Een eigen bedrijf? Bezint eer ge begint...

door J. J. Lammers

In tijden van recessie en werkloosheid zijn er steeds mensen, die aan het starten van een eigen bedrijf gaan denken en het vaak ook daadwerkelijk proberen. Dat zagen we In de crisis eind jaren twintig en begin jaren dertig. Veel gezinnen, ten einde raad, gingen zich bezighouden met de verkoop van zelf verbouwde aardappelen, groenten en fruit en zelfgemaakte artikelen om die aan de man te brengen. Daar in wezen de bekwaamheid en het benodigde geld ontbraken, trachtten velen zich door toepassing van dikwijls zakelijk ongezonde methoden te handhaven. Dit lukte slechts voor een beperkte tijd en het resultaat was dat veel leveranciers met de ontstane vorderingen bleven zitten en dat de goederen voor zeer lage prijzen werden opgeruimd. Dat leverde ook voor de gevestigde middenstand aanzienlijke problemen op. Er ontstonden ook veel klachten over de kwaliteit. Dit heeft er toe geleid dat de overheid op verzoek van de ondernemers zelf vestigingsvergunningen voor diverse branches ging instellen: de Vesitigingswet Detailhandel trad in 1937 in werking. Pas veel later gevolgd door de Vestigingswet Bedrijven en de Drank- en horecawet voor het uitoefenen van een bedrijf in het hotel-, café- en restaurantbedrijf.

Veel vraag

Ook in de jaren tachtig zag je door de neergang in de economie duidelijk de belangstelling opleven voor het starten van een eigen bedrijf. Deze belangstelling is nog steeds niet weggeëbd. Integendeel; het wordt nog steeds gestimuleerd door de overheid maar ook door het

bedrijfsleven zelf. Het bedrijfsleven probeert veel van zijn werknemers als kleine zelfstandigen te laten functioneren. Zo zijn er transportbedrijven, loonbedrijven, etc. die het materieel overdragen aan hun personeel en datterughuren. Op deze manier blijkt dat veel "werknemers" veel meer hart voor hun werk krijgen: het is een stukje van henzelf geworden. Onlangs heeft ook nog een opmerkelijk onderzoek uitgewezen dat werknemers, die participeren in hun bedrijf in de vorm van aandelen, tot betere prestaties in staat waren en meer gemotiveerd waren dan degenen die niet deelnamen. Immers hoe betere resultaten het bedrijf haalde, hoe meer zij zelf daar de positieve baten van ervaarden.

Ondernemingsplan

Om een beetje de weg te kunnen vinden in alle problemen die op startende ondernemers afkomen, adviseert de Kamer van Koophandel altijd: maak een ondernemingsplan. In dat ondernemingsplan komen diverse zaken aan de orde. Onderstaand volgen de belangrijkste aspecten hieruit.

- marketing

Uit de verkoop van produkten moet in feite je hele onderneming gefinancierd worden. Dat betekent dus ook dat je winst moet maken. Je moetje daarom van tevoren een aantal dingen afvragen. Welke produkten of diensten ga je aanbieden? Wie zijn de afnemers nu en in de toekomst? Vaak heb je al een begin gemaakt, omdat je in je vrije tijd al een kleine klantenkring hebt opgebouwd. Vaak begonnen als hobby. Zijn deze klanten echter wel bereid om je een normaal markttarief te betalen? Vaak hoor je dan opmerkingen: Ja, als je die prijs vraagt, kan ik net zo goed naar... (en dan wordt de naam van een wijd en zijd goed bekend staand bedrijf genoemd) gaan. Hoe ga je nieuwe klanten werven? Wat is je doelgroep? Wil je een winkel beginnen in een bepaalde wijk, ga dan eens op de fiets die wijk door om te kijken of er niet al soortgelijke winkels zijn. Wat zal het assortiment zijn? Het heeft niet zoveel zin in een wijk waar veel bejaarden wonen een baby-speciaalzaak te beginnen. Belangrijk bij de marketing is dat je kijkt naar het assortiment ten behoeve van een bepaalde doelgroep. Waar ga ik zitten met het bedrijf, hoe ga ik de promotie verzorgen en welke prijs bereken ik voor mijn produkten en diensten? De marketing is een wezenlijk onderdeel van het ondernemingsplan. Maar het is slechts een onderdeel. Financiering is even belangrijk.

