote bedrijvigheid. Lea hakt de schors los van de boom. Met paaltjes zet ze de schors vast naast de stam, als een soort bak. Ashemina is druk in de weer met de bladeren van de boom. Daarvan maakt ze een stellage die ze straks nodig heeft om de sago in te bewerken. In de top van de sagoboom zit ”nibung sago”, een soort groente. Deze lekkernij kun je eten, rauw, gebakken of geroosterd.

Mootjes

Op Irian kloppen vrouwen de sagobomen. Meisjes leren het al jong. Als ze een jaar of zes zijn, kijken ze hoe hun moeders het doen. Zijn ze negen of tien jaar oud, dan kunnen ze het zelf. Jongens leren ook hoe ze een sagoboom kunnen kloppen. Bij de rivier zijn ze druk in de weer met sagobladeren, water en zandsago. Als ze later groot zijn en een gezin hebben, weten ze hoe ze aan sago kunnen komen. Lea: „Jongens leren het als ze jong zijn, maar als ze eenmaal een gezin hebben, verwachten de meesten dat de ibu’s (de vrouwen) dit werk doen”.

Lea verwacht twee bollen sago uit de boom te kunnen halen, want de boom die vandaag is omgehakt, is maar klein. Het kloppen zal ongeveer twee dagen in beslag nemen. Lea en Batseba herinneren zich dat er twee jaar geleden een hele grote boom is omgehakt. Het kloppen duurde vier dagen, en het leverde vijf bollen per dag op. In totaal was de opbrengst twintig grote sagobollen. Dat was nog eens een boom! Nu zijn de bomen klein en hebben ze veel minder opbrengst, meestal maar twee of drie bollen. Lea klopt zelf twee tot drie bomen per maand.

Zetmeelproduct

Sago is een zetmeelproduct en wordt bereid uit het merg van de sagopalm. Sagomeel bestaat voor 98 procent uit koolhydraten en bevat nauwelijks eiwitten, vetten en vitamines. Sago is het belangrijkste voedsel op Irian Jaya. Van één bol sago kunnen twee mensen een weeklang eten. Als Lea de inhoud van de boom voor haar gezin zou houden, zou ze genoeg eten hebben voor twee of drie dagen. Ze is getrouwd, heeft twee kinderen en ze woont bij haar ouders in. Maar op Irian is dat onmogelijk. Alles wordt eerlijk verdeeld.

Vandaag helpen Batseba en Juliana haar, en straks komen twee andere familieleden ook nog een stelling maken om sago te kneden. Familieleden hebben gewoon ook recht op haar boom, zoals Lea ook sago krijgt als haar voorraad op is. Hoeveel sago iedereen krijgt, hangt af van het resultaat.

Lea verwacht dat de sago binnen een dag op zal zijn. Dan zal ze sago moeten vragen aan anderen. Soms kan ze ook sago kopen, van mensen die hun sago wel willen verkopen. Maar de prijzen kunnen wel oplopen van 25.000 tot 35.000 roepia per bol, zo’n 20 tot 28 gulden. Lea: „Die prijzen staan vast, je kunt niet afdingen”. Als er echt geen sago te krijgen of te kopen is, koopt Lea wel eens rijst.

Energie

Twee dagen zullen de dames zoet zijn met de werkzaamheden. Twee zullen er gaan slaan, twee gaan de inhoud van de boom kneden. Lea en Batseba beginnen met het kloppen van de boom. Ze gaan naast de schors staan en slaan met een bamboe slaghouweel de inhoud van de boom in mootjes. Stukje bij beetje, laagje voor laagje. Het is een precisiewerkje. „Het gebeurt regelmatig dat we door de schors van de boom heenslaan en onze voeten bezeren”, vertelt Lea.

De dames verheffen hun stem en zingen een lied in hun stamtaal, het Kombai. Ze willen de moed erin houden tijdens het zware werk. „We zijn blij dat we sago kloppen, en daarom zingen we”, vertelt Lea. „We zingen niet over vroeger, maar we zingen gewoon wat in ons opkomt. Net zongen we een lied over een Canadese piloot die in zijn vliegtuig boven Irian vliegt en straks om vijf uur thuis zal komen. Hij denkt na over zijn vader en moeder in het verre Canada. Ik zag namelijk net, tijdens het kloppen, een vliegtuigje overvliegen. Onze handen worden moe van het sagokloppen, ze hebben vaak geen kracht meer. Als we dan toch moeten kloppen, zingen we. We zingen om weer energie te krijgen en enthousiast te worden”.

Blubber

Juliana en Ahsamina maken alvast een stelling van sagobladeren bij een waterbron, een eindje verderop. De geklopte inhoud van de sagoboom zal daarheen worden versleept. De weg er naartoe loopt door het bos, dwars door water en blubber. De dames moeten oppassen om geen doornen in hun blote voeten te krijgen.

