Broeinest of leerhuis?
Bijbelkringen brengen soms kerkenraden in lastig parket
De bijbelkring. In toenemende mate hebben kerkenraden ermee te maken. Voor de een is het een potentiële haard van onrust in de gemeente, voor de ander een teken van oprechte belangstelling in het Woord van God. Waarom wel een avondje op visite, maar niet met elkaar rondom de Schrift? Maar, hoe zit het met de ambtelijke verantwoordelijkheid? Mogen 'leken' in groepsverband zelfstandig de Bijbel bestuderen, zonder enig kerkelijk toezicht? De bijbelkring, een dilemma tussen interesse in de Schrift en kritiek op de ambten.
Het fenomeen van de bijbelstudievereniging, dus als kerkelijk georganiseerde activiteit, is inmiddels in de meeste reformatorische kerken ingeburgerd. Wat is er ook op tegen om het Woord van God te bestuderen! De prangende vraag is echter: Hóe moet dit gebeuren? Als ambtelijk toezicht van de kerkenraad nodig is, hoe zit het dan met de mondigheid van de gelovige die tijdens de Reformatie is herontdekt? Het lezen van de Bijbel, persoonlijk of in groepsverband, werd in die tijd door de roomse overheid zelfs verboden en gestraft met de dood.
Huiskringen
Bijbelkringen zijn huiskringen. Gemeenteleden komen thuis bij elkaar. Naar aanleiding van een kwestie in een plaatselijke gereformeerde gemeente, die tot een appèlzaak op de generale synode leidde, werd een commissie in het leven geroepen, waarvan ds. W. Silfhout voorzitter was. De commissie was duidelijk in haar afwijzing van bijbelkringen. Wanneer in de gemeente gemeenteleden in een bepaald verband samenkomen om, los van gemeentelijke structuren, de Schrift te onderzoeken, onttrekt zich dit aan het ambtelijke toezicht, zo meende de commissie. De kerkenraad kan en mag hiervoor geen verantwoordelijkheid dragen.
De bezorgdheid werd vooral ingegeven door ontwikkelingen in het eigen kerkverband. Er roerde zich een stroming in de gemeenten die van de schriftuurlijk-bevindelijke prediking afstand neemt en eenzijdig de nadruk legt op de menselijke verantwoordelijkheid. De commissie vreesde dat men op bijbelkringen "elkaar het geloof aanpraat, elkaar opbouwt en elkaar aan het Heilig Avondmaal drijft." Het potentiële gevaar van bijbelkringen is zelfs zo groot dat het voor kerkenraden niet nodig is aan te tonen dat er zich ook daadwerkelijke ontsporingen hebben voorgedaan. Bijbelkringen buiten de kerkelijke structuren moeten verboden worden, zo concludeerde de commissie.
Positief benaderen
"Er is alles vóór om het Woord van God te onderzoeken", zegt ds. Silfhout in een reactie op dit rapport. Hij wil de problematiek van de bijbelkring positief benaderen en niet direct met een veto elke bijbelkring op voorhand verbieden. Hij weet dat er ook in zijn kerkverband gemeenten zijn die bijbelkringen kennen. Zijn gemeente van Hendrik-Ido-Ambacht heeft twee bijbelstudieverenigingen in het leven geroepen, op donderdagmorgen en donderdagavond. De eerste groep is vooral voor getrouwde vrouwen, die hun kinderen op school hebben, al nemen er ook mannen aan deel. De tweede groep is voor de leden die overdag niet kunnen. Beide groepen worden goed bezocht.
"Binnen ons kerkverband zijn er goede middelen om samen met het Woord bezig te zijn", zegt de predikant uit Hendrik-Ido-Ambacht. "Ook is er genoeg materiaal hiervoor beschikbaar, waarvoor de Jeugdbond goed werk verricht. De kerkenraad heeft de taak om voorzieningen in het leven te roepen die leden in staat stelt om de Schrift te onderzoeken. Wanneer de kerkenraad zulke initiatieven afwijst, gaat men zelf iets organiseren, vaak met alle gevolgen van dien. Als kringen lang bestaan, is het moeilijk als kerkenraad om daarop nog grip te krijgen. Dan zijn die mensen soms al lang van de gemeente weggegroeid."
De commissie heeft gezegd dat kerkenraden alert moeten zijn op bijbelkringen en gebedskringen, "gelet op het geestelijk welzijn van de gemeente", zegt ds. Silfhout. "Als mensen bijeenkomen, los van de ambtelijke structuren, dan onttrekt men zich aan het kerkelijk toezicht en kan de kerkenraad haar ambtelijke verantwoordelijkheid geen gestalte geven. Een bijbelkring worden al gauw een 'gemeente in de gemeente', waardoor het zicht op het geheel verdwijnt. Het gaat bij bijbelkringen meestal om eenzijdigheden, niet zozeer om ontsporingen. Maar de gemeente is een gemeenschap. Dat zou ik graag benadrukt willen zien."
