„De mens wordt gereduceerd tot een geavanceerde computer”
Lammen die lopen, doven die horen en blinden die weer zien. Het zijn de wonderen van de techniek. Is het eeuwige leven zelfs binnen handbereik met de samensmelting van mens en machine? Prof. dr. Marc de Vries: „De menselijke geest krijgen we nooit ge-kopieerd.
De samensmelting van mens en machine, puur sciencefiction of realiteit?
„Voor een deel is het al realiteit. Zo bestaan er verlamde mensen die met hun hersenen zijn aangesloten op een computer en zo hun rolstoel besturen. Hoewel dit al echt een stap verder gaat dan een kunstheup of een kunstgebit, kun je nog heel duidelijk het verschil zien tussen organisch en anorganisch, tussen waar de mens ophoudt en waar de techniek begint.
Bij een volledige versmelting van mens en machine –de algemene definitie van een ”cyborg”– zou die grens niet meer duidelijk aan te geven zijn. Zulke machines met bewustzijn worden geen realiteit. Hoewel robots bedrieglijk menselijk lijken en steeds meer de schijn hebben van intelligentie: ze tonen emoties, kunnen glimlachen en huilen. Die geprogrammeerde slimheid vind ik overigens een armetierige opvatting van intelligentie.”
Sommige futurologen verwachten dat eeuwig leven en het opwekken van doden mogelijk zal worden.
„De vergissing die hierachter zit, is dat de mens niet meer zou zijn dan een zak moleculen. In feite wordt hij gereduceerd tot een heel geavanceerde computer: de mens zou volledig bestaan uit materie. Als je ervan uitgaat dat alle onderdelen van een lichaam –zelfs de hersenen– kunnen worden vervangen, is streven naar eeuwig leven een logische stap. Het idee is om het brein over te brengen op siliciumchips, want die sterven niet zoals menselijke organen. Bijbels gezien ligt er echter een principiële barrière. Een mens is meer dan materie, hij bezit een ziel en heeft een verantwoordelijkheid tegenover God. De menselijke geest krijgen we niet gekopieerd.”
Is een persoon vol implantaten en chips en met prothesen en een exoskelet nog een mens?
„Ik denk het wel. Iemand wordt toch primair gekend door zijn denkvermogen en niet door zijn lichaamsdelen. Uit onderzoek blijkt ook dat iemand met allerlei implantaten zich nog steeds mens voelt.”
Breinimplantaten veranderen zelfs het karakter van een persoon.
„Dat komt doordat er een relatie is tussen de hersenen en onze geest. De werking van het brein is enorm complex. Met het plaatsen van een chip ben je indirect in iemands geest aan het roeren. Iemand kan spontaan allerlei gedachten krijgen of gewoonten ontwikkelen.
Met een chip valt in de toekomst mogelijk te voorkomen dat een misdadiger zich uitleeft. Maar is zo iemand nog verantwoordelijk voor zijn daden? Misschien niet, maar er is altijd iemand verantwoordelijk voor het gebruik of het plaatsen van de chip.
Hoewel er volop geëxperimenteerd wordt met implantaten in de hersenen, zijn de gevolgen voor een karakter op de lange termijn nog niet bekend.”
Toch wordt het al veel gebruikt bij parkinsonpatiënten?
„Een parkinsonpatiënt kan veel baat hebben bij het plaatsen van een elektrode. Je perkt er de gevolgen van een handicap mee in, dus ik zie geen morele grens. Vanwege akelige gedragingen die een patiënt krijgt, kan deze ook zeggen: Schakel het apparaat maar weer uit. Ik beef liever.”
Kan iemand zijn geloof kwijtraken door zulke implantaten?
„Iemand kan zijn geloof niet verliezen, maar mogelijk wel het vermogen om te bidden of de Bijbel te lezen. Een geruststellende gedachte: techniek zal een christen nooit uit Gods hand rukken.”
Het Rathenau Instituut deed onlangs de oproep aan de politiek om „de ethische onder- en bovengrenzen van intieme technologie” vast te stellen. Een goede zaak?
„Uitstekend. Het is goed om in een vroeg stadium beslissingen te nemen over grenzen. Het Rathenau Instituut praat niet alleen over de risico’s van techniek, maar haalt ook filosofische vragen naar boven. Dat waardeer ik. Het stelt vragen zoals: Wat doet techniek met de visie op de mens en de grens tussen leven en niet leven?
Het is overigens naïef om te denken dat beschermende wetten helpen om een techniek in te perken. Er kan altijd iemand zijn die willens en wetens kwaad doet met een uitvinding. Soms moet je gewoon kiezen –hoewel dat amper gebeurt– om een weg niet in te slaan. Het lijkt me goed om het voorzorgsprincipe te hanteren, als iets niet te voorspellen gevolgen heeft voor mens en milieu.”
Sleutelen aan en in de mens. De maakbare mens in optima forma. Gaat dit te ver voor een christen?
„Techniek kan een apocalyptisch karakter krijgen. Als christen moeten we er dan van wegblijven. Een ziek mens mag je genezen, maar als het om mensverbetering gaat, riekt het naar het bouwen van torens van Babel. Het idee van het maken van een sterker, slimmer en beter mens is een brutale manifestatie van de zonde. Als het zo ver zou komen, heeft zo’n supermens meer macht dan anderen. Met die ongelijkheid komen de verleidingen. Want macht corrumpeert.
Mensverbetering komt in een stroomversnelling door de bundeling van nanotechnologie, biotechnologie, informatietechnologie en neurowetenschappen. Wetenschappers manipuleren de fundamenten van de natuur.”
Welke grenzen zijn er?
„De belangrijkste grenzen heeft God Zelf al gesteld. Levend materiaal maken uit niet levend materiaal? Dat zal nooit lukken. En het maken van een machine met een bewustzijn zal ook niet kunnen.
Tenzij God de mens deze grenzen laat overschrijden, tot oordeel. Dan staan ons gruwelijke dingen te wachten, bijvoorbeeld als mensen enorme fysieke krachten zouden krijgen en elkaar daarmee te lijf gaan. Laten we hopen dat dit niet gebeurt.”
Wat stelt een christen tegenover de angst voor versmelting van mens en machine?
„Bezinning! Meer dan nu het geval is. Mensen beseffen te weinig dat techniek je steeds dichter op de huid zit. Predikanten hebben het in de kerk en op de catechisaties amper over techniek. Ook op scholen moet er meer aandacht voor komen.
Daarnaast: de techniek biedt lapmiddelen voor het zwakke lichaam. Voor een christen is er door alles heen het uitzien naar een verheerlijkt en volmaakt lichaam, dat overigens van vlees en bloed zal zijn.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 april 2014
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 16 april 2014
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's