Teksten of woorden krijgen
Vroeger kwam ik in de Alblasserwaard –de streek waar ik ben opgegroeid– nogal wat mensen tegen die „Bijbelteksten kregen. Dat wil zeggen dat een woord uit de Bijbel plotseling in hun gedachten kwam en hen vertroostte, waarschuwde of de weg wees die God wilde dat zij zouden gaan.
Daaraan moest ik denken toen ik het mooie boek las dat prof. dr. W. Balke wijdde aan zijn leermeester ds. I. Kievit. De titel luidt ”Vreugde bij de Bron”. Het boek bevat de verspreide geschriften van ds. Kievit, voorzien van een uitvoerige inleiding en van verklarende aantekeningen.
Dit werk bevat ook de lezing ”Het krijgen van woorden of teksten” die ds. Kievit in 1946 hield voor de contio van predikanten die behoorden tot de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk.
Het interessante hierbij is dat deze lezing werd gevolgd door een referaat van psycholoog P. C. Kuiper. Deze was destijds medewerker aan een van de universiteiten en werd later een bekend hoogleraar in de psychologie. De familie Kuiper behoorde tot de vriendenkring van ds. Kievit in Baarn.
Uit het betoog van ds. Kievit wordt vrijwel onmiddellijk duidelijk dat hij aan het ”krijgen van teksten” weliswaar een wettige plaats toekent in het geestelijke leven, maar dat hij niet onkritisch is.
De kritiek komt nog duidelijker aan het licht in de lezing van Kuiper. Deze stelt namelijk dat het horen van boodschappen of van stemmen ook voorkomt bij mensen die niets met het christelijk geloof hebben.
Hij typeert deze verschijnselen als een vorm van pseudohallucinatie en stelt dat vanuit de psychologie niet is vast te stellen of deze stemmen van buitenaf komen. Zelf houdt hij het erop dat deze woorden uit het onderbewuste van de mens zelf opkomen.
Gevaar van mysticisme
Wat is de mening van ds. Kievit over deze verschijnselen? Hij wijst eerst op het gevaar van mysticisme. Mensen denken dat ”gekregen woorden” onmiddellijk door de Heilige Geest in het bewustzijn worden ingedragen. De zekerheid dat deze zin of deze psalmregel werkelijk van de Geest afkomstig is, wordt aanmerkelijk vergroot als men de desbetreffende Schriftplaats niet kende: „Ik wist niet eens dat dit in de Bijbel stond!”
Ds. Kievit waarschuwt er terecht voor dat zo het ”inwendige Woord” gemakkelijk een groter gezag krijgt dan de prediking en de bediening van de sacramenten in de context van ambt en kerk.
Een sprekend citaat: „Uit de aard van de zaak zijn hier gradaties en mag niet worden gegeneraliseerd. Maar het is toch wel opmerkelijk dat bij deze overschatting van het ”woorden krijgen” Christus uit het middelpunt wordt gedrongen; niet het geloof, doch het gevoel centraal wordt gesteld. Niet de verheerlijking van het object, doch de gevoelsaandoeningen van het subject zijn allesbeheersend.”
Nuchtere houding
In dit verband wijst ds. Kievit erop dat ook de duivel met teksten kan opereren die in ons binnenste lagen verborgen. Daarom is een nuchtere, kritische houding nodig. Wij moeten daarom wel verstaan dat „een kind des Heeren woorden kan krijgen, maar dat het krijgen van woorden nog geen kind van God maakt. Gemeenschap met God in Christus door het levende geloof tekent de ware christen en in dat gemeenschapsleven is opgenomen de onderwijzing en leiding van de Geest met en door het Woord.”
Magische kracht
De twee zojuist genoemde voorzetsels, ”met” en ”door”, zijn belangrijk: de Heilige Geest werkt in de harten van de gelovigen met en door het Woord en de prediking daarvan. Ds. Kievit verwijst hier in feite naar een oud strijdpunt over hoe het verband tussen Geest en Woord moet worden gezien.
Het lutherse standpunt wordt wel aangeduid met het voorzetsel ”door”: de Geest werkt door het Woord. De calvinistische lijn zou het trefzekerst worden getypeerd met het andere voorzetsel: de Geest werkt met het Woord.
Het is echter het beste om beide uitdrukkingen naast elkaar te laten staan, omdat ze elkaar aanvullen. Wie eenzijdig benadrukt dat de Geest door het Woord werkt, loopt gevaar van het Woord en de prediking daarvan een soort magische kracht te maken: overal waar het Woord is, maakt de Geest dat ‘automatisch’ effectief.
Dat is onjuist, want de Geest laat Zich niet in het Woord opsluiten. Daartegenover zegt de uitdrukking ”de Geest werkt met het Woord” dat de Geest soeverein is. Hij werkt wel altijd door het Woord, maar niet altijd op dezelfde manier. Voor de een is dezelfde prediking tot een geestelijk voordeel, voor de ander tot een geestelijk oordeel.
Dood omhulsel
Het gevaar is hier echter dat in extreme gevallen Geest en Woord worden losgemaakt. Het Woord wordt dan slechts een dood omhulsel. Pas als de Geest komt, wordt het levend en krachtig.
Ook dat is onjuist, want het Woord van God is levend en krachtig (Hebr. 4:12). Als we de uitdrukkingen ”met” en ”door” het Woord bij elkaar houden, vermijden we beide gevaren.
Door over ”door het Woord” te spreken, benadrukken we dat de Geest overal en altijd wil werken en leiden daar waar het Woord is en verkondigd wordt. We mogen onder de prediking dus grote dingen verwachten.
Wanneer we zeggen dat de Geest ”met het Woord” werkt, doen we van het voorgaande niets af. We onderstrepen hiermee echter wel dat de Geest soeverein is en niet altijd heilbrengend of zaligmakend werkt onder de prediking.
IJkpunten
Maar hoe werkt de Geest dan met en door het Woord? Is het ook mogelijk dat Hij een speciale tekst voor iemand van bijzondere betekenis laat worden? Kan het gebeuren dat zo’n tekst „met kracht” naar iemand toekomt tijdens een preek, tijdens het Bijbellezen of zomaar tijdens het werk op de dagen van de week?
Zeker. Maar ds. Kievit noemt wel vier ijkpunten waaraan we teksten die ons voor de aandacht komen, moeten toetsen.
In de eerste plaats moet het gaan om echte Schriftwoorden. Ds. Kievit waarschuwt hier terecht voor allerlei „indrukken”, „gevoelens” of „openbaringen” die boven de Schrift uitgaan of er zelfs tegenin gaan.
Vervolgens moet het Woord slaan op de situatie waarin het wordt ontvangen. Het is als een antwoord van Godswege op de vragen waarmee we worstelen en de sleutel waarmee de deur van het Evangelie wordt geopend.
Overgave
In de derde plaats dienen we ons af te vragen of de gekregen woorden voeren ons tot Hem Die ze gaf. Brengen ze tot Christus en tot besliste daden en overgave aan de wil van God?
Ten slotte: al is het zo dat de Heere soms bepaalde teksten of psalmregels bijzonder aan ons zegent, de meest standvastige christenen leven niet slechts bij enkele losse teksten. Zij zoeken hun „gang en treden” vast te maken in het gehele Woord.
Dan leven we ook niet alleen bij „gevoelige indrukken” van het moment, maar draagt het Woord ook vrucht op de lange termijn. Zij bewaren het Woord namelijk in een eerlijk en goed hart, zodat het vruchten voortbrengt „in volstandigheid” (Luk. 8:15).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 maart 2015
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 maart 2015
Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's