- financiering

De eerste vraag, die veel startende ondernemers stellen is: hoeveel subsidie krijg ik als ik start? Meestal is het antwoord: Niets. In de meeste gevallen is er geen subsidie mogelijk.

Belangrijk is natuuriijk: hoe krijg ik al die activiteiten gefinancierd. Nou dan stap je toch naar een bank. Die zijn er speciaal voor ingericht. Zo eenvoudig ligt dat echter niet. Een bank vraagt zekerheid, dat je dat geld na verloop van tijd weer kunt aflossen. Zij vragen ook naar je marketing-activiteiten. In het algemeen beschikt men over veel informatie over diverse markten. Zij geven ook publikaties over dit onderwerp uit. Die maak je in het algemeen dus niets wijs met positieve inschattingen. Je zult je ondernemingsplan goed moeten kunnen verdedigen. Daarnaast moetje zelf ook een eigen inbreng hebben, bijvoorbeeld eigen geld, al wat bedrijfsmiddelen en dergelijke, anders begint een bank er echt niet aan.

- rechtsvorm

Vaak begint men met de vraag: welke rechtsvorm moet ik kiezen? Dat is naar mijn mening een afgeleide. Belangrijker vind ik het altijd eerst na te denken over je marketing en financiering en dan pas de rechtsvorm: een eenmanszaak, vennootschap onder firma of besloten vennootschap te kiezen.

Meestal start men met een eenmanszaak. Overigens kan bij een eenmanszaak wel 80 man werken. Het gaat hierbij uitsluitend om wie nu de eindverantwoordelijkheid draagt en wie er aansprakelijk is voor de onderneming.

- vestigingsvergunningen

Om een eigen bedrijf te beginnen moet je vaal< een vestigingsdiploma hebben. Voor autobedrijven gelden uiteraard andere eisen dan voor het uitoefenen van het slagersval< . Toch moeten beide voldoen aan de vestigingswet bedrijven. Hiervoor l< un je diploma's halen. Als je dit diploma nog moet halen als je al begonnen bent, heb je eigenlijl< alweer een probleem. Het is niet gemakkelijl< om naast je druicke werkzaamheden ook nog 's avonds naar school te gaan. Overigens ben je dan onrechtmatig bezig. Het verkrijgen van een staatsgegarandeerd krediet is bijvoorbeeld ok niet mogelijk. Andere ondernemers kunnen je dan in contact brengen met de Economische Controle Dienst (ECD) en dat is meestal geen pretje.

Meer informatie

Dit verhaal is niet bedoeld om te ontmoedigen. Mijn ervaring is dat veel mensen te gemakkelijk denken over het starten van een eigen bedrijf. Vandaar enkele waarschuwingen en tips. Een goed begin is het halve werk. Een eigen bedrijf geeft ook veel voldoening. Het is zeker de moeite waard het te proberen of er althans over na te denken.

Maar: voordat je begint, kun je beter zoveel mogelijk informatie inwinnen bij diverse instanties. Er zijn tal van instellingen, die je verder op weg kunnen helpen. Zoals het instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf, banken- en innovatiecentra voor technische ondersteuning. Voor heel veel informatie kun je terecht bij de Kamer van Koophandel. Deze instelling is ook belast met de eerste opvang en begeleiding van startende ondernemers. Vaak krijg je daar al zoveel informatie en voorlichting dat de start een stuk eenvoudiger en beter voorbereid gaat. Deze kamers zijn vaak gevestigd in een Ondernemingshuis, waar je alle relevante instellingen, die betrokken zijn bij het eerste advies, bij elkaar vindt. In voorlichtingsbijeenkomsten krijg je meestal een raamwerk voor een ondernemingsplan, dat je verder zelf moet invullen. Al of niet bijgestaan door terzake deskundigen. Voor een dergelijke eerste begeleiding is vaak geen betaling verschuldigd. Hooguit wat kosten voor het papierwerk dat je mee krijgt. Bedenk echter: Een goede voorbereiding is heel wat waard.

J. J. Lammers is werkzaam als stafmedewerker bij de afdeling Onderwijs en Technologie van de Kamer van Koophandel te Arnhem.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen