Immigratieland
Is Nederland een immigratieland? In het verleden hebben we ons nooit als zodanig gepresenteerd, maar feitelijk was het de afgelopen decennia wel zo. Dat kan iedereen die regelmatig op straat komt constateren. In zo ongeveer elk dorp kom je 'niet-Nederlandse' gezichten tegen. In de grote steden lijkt het haast wel of ze in de meerderheid zijn.
Aan Afghanen hebben we er hier alleen al meer dan 30.000. En naast de geregistreerde vreemdelingen is er ook een grote groep illegalen. Hoeveel dat er zijn, is slechts bij benadering te zeggen. In de vier grote steden werd hun aantal een paar jaar geleden op 40.000 geschat.
Gisteren publiceerde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) een rapport over Nederland als immigratiesamenleving. Niet zonder reden wijst de raad de gedachte af om buitenlanders te werven om de spanningen om de arbeidsmarkt te verminderen. Arbeidsmigratie is ook geen geschikt middel om de gevolgen van de vergrijzing tegen te gaan.
Dat men daar in Duitsland tegenwoordig anders over denkt, hangt samen met de bijzondere demografische situatie. Daar dreigt inmiddels een terugloop van de bevolking. Bij ons is dat nog niet aan de orde. Alleen vormen van internationale seizoensarbeid acht de WRR zinvol. Het tijdelijk karakter daarvan moet dan wel goed bewaakt worden.
Ook op andere punten pleit de WRR voor een strengere handhaving van de regels. Het vreemdelingenbeleid heeft te veel in het teken gestaan van gedogen. Het ontbrak aan strengheid. Dat pleidooi sluit aan bij de algemene tendens in Nederland om de gedoogcultuur in te perken, zo niet uit te roeien.
Volgens de WRR verschuilt de Nederlandse regering zich te vaak achter verplichtingen die ze op grond van internationale verdragen zou hebben. Die zouden een effectief en consequent handelen in de weg staan. Daarnaast kan worden opgemerkt dat het allochtonenbeleid en zeker het asielbeleid te veel ingegeven is door zieligheidsmotieven. Daarom wil of durft men niet consequent op te treden tegen mensen zonder geldige verblijfsvergunning.
Tegen een dubbele nationaliteit voor allochtonen heeft de WRR geen bezwaar. Dat kan hun integratie bevorderen, zo redeneert men. Als het mogelijk is de oorspronkelijke nationaliteit te behouden, zijn ze wellicht eerder bereid de Nederlandse nationaliteit aan te vragen.
De vraag is wel of we de naturalisatie op die manier moeten stimuleren. Wie kiest voor de Nederlandse nationaliteit, moet beseffen dat hij een belangrijke overstap maakt.
Ook ten aanzien van de verschillen in waarden en levensgewoonten tussen autochtonen en allochtonen wordt in het rapport nogal optimistisch geoordeeld. Conflicten tussen bevolkingsgroepen moeten worden uitgesproken, zo redeneert men. Maar daarmee zijn ze nog niet opgelost.
Buitenlanders moeten de grondslagen van de Nederlandse rechtsstaat accepteren, aldus de WRR. Maar hoe wordt dat gecontroleerd en wat gebeurt er als die acceptatie volledig afwezig is? Door de gebeurtenissen van de laatste weken zijn die vragen opnieuw actueel geworden.
Nederland heeft geen belang bij de aanwezigheid van groepen moslimfundamentalisten, al dan niet de Nederlandse nationaliteit bezittend. Die vormen alleen maar een risicofactor, omdat hun loyaliteit duidelijk ergens anders ligt. In die kring bestaat immers een grote bereidheid om passief en wellicht ook actief steun te verlenen aan islamitische terreurgroepen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 10 oktober 2001
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 10 oktober 2001
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's