Schriftkennis
Ds. Silfhout vindt bijbelstudie "hard nodig." Met de schriftkennis is het over het algemeen heel slecht gesteld, constateert hij, opvallend genoeg ook onder de oudere jeugd die toch reformatorisch onderwijs heeft genoten. "Er zijn mensen die tientallen jaren onder het Woord komen en nog amper verstandelijke kennis van het Woord hebben. Dan is onderzoek van de Schrift bepaald niet overbodig. Maar bijbelstudie moet vooral een plaats hebben in de gezinnen. Zijn we ook in de gezinnen samen bezig rond het Woord? Wordt er nog over de preek nagepraat? Komt het Woord ook dan ter sprake? Dit heeft alles te maken met de huisgodsdienst."
Ds. Silfhout erkent dat de Gereformeerde Gemeenten historisch gezien altijd een bepaalde reserve heeft gehad ten aanzien van groepsmatige bijbe lstudie. Het gevaar van letterkennis ("dan zit het dus een voet te hoog") wordt in sommige streken nog steeds als een bezwaar tegen verenigingen als zodanig aangedragen, aldus ds. Silfhout. "Toch neemt in eigen kring het persoonlijke bijbelonderzoek en stille tijd toe. Vroeger was het vreemd om zo maar in de Bijbel te lezen. Er kon soms wat van gedacht worden! Tegenwoordig is dat niet meer zo. Ook het opleidingsniveau van de gemeenteleden is gestegen. Ik constateer een toenemende belangstelling voor bijbelonderzoek, maar of dat leidt tot bezinning binnen de kerkelijke structuren, hangt van de kerkenraad af."
Laten we de bestaande belangstelling vooral kerkelijk inkaderen, zegt ds. Silfhout. "We kunnen er niet meer van uitgaan dat wat de ambtsdrager of de dominee zegt, bij voorbaat waar is. Dat kan niet meer. En dat zou ook niet goed zijn. Wel moeten we beseffen dat een ambtsdrager niet zomaar een bestuurder is van een vereniging, maar in de eerste plaats aan Christus als de grote Ambtsdrager verantwoording verschuldigd is."
Initiatief
Ds. Teun van der Leer, predikant van de baptistengemeente in Arnhem-Centrum, kan zich wel iets voorstellen bij de huiver voor bijbelkringen, ook als mogelijke haard van kritiek op ambtelijke structuren. "Maar hebben we er wel alles aan gedaan om positief ruimte te geven om met de Bijbel bezig te zijn?" vraagt hij zich eerst af. "Je moet ervoor zorgen dat je zelf ruimte creëert waardoor je de mensen vóór bent. Dan voorkom je problemen. Mijn insteek wil dus vooral positief zijn. De Bijbel is geen individualistisch boek. De winst van de Reformatie is dat iedereen zijn eigen Bijbel kon lezen. Het verlies is echter wel geweest dat iedereen zijn éigen Bijbel ging lezen. Het samen de Bijbel lezen hoeft niet altijd onder ambtelijke leiding. Je hebt er toch ook vertrouwen in dat de Heilige Geest ook aan de gemeenteleden is geschonken en niet alleen aan de ambtsdragers. Het is wel belangrijk dat je bij het lezen van de Schrift je altijd opscherpt aan de ander en er niet zomaar van uitgaat dat je wel weet hoe het zit."
Ds. Van der Leer verwijst naar Efeze 4 waar gesproken wordt over de opbouw van de gemeente, over het toerusten van de heiligen tot dienstbetoon. Het gevaar is wel dat bijbelkringen een zelfgenoegzaam karakter krijgen, zegt ds. Van der Leer. "Daarom is het van belang dat er contact is tussen de ambtsdragers en de kringleden. Kringen moeten geen eilandje vormen, een kerkje in de kerk. We moeten als kringleden met de ambtsdragers blijven communiceren. Ik roep de kringleiders dan ook regelmatig bij elkaar en communiceer soms over teksten per e-mail. Dat verdiept ook het gezamenlijk inzicht in de Schrift."
Niet argwanend
"Je kunt onmogelijk zeggen: Als er geen dominee of ambtsdrager bij zit, dan mag het niet. Pak het positief op door te zeggen: "Wat fijn dat je met de Bijbel bezig wilt zijn!" Willen we dat structureren? Of ga je er argwanend bij zitten om toezicht te houden? Het is wel van belang dat de leiders van de kringen getraind worden. Je moet zorgen voor goed materiaal en erop toezien dat geen eenzijdig materiaal wordt aangereikt."
