Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nier te koop

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nier te koop

4 minuten leestijd

Afgelopen vrijdag speelde er een rechtszaak waarbij iemand via Marktplaats zijn nier voor 50.000 euro te koop had aangeboden. In Nederland is zoiets verboden. De wet op orgaandonaties verbiedt het verkopen van organen. Orgaandonatie mag alleen als het uit goede motieven voortkomt. Zoals de vrouw van mijn slager, die een nier afstond aan haar man. Maar omdat het aantal mensen dat daartoe bereid is dun gezaaid is, bestaat er een wachtlijst van drie jaar en 10 procent van de mensen die daarop staan overlijdt alvorens in aanmerking te komen.

Wat een samenleving toelaatbaar acht als het gaat om verhandelbaarheid, verschilt over de tijd. In het Oude Testament was permanente verkoop van landbouwgrond bijvoorbeeld niet toegestaan. Alleen de verwachte productie van het land tot aan het Jubeljaar mocht worden verhandeld, maar in het vijftigste jaar moest het land weer terugkeren naar de familie die het bij de intocht in het land Kanaän had toebedeeld gekregen. Hierbij waren waarden zoals vrijheid en menswaardigheid in het geding. Land was in een agrarische economie als het oude Israël het kapitaal waarmee men zelfstandig een bestaan kon opbouwen. Bovendien hadden alleen zij die land bezaten stem in de gemeenschappelijke besluitvorming in de poort.

Ook bij orgaandonatie botsen verschillende principes. Aan de ene kant staan de levens op het spel van mensen die een nier nodig hebben. Het is daarom niet verwonderlijk dat er ethici zijn die ervoor pleiten om orgaandonatie tegen geldelijke vergoeding toe te staan. Als hierdoor meer mensen bereid zijn een van hun nieren af te staan, zal dat levens kunnen redden, is het argument. Overigens is dit laatste niet zeker. Zoals ik in een eerdere bijdrage in het RD heb uiteengezet, kan het bieden van geld (in het geval van bloeddonatie) ook het omgekeerde effect hebben en juist tot minder aanbod leiden, omdat deze financiële prikkel de intrinsieke motivatie van mensen die hun bloed (in dit geval een nier) uit menslievendheid afstaan, kan wegnemen.

Een klassiek argument tegen de handel in organen is dat het een bedreiging vormt voor de gelijkheid van mensen. Als de handel in organen volledig vrij wordt gemaakt, is het gevaar dat arme mensen gestimuleerd worden hun organen af te staan (waaraan de nodige risico’s zijn verbonden) aan rijke mensen die zich de uitgave kunnen veroorloven. Dat verscherpt de ongelijkheid tussen mensen. Dit speelt vooral in de internationale handel in organen. Doordat veel mensen in de derde wereld in grote armoede leven, is het verleidelijk om organen af te staan om geld. Zij redden niet alleen het leven van de ontvanger van de nier, maar misschien ook hun leven met het geld dat zij ervoor krijgen.

Maar iedereen voelt wel aan dat dit eigenlijk een vorm van misbruik is van de armoedige situatie waarin deze mensen verkeren. Het verbod op internationale handel in organen heeft juist als doel mensen te beschermen tegen de financiële druk om hun lichaam als handelswaar in te zetten. Een samenleving is verplicht om mensen voldoende kansen te bieden op andere, menswaardiger manieren om zichzelf in een bestaansminimum te voorzien. Daarbij komt dat het verhandelbaar maken van organen ook de criminaliteit de wind in de zeilen geeft, waarbij mensen domweg gedwongen worden om organen af te staan omwille van lucratieve handel.

Zelfbeschikking

Een ander argument dat sommige ethici hanteren voor orgaanhandel is dat mensen het recht hebben om over hun eigen lichaam te beschikken. Wij kunnen het inzetten voor arbeid om geld te verdienen en bij gevaarlijke beroepen lopen wij ook het risico dat ons lichaam of zelfs ons leven gevaar loopt. Als er mensen zijn die geld willen verdienen door een nier af te staan, staan zij toch ook in hun recht? Ook bij dit argument kunnen echter vraagtekens worden gezet. Net zoals het land in het Oude Testament eigenlijk niet aan de mensen zelf toebehoorde, maar door God gegeven was als een erfdeel om te gebruiken, dienen wij ook ons lichaam te beschouwen als een gave van God waarover wij verantwoording schuldig zijn. Wij mogen het gebruiken voor allerlei doeleinden, maar dat betekent nog niet dat wij het onbegrensd mogen exploiteren. Denk bijvoorbeeld aan prostitutie, wat in Bijbels opzicht een oneigenlijk en zondig gebruik van het lichaam is. Of dat ook geldt voor het verkopen van nieren is voor mij nog geen uitgemaakte zaak. Maar het relativeert wel het beroep op zelfbeschikking en autonomie als argument voor het verhandelbaar maken van organen.

Johan Graafland, hoogleraar economie, onderneming en ethiek aan Tilburg University. Reageren? rubriek@refdag.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 12 mei 2015

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's

Nier te koop

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 12 mei 2015

Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's