De sago wordi in het bovenste deel van de stelling, de banic, gelegd. Er wordt water bij de sago gegooid. Daarna gaan de vrouwen het mengsel ramassen, kneden. Zesmaal zullen ze dit moeten herhalen, dan is het meel, de tepang, uit de sago gespoeld. Het meel zakt naar beneden, naar een tweede sagoblad, de bagul, samen met het water. Een zeefje, de sagee, is gemaakt van een kokosnoot en houdt het afval tegen. Dit blijft achter in het eerste sagoblad, en zal worden weggegooid. In de bagul zakt het meel naar de bodem. Lea en Batseba laten voorzichtig het water weglopen. Het meel verdwijnt in twee tassen, karungs. „De kwali (de wok) in de keuken maakt al geluid”, zegt Lea, „hij wil gevuld worden”.

Na het werk blijven de resten van de sagoboom achter in het bos. Sagowormen zullen zich hierover ontfermen. Over een week of drie zal zich een hele kolonie sagowormen in de boom bevinden. Die zijn dan voor de eigenaar van de boom, dat weet iedereen. Sagorupsen zijn een delicatesse. „Je kunt ze rauw eten, maar gebakken zijn ze nóg lekkerder”, vindt Lea.

Muizen

Lea en Batseba vervoeren de sago in de karungs naar huis. Ze hangen het hengsel over hun hoofd, de loodzware sago hangt op hun ruggen. In de tassen zal de sago binnen een uur of twee zijn gedroogd. De grote, gedroogde bollen kunnen niet bederven volgens Lea, al verkleurt de buitenkant wel.

Maar hoe ouder de bol wordt, hoe bitterder de smaak. Na drie weken is de buitenkant van een sagobol hard en verkleurd. Wie dat eet krijgt buikpijn. „In zo’n bol zitten ook minder vitaminen”, zegt Lea. Van het eten van rauwe sago kreeg Lea ook al eens buikpijn en diarree. Gisteren nog, na een dag hard werken. Ze kreeg wat sago van haar vrienden en nam het mee naar huis. Ze was er blij mee, de hele dag had ze nog niets gegeten. Ze at de sago, ongeduldig en hongerig als ze was, zonder het te bereiden. Ze blééf lopen ’s nachts, van de buikpijn en de diarree.

Een sagobol trekt beesten aan. In elk huis zitten gaten en kieren waardoor ze naar binnen kunnen. Vooral kleine muisjes en mieren doen zich tegoed aan de bollen. Honden eten alleen gebakken sago. Lea: „Wij gaan wel aan het doden, wij vermoorden wel muizen, maar het zijn er zo véél. Ik heb een huis vol muizen. Elke keer als ik de sago oppak, zie ik weer keutels liggen. Ik heb niets waar ik de sago in kan opbergen, maar als het kan, stop ik de sago in een grote pan. Dat is een goede manier om sago op te bergen. Een poes zou ook wel helpen tegen die beesten”.

Vitaminen

„Sago is heel erg lekker”, vindt Lea. „Sago is veel lekkerder dan rijst. Als ik rijst heb gegeten, heb ik geen vol gevoel in m’n maag. Ik heb dan gewoon niet genoeg gehad”. Als de mensen van Irian groenten of vis te eten hebben, dan maken ze van de sago altijd ”papeda”, een soort stijfsel. „We verwarmen het sagomeel met water en dat wordt net rubber”, zegt Lea. „De papeda en de vis of de groenten worden niet door elkaar gemengd. En, als het er is, gaat er een scheutje citroensap over”.

„Als we honger hebben, en er sago is, dan eten we het ’s morgens, ’s middags en ’s avonds. Soms eten we er groenten bij, of vis, maar meestal eten we alleen sago. Kinderen ook. Kinderen eten altijd al sago, vroeger ook al, en dus is het goed. Natuurlijk zitten er heel veel vitaminen in sago! En als er groente is, krijgen ze dat bij de sago”.

Pannenkoek

Lea, Batseba en Juliana laten bij Lea thuis zien op welke manieren je de sago kunt bereiden. Soms roosteren ze de grote bol gewoon in het vuur. Na een poosje halen ze dan met hun vuurvaste handen de bol uit het vuur en verwijderen de ietwat zwartgeblakerde, gare buitenkant. De rest gaat weer terug in het vuur.

Ook rollen ze wel eens wat sago in een bananenblad, en leggen die dan een poosje in het vuur. Soms leggen ze gewoon een soort pannenkoek op het vuur. Lea: „Dat wordt dan een korrelige koek die we oprollen en opeten. Voor de papeda gebruiken we een pan, en die gebruiken we soms ook voor de sagokoeken. Jullie, in Nederland kunnen het zien en horen: wij op Irian doen het zó. Wij kappen sagobomen om te kunnen eten. En eigenlijk maakt het niet uit op welke manier je sago klaarmaakt, het is allemaal even lekker”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 mei 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's

Sagokloppen in Boma

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 10 mei 1997

Reformatorisch Dagblad | 36 Pagina's