„Geestelijke embryo is geen geboren kind”
CGO belicht wedergeboorte bij Comrie
GOUDA - Is er leven vóór de kennis van Christus? Ja. Alexander Comrie zegt heel duidelijk ja. Maar als het goed is, zal een embryo een kind worden en geboren worden. Wee degene die die zich aan dat leven vergrijpt, zowel in de natuur als in de genade.
Dat zei ds. A. Moerkerken gisteravond in Gouda tijdens een themaavond van de Cursus Godsdienst Onderwijs (CGO), uitgaande van de Gereformeerde Gemeenten. De docent aan de Theologische School in Rotterdam beschouwde de achttiende-eeuwer Comrie als een theoloog die via ds. G. H. Kersten de Gereformeerde Gemeenten heeft gestempeld. Ds. Kersten had -met zijn voeten in een teiltje koud water- naar zijn zeggen Comrie „vermalen”.
„Comrie vergeleek de wedergeboorte met het zaad van het Woord van God dat in de zondaar wordt geplant. De bevruchting is echter niet hetzelfde als de geboorte. In de wedergeboorte wordt de zondaar passief en lijdelijk met Christus verenigd, maar daarna moet er ook een vereniging van de kant van de zondaar met Christus komen. Zoals in het natuurlijke leven, zo gaat dat ook in het geestelijk leven: Het embryo dringt aan op de geboorte, als het goed is”.
De nadere reformator onderscheidde tussen geloof als hebbelijkheid en als daad. In de wedergeboorte wordt het geloof in een „ondeelbaar ogenblik” geplant en daar zit, als in een embryo, alles in. Hoe gaat de mens nu geloven? Comrie; „De Heilige Geest neemt het Woord, brengt dat naar de hebbelijkheid (habitus) van het geloof en trekt de daden (actus) als het ware uit het geloof s vermogen”.
„Comrie had grote aandacht voor de bekommerden, alsmede voor de weg waarlangs de wedergeborene tot de kennis van Christus komt. In zijn Catechismus zegt de predikant uit Woubrugge dat Gods Geest een woord uit de Wet of het Evangelie neemt. Het Evangeliewoord kan een woord van ver weg en of van dichtbij zijn, hetgeen in de ziel respectievelijk een hongeren/dorsten c.q. omhelzen teweegbrengt. „Als dit alles zo gepredikt wordt, zal er heel veel duidelijk worden”, zei ds. Moerkerken. Hij zei ook dat wie het boekje van Comrie over Zondag 7 van de Heidelbergse Catechismus niet kent „veel moeite heeft om de prediking van de Gereformeerde Gemeenten te begrijpen”.
Comrie maakte zich volgens ds. Moerkerken boos over degenen die de kleinen wijsmaken dat er niets is vóór het bewuste aannemen van Christus. Deze mensen bedroeven vooral de pasbegonnenen in het leven der genade. Maar ook keerde Comrie zich tegen hen die beweren dat het aannemen van Christus niet nodig is. Hij benadrukte zowel de inlijving die voorafgaat aan de aanneming als de noodzakelijkheid van het aannemen van de Middelaar.
De avond werd geopend met een overzicht van het leven van Comrie door ds. B. van der Heiden. Hij riep de aanwezigen op om door de werken van Comrie heen te kruipen. Het is „goede kost”. Tijdens het forum kwamen onder meer vragen over het avondmaal („Is er voor een bekommerde plaats aan het avondmaal?”), de vraag of een ‘embryo’ tot het volk van God gerekend mag worden en de vraag of Comrie niet te veel naar de verborgen dingen zag. Volgens ds. Moerkerken heeft Comrie zich bediend van de begrippen van de aristotelische wijsbegeerte, maar ieder gebruikt nu eenmaal termen die in zijn tijd gangbaar zijn.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 mei 1997
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 mei 1997
Reformatorisch Dagblad | 32 Pagina's