Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

“Christelijke politiek bestaat niet”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

“Christelijke politiek bestaat niet”

CDA-Kamerlid Jaco Geurts:

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De werkkamer van Jaco Geurts, lid van de Tweede Kamer namens het CDA, bevindt zich in het voormalige ministerie van justitie. In de gang onderweg naar zijn werkkamer hangen verkiezingsposters uit de vorige eeuw, waaronder de oud-premiers Lubbers en Van Agt. Op deze historische plaats zetelt de Tweede Kamer-fractie van het CDA. Geurts hoopt hier ook de komende jaren nog tijd door te mogen brengen.

Volgens Geurts zijn binnen het CDA meerdere geloofsrichtingen actief die zich allen centreren rond de joods-christelijke traditie. Zichzelf ziet hij daarin als een representant van de gereformeerde gezindte waarmee hij naar eigen zeggen aansluit “in een rijke traditie binnen het CDA.

Hoe bent u eigenlijk in de Tweede Kamer terechtgekomen?
“Tot 2001 deed ik weinig aan politiek. Mijn familie moet nog weleens lachen omdat ik voor 2001 zei: ‘Politiek, daar zie je me nooit!’ Het leven ging echter anders en ik geloof in leiding van mijn leven. Wat mij van opvatting deed veranderen was de vermeende MKZ-crisis in Kootwijkerbroek in 2001. Destijds zijn ook onze varkens geruimd, evenals die van meerdere mensen in mijn familie. Ik was het daarmee uiteraard oneens en dan kun je twee dingen doen. Of er tegen aan trappen, of er iets aan doen. Ik heb voor dat laatste gekozen. Zo ben ik in de agrarische belangenbehartiging bij de NVV, de Nederlandse vakbond Varkenshouders, terechtgekomen. Eerst regionaal, daarna landelijk in het dagelijks bestuur. Zo kwam ik ook in de politiek terecht als lobbyist, zowel in Den Haag als in Brussel. Ik ben toen gevraagd voor het kamerlidmaatschap, en belandde op plek 40 van de lijst in 2010. Na de kabinetsval in 2012, belandde ik op plek 8 van de lijst en werd ik in de Kamer gekozen.”

U hebt weleens gezegd niet in ‘christelijke politiek’ te geloven, maar wel in ‘christenen in de politiek’. Wat bedoelde u daarmee?
“Er is altijd veel discussie over christelijke politiek, maar christelijke politiek bestaat niet. Om het even in het extreme te trekken: je kunt niet een lantaarnpaal op een christelijke manier rechtzetten of een straat christelijk asfalteren. Het gaat om de manier waarop je omgaat met je burgers en hoe dingen tot stand komen. En wat dat betreft voel ik me zeer thuis binnen het CDA. Ik ben niet een type die in een debat met de Bijbel op tafel slaat. Wel sluit ik bijvoorbeeld de bespreking van de begroting altijd er mee af dat we Gods zegen nodig hebben over ons werk. Daarnaast heb ik enkele keren meegemaakt dat we een debat over landbouw op bid-of dankdag hadden. In zo’n geval besteed ik in mijn beginwoord tijd aan het feit dat er veel mensen naar de kerk gaan op die dag en leg in een paar zinnen uit waarom. Verder zit het overal doorheen verweven. De Bijbel ligt ook naast mijn toetsenbord, net als het reglement van orde voor de Tweede Kamer.”

U hebt zelf lange tijd een varkenshouderij gehad. Wanneer bent u daarmee gestopt en waarom?
“Ik ben officieel gestopt met varkens houden toen ik in 2012 in de Tweede Kamer verkozen werd. Om twee redenen, de eerste is dat ik denk dat je maar één ding goed kan doen. Destijds deed ik veel dingen tegelijk en ik zag dat dat niet altijd even goed ging. Zeker als kamerlid heb je hier gewoon niet de ruimte voor. Daarnaast wilde ik graag woordvoerder landbouw worden en wilde ik het verwijt ‘jij praat voor eigen parochie, want jij bent zelf boer’ voorkomen. Het eerste debat met de PvdD ging inderdaad gelijk die kant op. Toen heb ik duidelijk gemaakt dat ik geen persoonlijke belangen in de sector heb en sindsdien heb ik het verwijt ook niet meer gehoord.”

In de varkenssector staan prijzen onder druk. Wat is er aan de hand?
“In Nederland hebben we boeren en tuinders veel laten investeren in milieu en dierenwelzijn. Uiteraard moest dit wel betaald worden. Toch is de prijs van het voedsel niet gestegen. Daarnaast is er in zekere zin een overschot op de internationale markt en heeft voedselproductie in Nederland een hoge kostprijs. Dit alles, in een notendop, geeft veel zorgen op het boerenerf. Families die niet weten hoe zij hun rekening moeten betalen en die niet weten waar ze aan toe zijn als het gaat om regelgeving. Als volksvertegenwoordiger probeer ik deze zorgen hier in de Kamer te vertolken.”