Ds. Van der Leer constateert een grote teruggang van bijbelkennis onder jongeren. "Als ik dat vergelijk met de tijd toen ik bij Youth for Christ betrokken was, dan schrik je daarvan. Toen deden we veel meer aan bijbelstudie. De huidige jongeren lezen veel minder en beléven meer de dingen. Dat dreigt ook in de evangelische beweging. Maar dan is het een beleving zonder de worsteling om de Schrift in al zijn diepte en rijkdom te verstaan. Door de jaren heen heb ik gemerkt dat veel mensen juist in hun geloof groeien door de bijbelstudiekring. Dat kleinschalige werkt vaak stimulerender om ook zelf thuis de Bijbel ter hand te nemen, dan de kerkdienst alleen. En vergeet ook niet het pastorale en zelfs het evangeliserende effect: mensen raken meer op elkaar betrokken."
Meeleven
Ds. P. Molenaar, hervormd predikant in Dordrecht, heeft in zijn gemeente negen bijbelkringen. Dit met medeweten en volledige steun van de kerkenraad. Ds. Molenaar verzorgt op die kringen soms zelf een inleiding. "Vanuit de Bijbel gezien, moet je zeggen dat je niets tegen deze kringen kunt inbrengen. De eerste christenen volhardden "in de huizen" in de leer en in de gemeenschap. Zegt Jezus Zelf ook niet: "Wie niet tegen Mij is, is voor Mij?" Hij zei dit als antwoord op de discipelen, toen deze bezwaar maakten tegen het uitwerpen van duivelen in de naam van Jezus in Lukas 9. De kennis van het Woord is soms zeer gering. Je schrikt vaak van wat er gelezen wordt. Die onkunde is er ook bij ambtsdragers. Verzet van ambtsdragers tegen bijbelkringen kan helaas ook verklaarbaar zijn omdat zij zelf te weinig kennis hebben om schriftuurlijk antwoorden te geven."
De vraag is echter wel: Hóe functioneren de bijbelkringen. Daar is ds. Molenaar niet onduidelijk over: "Ik geloof dat bijbelkringen verwoestend kunnen werken in de gemeenten wanneer er verkeerde leiding wordt gegeven. Daarvan zijn voorbeelden te noemen. Mede door de kringen is er wel eens onheilige polarisatie gekomen wegens eenzijdig bijbelgebruik. Daarom is het belangrijk dat de kerkenraad op de hoogte is van wat er op de kring besproken wordt en meedenkt wie als kringleiders aangesteld worden. We moeten er alert op zijn dat de kringleden niet selectief hun eigen mensen kiezen en daardoor van de gemeenschap afgroeien."
"Probeer als kerkenraad mee te leven en de vragen te peilen die er leven. Anders worden die kringen broeinesten van onrust en gaan ze losgroeien van de gemeente. Dat was vroeger ook het geval. Je had, naast goede gezelschappen, die gericht waren op een warm geestelijk leven, ook gezelschappen die verzandden in allerlei buitenissigheden en daardoor niet het welzijn van de kerkelijke gemeente op het oog hadden."
Randkerkelijk
Toch overweegt bij ds. Molenaar het positieve. "Een bijbelkring kan ook heel geschikt zijn om randkerkelijke kerkleden weer bij de gemeente te betrekken. Het kan ook een middel zijn om mensen vast te houden die dreigen van de kerk weg te glijden. In mijn pastoraat heb ik daarvan verschillende positieve voorbeelden gezien."
De Dordtse predikant valt ds. Van der Leer en ds. Silfhout bij als het gaat om de noodzaak van aanwezigheid van voorzieningen in de gemeente voor bijbelonderzoek. "Je moet de mensen, als er belangstelling voor een kring is, vóór zijn. Door bijbelkringen te verbieden worden ze illegaal, met alle gevolgen van dien. Als mensen vragen hebben, geef als kerkenraad dan onderwijs. We kunnen er toch niet omheen dat er een geweldige toename is van mensen die gestudeerd hebben en de dingen willen onderzoeken in het licht van Gods Woord. Dit soort initiatieven zijn, mits in goede banen geleid, alleen maar toe te juichen."
"Ik ben veel in Oost-Europa geweest waar mensen gretig bijeenkomen rond het Woord van God. Dat men daar in alle eenvoud met de Bijbel bezig was, met elkaar las en bad, vergeet ik nooit meer. Zou zo in onze huisgezinnen onder jong en oud de Bijbel ook niet meer moeten opengaan voor biddend Schriftonderzoek?"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 2000
Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 november 2000
Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's