Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor altijd vast

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor altijd vast

7 minuten leestijd

De een vergiftigt zijn vrouw. De ander misbruikt een kind op gruwelijke wijze en dumpt het lichaampje als afval. Een derde pleegt in een café een zesvoudige moord. Sinds 1870 kregen in Nederland tientallen misdadigers levenslang. Journalist Mick van Wely schreef er een boeiend en informatief boek over.

Een „ware horrornacht.” Die ontketenen vier Kaapverdianen in het Rotterdamse café Inn & Out in 2005. De woorden zijn van een officier van justitie. Die spreekt van „extreem gevaarlijke mannen, bij wie het ontbreekt aan enige rem op het gebruik van dodelijk geweld, en die er bovendien hun hand niet voor omdraaien aanstaande slachtoffers daarmee eerst nog langdurig doodsangst aan te jagen.” Ook de rechter steekt zijn afschuw niet onder stoelen of banken. „De gang van zaken tart elk voorstellingsvermogen, waarbij woorden als bizar, barbaars en weerzinwekkend nog tekortschieten.” De opmerkingen van de magistraten staan opgetekend in het boek ”Levenslang! De straf en de daders” van Mick van Wely, verslaggever bij het Dagblad van het Noorden.

Wat gebeurt er in het Rotterdamse café Inn & Out? De vier Kaapverdianen komen in de nacht van 18 op 19 november 2005 verhaal halen bij hun landgenoot Alberto Frances. Hij is baas van Inn & Out. Aanvankelijk willen de vier misdadigers Frances ontvoeren, vermoorden en een half miljoen euro losgeld opstrijken. Dat plan gaat niet door omdat een bestelbus waarmee ze Frances willen ontvoeren, het begeeft. Daarom besluit het zwaarbewapende viertal het ‘eenvoudiger’ aan te pakken. Ze zoeken Frances in zijn kroeg op en eisen daar geld.

Paniek

De misdadige expeditie loopt volledig uit de hand. De vier Kaapverdianen hebben zich niet vermomd. Het tiental gasten in het café zou later de daders dus kunnen aanwijzen. In het café ontstaan paniek en tumult. „Als je geen geld geeft, dan gaat iedereen die hier is eraan!” wordt er tegen cafébaas Frances geschreeuwd. „We knallen iedereen af en daarna ben jij aan de beurt.”

Gasten worden gefouilleerd en vastgebonden in het portaal voor de toiletten. „Eigenlijk moeten we jullie helemaal niet hebben. Maar jullie worden toch doodgeschoten omdat jullie ons gezien hebben”, zegt een van de Kaapverdianen kalm tegen de cafébezoekers, terwijl hij aan zijn sigaret hijst. Drie Kaapverdianen bieden de in doodsangst verkerende cafégasten drank en een sigaretje aan. „Hier! Rook en drink. Het zullen jullie laatste zijn. We schieten jullie allemaal dood.” De mannen gieten flessen drank leeg over de gasten. „Jullie gaan branden!” roept een van de Kaapverdianen. Ze laten het niet bij dreigementen. Ze richten een bloedbad aan. Drie mensen komen om: cafébaas Alberto Frances (34), Naomi Verheul (26) en Jan van Zon (43). Anderen raken gewond. Zo is een jonge cafébezoekster voor de rest van haar leven verlamd.

De schokkende zaak schrééuwt om een levenslange celstraf. En die volgt ook. Drie Kaapverdianen krijgen tot in hoger beroep de hoogste straf. De vierde dader wordt in zijn geboorteland veroordeeld tot 25 jaar cel. Jaren na dato blijkt bij een van de slachtoffers, die in een rolstoel terechtkwam, de woede jegens de daders nog diep te zitten. „Ik vermoord die gasten als ik hen zie. Eigenlijk mag ik niet voor god spelen, maar toch zou ik het doen. Ik wens hun de ergste dwarslaesie die er is”, zegt ze in het boek.

Moedwillig

Levenslang. De ultieme straf is in ons land tientallen keren opgelegd. Tussen 1870 –het jaar waarin de levenslange gevangenisstraf werd ingevoerd– en september 2013 werd de straf onherroepelijk opgelegd in 86 zaken aan 99 personen (één persoon kreeg twee keer levenslang), becijferde Van Wely. In alle gevallen is er sprake van het moedwillig doden van één of meer personen. Doodslag, waarbij in een opwelling wordt gehandeld, komt niet in aanmerking voor de ultieme straf. Niet meegerekend zijn oorlogsmisdadigers, zoals Joseph Mpambara uit Rwanda (levenslang in 2011).

Tussen 1870 en eind 1880 werden twaalf personen in negen zaken onherroepelijk tot levenslang veroordeeld. Pas in 2000, schrijft Van Wely, brak een periode aan van tien jaar waarin het ultieme vonnis nog vaker werd geveld: tussen begin 2000 en eind 2009 kregen 22 moordenaars levenslang opgelegd. ‘Topjaar’ was 2005: vijf personen kregen toen de zwaarst mogelijke straf onherroepelijk opgelegd.

