Israël heeft volste recht Hamas te stoppen
Zuivere objectiviteit is niet mogelijk als het gaat om de berichtgeving over het conflict tussen Israël en Hamas, vindt Bert de Bruin. Maar dat geeft niemand het recht om leugens te verspreiden, bijvoorbeeld dat de raketten van Hamas een reactie zijn op Israëlische schendingen van het vredesbestand.
Het is moeilijk om genuanceerd te blijven wanneer je indirect bij een oorlog betrokken bent. Net als tijdens de Libanonoorlog, toen mijn zwangere vrouw en ik uiteindelijk gedwongen werden om met onze twee kinderen naar Nederland te vluchten, vind ik het ook nu moeilijker dan gebruikelijk om begrip te hebben voor de andere partij en om op een gebalanceerde manier naar de situatie in en rond Gaza te kijken.
Normaal gesproken richt mijn kritiek zich niet alleen op de Palestijnen en op hun zogenaamde vrienden en supporters in de regio en daarbuiten. Ik heb juist vaak commentaar op de Israëlische regering, en dan vooral op haar beleid met betrekking tot de nederzettingen en de Palestijnen.
Af en toe blaas ik tussen de bedrijven door wat stoom af op mijn weblog. Wat ik de laatste week geschreven heb is een stuk emotioneler dan mijn reguliere schrijfsels. Zuivere objectiviteit bestaat niet als het gaat om Israël en de Palestijnen.
Dat betekent echter niet dat je moet gaan liegen. Zo hoorde ik dat medewerkers van een gezaghebbende nieuwsbron -voor Nederlanders en buitenlanders- niet meer mogen zeg-gen of schrijven dat de Israëlische oorlog tegen Hamas een reactie is op de schendingdoor Hamas van de tijdelijke wapenstilstand. Israël zou dat bestand al in november geschonden hebben. Daarop heeft Hamas gereageerd met raketten.
Dit is een pure leugen. De meest betrouwbare cijfermatige gegevens over de (raket)beschietingen en over slachtoffers zijn te vinden op de sites van Betselem en het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken . Toegegeven, het zijn allebei Israëlische organisaties, maar ze houden de statistieken zorgvuldig bij en zijn qua gegevens betrouwbaarder dan welke(pro-)Palestijnse bron dan ook. Betselem is allesbehalve pro-Israël, dus je kunt er van op aan dat ze geen dingen verzwijgen die ten nadele van Israël zijn.
Volste recht
Op de site van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken is te zien dat vanaf 20 juni 2008, toen het bestand van kracht werd, continu raketten en mortiergranaten afgeschoten zijn, en dat er regelmatig vanuit Gaza op Israëlische boeren geschoten is.
De site van Betselem laat zien dat vanaf juni tot november slechts één inwoner van Gaza door Israël is gedood, een ongewapende man die het land binnen wilde glippen. Dat hij werd gedood is triest, maar heeft niets met de wapenstilstand te maken, en alles met grensbewaking.
Alle Israëlische 'schendingen' in november en december waren een antwoord op Palestijnse aanvallen, en de Palestijnse doden die er bij vielen waren allemaal direct betrokken bij die aanvallen. Betselem geeft dat toe. Met andere woorden: niet Israël heeft het bestand als eerste geschonden, maar Hamas. En na zes maanden van die schendingen had en heeft Israël het volste recht om Hamas daarop aan te spreken en te proberen die aanvallen te stoppen.
De oorlog zorgt aan beide kanten voor veel verdriet en ellende. Het gezegde is dat de waarheid het eerste slachtoffer is van elke oorlog. Professionele journalisten hebben echter geen excuus om makkelijk te ontkrachten leugens te verkondigen. Daar wordt niemand wijzer van, zeker niet de burgerslachtoffers. Of dat nu Israëliërs of Palestijnen zijn.
De auteur is historicus en woont in Israël.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 januari 2009
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 januari 2009
Reformatorisch Dagblad | 28 Pagina's