Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buurman

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buurman

4 minuten leestijd

"Mijn buurman is vannacht gestorven, en ik heb geen woord van behoud tot hem gesproken." Zo klinkt het in een gedicht. Wie is mijn buurman? kunt u vragen. Ieder die mijn pad kruist, is mijn buurman.

De Heere God van hemel en aarde roept ons terug tot Hem. Daarom zendt Hij Zijn Woord uit op de aarde en zijn wij, als wij Hem kennen, geroepen van Hem te getuigen. De boodschap van de Koning heeft haast. "Ga haastelijk uit in de straten en de wijken van de stad", staat er in de gelijkenis van de nodiging tot het grote avondmaal (Lukas 14). De woorden duiden aan dat de Koning wil dat zo spoedig mogelijk Zijn huis vol wordt.

Elk ogenblik kan het te laat zijn, ons leven is broos en kort. Elke keer dat we mensen ontmoeten, staan we met hen op het kruispunt. Morgen heb je misschien niet de gelegenheid meer tot hen woorden van behoud te spreken. Wat leven we gemakkelijk. Wat laten we mensen die ons pad kruisen, gemakkelijk aan hun lot over. Wij denken ook dikwijls: Onze medemensen die maar voortleven zonder God moeten het zelf maar weten. "Ben ik mijns broeders hoeder?" Wat gaan we dikwijls gemakkelijk om met de tijd en de mensen, terwijl de Heere zegt dat de tijd voorts kort is.

Korte tijd

Zo verging het mij ook een keer. Iemand had mij opdracht gegeven een Bijbel te bezorgen bij een bepaald adres. Ik had er geen zin in, dacht bij mijzelf: Het kan nog wel. Ik meende nu geen tijd te hebben. Uitstel! Terwijl de Heere Jezus gezegd heeft: "Ga haastelijk uit in de straten en de wijken der stad en breng de armen, verminkten en kreupelen en blinden hier in."

Op zekere avond ging ik dan. Dikwijls was ik teleurgesteld thuisgekomen. Deze avond ging ik met de vraag in het hart: Wat zal het nu weer zijn? Gastvrij werden we door een ouder echtpaar ontvangen. Met de man in de leeftijd van ongeveer 60 jaar kreeg ik een goed gesprek. Ik overhandigde hem de Bijbel. Zijn blijdschap kende geen grenzen. De Bijbel, het Woord van God. "Eindelijk. Vele jaren heb ik al een Bijbel willen hebben", zei hij, en zacht streek hij met zijn hand over de Bijbel en keek vol bewondering naar het Boek. "Zou ik het kunnen begrijpen?" vroeg hij met een angstige vraag. "Wij kunnen dat uit onszelf niet", antwoordde ik hem, "maar wanneer wij bidden om het licht van de Heilige Geest, zullen we het verstaan. Maar zou de Heere naar mijn bidden willen luisteren?" vroeg hij weer. "Ik ben niet geleerd, en wie ben ik toch, dat God naar mij zou willen luisteren?"

De Heere nodigt ons en zegt in Zijn Woord: "Komt allen tot Mij, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven." Je krijgt een wonderlijk gevoel als je zulke woorden hoort. Iemand die hongert en dorst. Heerlijk is het, wanneer je woorden mag spreken tot hongerige zielen.

We lazen met hem uit zijn nieuwe Bijbel en deden een gebed. Het zaad was gestrooid. Hoe zal het zich ontwikkelen? Bij hem die geestelijk het verschil niet weet tussen zijn linker- en zijn rechterhand?

Drie dagen later ging de telefoon. "Mijnheer, mijn man is plotseling overleden. U weet toch wel wie ik ben? U hebt bij ons een Bijbel gebracht." Ik stond aan de grond genageld. Terstond ging ik erheen en vond een bedroefde weduwe. Bij de stoel van haar man lag de Bijbel als een stille getuige. "Ja hier", zei ze tegen mij, "hier zat hij deze dagen te lezen, te lezen in dat Boek." Ze wees op de Bijbel. "Soms hield hij even stil. Dan zat hij stil voor zich uit te staren. Dan werden handen gevouwen en prevelde hij zacht wat woorden voor zich uit."

Was het bidden? "Nu is hij niet meer." Het kwam eruit als een snik. Beschaamd stond ik daar. Drie dagen was het Woord van God in zijn huis. Hoe lang hebben wij de Bijbel? Onwillekeurig moest ik denken aan de gelijkenis van de huurlingen die op de markt stonden. Te elfder ure werden ze nog gehuurd om in de wijngaard te gaan werken. Hoe heeft hij zijn tijd gebruikt? Zou hij ons soms zijn voorgegaan?

Als straks de grote dag van Jezus Christus komt ("En ik zag de doden, klein en groot, staande voor God, en de boeken werden geopend"), zal dan uw buurman tegen u getuigen?

H. Bor, evangelist in Gent, België

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 2 september 2003

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's

Buurman

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 2 september 2003

Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's