Opvallend is dat er in de meeste levenslangzaken sprake is van één slachtoffer. Bij 59 levenslangcasussen werd een enkelvoudige moord of gekwalificeerde doodslag (doden om een ander misdrijf te verhullen) bewezen geacht. In vijftien zaken was sprake van drie of meer dodelijke slachtoffers; het aantal tweevoudige moorden bedraagt dertien.

Het meest voorkomende motief in levenslangzaken is geld. Een ander motief is bijvoorbeeld emotie. Te denken valt aan de zogeheten crime passionel: vaak doodt daarbij een man zijn vrouw vanwege de liefde voor een ander.

Rattenkruid

Het vaakst gebruikten tot levenslang veroordeelden een vuurwapen bij hun moordactie. Van de 136 slachtoffers worden er 49 door één of meer schoten geveld. Ook wordt er gif gebruikt. Tussen 1870 en september 2013 komen zeventien moordslachtoffers om het leven door vergiftiging met rattenkruid. Vijftien slachtoffers overlijden door verstikking. Zo wurgt in 1999 zedenmisdadiger Jan S. zijn 7-jarige buurmeisje Chanel-Naomi Eleveld, nadat hij haar langdurig heeft misbruikt.

Van Wely sprak in de gevangenis met een levenslang gestrafte: ex-Hell’s Angel Louis Hagemann, veroordeeld voor de moord op twee kinderen. Hagemann zou wel met andere tot levenslang gedetineerden op dezelfde afdeling willen zitten. „Bouw voor ons een hok waar we samen zitten met elkaar. Geef iedereen wat ruimte voor een hobby. We zitten toch ons hele leven vast.” Zou Hagemann een Harley willen hebben om aan te sleutelen in de bajes? „Ja, dat zou wel mooi zijn, maar ik moet daar niet aan gaan denken. Je moet geen dromen hebben, dat is niet verstandig. Dan word je met de realiteit geconfronteerd en komen er teleurstellingen.”

Gratie

Betekent levenslang ook werkelijk levenslang? Zeker in het verleden was dat niet altijd het geval, blijkt uit het boek van Van Wely. Diverse tot levenslang veroordeelden mochten toch nog de gevangenispoort uit. Zo krijgt Gijsbertus van Gelder eind negentiende eeuw levenslang voor de moord op een politieman. Na ruim dertig jaar te hebben vastgezeten, ontvangt hij in 1923 gratie. Ook eind negentiende eeuw vergiftigt Marcus Johannes van Kampen zijn vrouw en zijn zwager. Van Kampen brengt, in verband met een geheime relatie, beiden om met arsenicum dat hij op een broodje smeert en door de melk roert. Van Kampen krijgt in 1898 levenslang, maar kan in 1920 de bajes verlaten.

In het huidige tijdsgewricht is levenlang in beginsel echt levenslang. Van Wely citeert bewindslieden als de toenmalige ministers Donner en Hirsch Ballin die dat stelden. Staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) liet in 2012 nog weten dat „levenslang in Nederland levenslang betekent”, schrijft de auteur. Wel is er de mogelijkheid tot gratie. Maar die wordt de laatste jaren niet zonder meer verleend.

Van Wely schetst dat het strafklimaat harder is geworden. Hij ziet het jaar 1986 als „een breekpunt als het gaat om gratiebeleid.” In dat jaar kreeg drievoudig moordenaar Hans van Zon uit Utrecht zijn vrijheid terug, nadat zijn levenslange gevangenisstraf was omgezet in een tijdelijke celstraf van 28,5 jaar. „Pas” in 2009, dus 23 jaar later, werd opnieuw gratie verleend aan een tot levenslang Turkse veroordeelde, een ongeneeslijk zieke man. Van Wely: „De straf levenslang heeft een definitief karakter gekregen (...) Resocialisatie is voor de zwaarste misdadigers kennelijk niet meer vanzelfsprekend en het slachtoffer heeft een belangrijker stem gekregen.”

Cru

”Levenslang!” is een interessant en informatief boek. Zo staat er onder meer een „complete” lijst in met alle onherroepelijke veroordelingen tot levenslang. Op die manier krijgt het boek het karakter van een naslagwerk. De auteur heeft een aantal levenslangzaken gedetailleerd beschreven: zo wordt duidelijk dat veroordeelden niet voor zweetvoeten vastzitten. Terecht is ruimte geboden aan de gevoelens van slachtoffers.

Van Wely „zet de deur open” voor een tussentijdse toetsing bij levenslang gestraften, „zeker als de gratie in de praktijk niet blijkt te werken en het Hof (het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, JV) Nederland aan de haren trekt.” Volgens de auteur loopt ons land „Europees gezien volledig uit de pas. Nederland is het enige land dat de mogelijkheid van vervroegde invrijheidstelling niet kent.” Jammer genoeg is Van Wely nogal cru als hij ingaat op de vraag of levenslang inhumaan is. Hij schrijft: „Met een honderd procent garantie dat ik de rest van mijn leven in de bajes zou doorbrengen en geen enkel perspectief zou hebben op vrijlating, zou ik kiezen voor zelfmoord in plaats van de doodstraf op termijn.”

Levenslang! De straf en de daders, Mick van Wely; uitg. Just Publishers, Meppel, 2013; ISBN 97890 8975 272 7; 400 blz.; € 19,95.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 maart 2014

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's

Voor altijd vast

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 maart 2014

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's