En is er een oplossing?
“Ik heb voor een deel van deze problematiek zelf de initiatiefnota ‘eerlijke boterham’ geschreven. Met deze initiatiefnota wil ik ondermeer bereiken dat er in Nederland een scheidsrechter in de voedselketen komt, vergelijkbaar met hoe het in Engeland werkt. Dat heeft er mee te maken dat we in Nederland duizenden voedselproducenten en miljoenen consumenten hebben, maar slechts drie tot vijf inkoopcombinaties daartussen. Deze inkoopcombinaties bepalen echter de prijs. Daar wil ik op objectieve wijze iets aan gaan doen. Mijn oplossing is om een scheidsrechter aan te stellen, die onafhankelijk, maar bindend advies kan geven om zo het evenwicht te herstellen. Daarnaast moeten wij als politiek de mededingsautoriteit ACM (Autoriteit Consument en Markt) scherper aansturen, omdat deze nu het belang van de consument vele malen hoger aanslaat dan dat van de producent. Met mijn initiatiefnota die mogelijk tot een wet gaat leiden probeer ik hierin de balans te herstellen. Dat is in het belang van zowel consument als producent.”

Vindt u dat het vlees in de supermarkt te goedkoop is?
“Zoals ik al zei hebben boeren veel moeten investeren in duurzamere voedselproductie. Enerzijds krijgt de boer minder en gaan boeren hierdoor failliet, anderzijds zie je dat er in de supermarkt niet méér wordt betaald voor vlees. Dus ja, ik denk dat we te weinig voor ons voedsel betalen op dit moment.
Van ons besteedbaar inkomen geven wij Nederlanders ongeveer 10 procent uit aan eten. In de jaren ’30 was dat drie tot vier keer zoveel. Als consumenten zijn we niet meer gewend om meer aan voedsel uit te geven. Ik maak me daar wel zorgen over, want ik denk dat voedsel in de toekomst wel duurder gaat worden.”

Maart 2017 staan nieuwe verkiezingen gepland. Gaat het CDA deze verkiezingen winnen?
“Daar hebben wij alle vertrouwen in. Wij hebben een goed verhaal en daarmee gaan we de campagne in. Vervolgens mag de bevolking gaan stemmen. Als ik de peilingen bekijk maak ik me wel zorgen over het aantal mensen dat PVV stemt of dit serieus overweegt. Ook vanuit de gereformeerde gezindte. Als je in de kern kijkt waar de PVV voor staat kan ik me niet voorstellen dat je daar vanuit je geloofsovertuiging op kan stemmen. Het is allemaal zeer korte termijn, naar mijn mening erg egoïstisch en niet in lijn met het christelijk geloof.”

Hoe vindt u dat het CDA haar gedachtengoed moet uitdragen? Maakt het hiervoor uit welke levensbeschouwing een (kamer)lid is toegedaan?
“Binnen het CDA zijn meerdere geloofsrichtingen actief. Als je elkaar in verbondenheid, vanuit de joods-christelijke traditie kunt vinden gaat het goed. Als christen heb ik vrij veel overeenkomsten met een moslim, zoals de manier waarop we in het leven staan, onze betrokkenheid bij de samenleving, maar ook op ethische gebieden. Daar zijn een aantal overeenkomsten en ik loop daar niet voor weg. Wat ik jammer vind is dat door allerlei discussies in de wereld de verschillen die er zijn in het extreme worden getrokken. Binnen het CDA kunnen wij echter goed samenwerken. We discussiëren binnen onze fractie over allerlei onderwerpen om gezamenlijk tot een standpunt te komen, en ik zie mezelf ook als op die plek gezet. Hierin sta ik in een rijke traditie binnen het CDA met voorgangers als Gerard van Leijenhorst, Aart Mostert en Eddy Bilder die allen op een bepalende manier de gereformeerde bond en gereformeerde gezindte binnen het CDA vertegenwoordigd hebben.”

Hoe blijft u, naast uw drukke leven in Den Haag, in contact met uw achterban op de Veluwe? Zoals u zelf al zei, het risico om 24/7 in Den Haag te zitten is groot.
“Gelukkig woon ik niet in Den Haag, maar reis ik elke dag op en neer naar Voorthuizen, waar ik samen met mijn gezin woon. In de weekenden ben ik ook gewoon thuis. Ik doe veel werkbezoeken, en mensen weten mij te vinden via Twitter, e-mail, WhatsApp. Op die manier probeer ik ook mijn eigen regio zo goed mogelijk te vertegenwoordigen.”


Wie is Jaco Geurts?
Jaco Geurts (1970) werd in 2006 voor het CDA in de gemeenteraad van Barneveld gekozen. Als varkenshouder was hij daarnaast actief bij de Nederlandse Vakbond voor Varkenshouders. In 2012 kwam hij in de Tweede Kamer en voor het CDA is hij nu woordvoerder landbouw en milieu. Hij woont met zijn vrouw en hun twee kinderen in Voorthuizen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorische Maatschappelijke Unie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2016

RMU.NU | 52 Pagina's

“Christelijke politiek bestaat niet”

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2016

RMU.NU | 52 Pagina's