Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vertrouwen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vertrouwen

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En de Geest zeide tot Filippus: Ga toe en voeg u bij deze wagen. En Fllippus liep toe, en hoorde hem de profeet Jesaja lezen…”

Hand.8:29-30

En de Geest zeide tot Fllippus: „Ga toe!” Het is alsof Hij zei: Blijf nu hier niet staan, laat deze wagen u niet voorbijrijden, „want die daarop zit is de man, tot wien gij de woorden der zaligheid moet spreken. Aan de bekering van die moorman zult gij hier moeten arbeiden”.

Filippus zocht geen uitstel, noch verontschuldigde hij zijn jeugdigheid, onkunde of onbekwaamheid. Hij zei niet met Jeremia: „Heere ik kan niet spreken want ik ben jong”, hij vluchtte niet weg zoals Jona! Neen, zodra hij merkte dat het deze man was om wie het ging doet hij direct datgene wat de Geest des Heeren had opgelegd.

Hij vertrouwde erop dat Gods kracht in zijn zwakheid zou worden volbracht. In dat vertrouwen liep hij naar de wagen. De moorman die op de wagen zat bracht zijn tijd niet leeg door, maar las in Gods woord, de profeet Jesaja.

Deze gelegenheid nam Filippus waar om aan de bekering van deze moorman te arbeiden. Hij zei: „Verstaat gij ook hetgeen gij leest?”

Getrouwe leraren moeten zorgvuldig letten op het doen en laten van hun toehoorders. Dat deed Filippus hier ook. Hij nam datgene wat hij door de moorman hoorde lezen te baat om hem te leiden tot bekering. Leraars moeten de mensen zoeken te overtuigen van hun ellendestaat en hunblindheid in geestelijke zaken, opdat zij gaan vragen: „Wat moet ik doen opdat ik zalig worde”?

Houdt toch het voorbeeld van deze moorman die onderweg de profeet Jesaja las gedurig voor ogen, om ter bevordering van het werk uwer zaligheid u daarnaar te schikken.

Francois Kuypers pred. te Woudrichem

(De eersteling van Moorenland, 1738)

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 mei 1997

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Vertrouwen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 mei 1997

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's