Zoeken
"Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten..."
Romeinen 10:20
Wij zien hier de verbazende weg Gods omtrent de heidenen. Zij zijn gevonden terwijl zij Hem niet zochten. Hij heeft Zich aan hen geopenbaard, ofschoon ze naar Hem niet vroegen. Op dezelfde wonderlijke wijze handelt God ook nog met hen die krachtig geroepen worden uit een menigte van naamchristenen. Van hen kan ook gezegd worden dat zij voor hun roeping God niet hartelijk en rusteloos zochten in boetvaardigheid. Zij vroegen ook niet naar Hem, maar gingen bij hun verstand te rade. De Heere laat zich evenwel door hen vinden die Hij vooraf zoekende heeft gemaakt. Ieder mens dient zich wel te onderzoeken of hij van deze weg van God bevinding heeft. Ach, hoevelen worden er onder ons gevonden die het ontbreekt aan bevinding, aan het zoeken van God en het vragen naar Hem. Hij is aan hun zielen nog niet geopenbaard. Doch ondertussen denken veel zielen van zichzelf het tegendeel. Zij nemen de middelen waar en menen daarom dat zij zoekende zijn. Doch hun zoeken en het gebruik der middelen is slechts een sleur en een gewoonte en zij doen dit alles uit vleselijke inzichten.
Zo volgt hieruit dat hun zoeken het rechte zoeken niet is. En als zij tot God bidden, verschijnen zij met drekgoden in hun hart voor Hem. Doch zonder een verborgen boetvaardige en gelovige onderhandeling met Hem in Christus is alles ijdel.
Eduard Meiners,
pred. te Emden
(Paulus' brief aan de gelovigen
te Rome, 1744)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 2 oktober 2000
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 2 oktober 2000
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's