Caspar Olevianus; En zijn Reformatorische arbeid - pagina 50
Inleiding - Jeugd - Olevianus' werk te Trier - De onderdrukking van de reformatie te Trier - Naar Heidelberg - De Heidelbergse Catechismus - Liturgie en kerkorde - Bevestiging van de reformatie in de Palts - De strijd om de kerkelijke tucht - De Lutherse reactie - Olevianus' werk te Berleburg en Herborn - Karakteristiek van Olevianus - Olevianus' levenseinde.
en overwon door Gods kracht. (Zie brochure Ursinus, blz. 37 v.v.). N a het gebeurde op de rijksdag besloot de keurvorst o m ook scherpere maatregelen te nemen ten aanzien van de „ O b e r p f a l z " , die Amberg tot hoofdstad h a d . De Palts bestond n.1. uit de Rijnpalts, die aan beide zijden van de Bovenrijn lag, (waarin toen b.v. de steden Heidelberg, Mannheim, Neustadt, Kaiserslautern, Kreuznach, Simmern,Bacharach, Frankenthal e.a. lagen) en de Bovenpalts, die veel Oostelijker gelegen was, n.1. a a n de grens van Bohemen, in het N . O . van Beieren, in het stroomgebied van de N a a b , een zijrivier van de D o n a u . Een klein deel van deze Bovenpalts of Beierse Palts lag ook nog iets Westelijker langs de Donau (met de steden Neuburg en Dillingen). Tot nog toe was de Bovenpalts Luthers geweest. Lodewijk, de oudste zoon van Frederik I I I , die niet met zijn vrome vader sympathiseerde m a a r zelf Luthers was, voerde hier als stadhouder van zijn vader het bewind. Toen duidelijk bleek, dat Frederik I I I ook in de Bovenpalts zijn reformatorisch werk wilde beginnen, werd het verzet der Luthersen opgewekt. Zelfs de keizer bemoeide er zich mee en m a a n d e tot verzet. Paltsgraaf Wolfgang schreef herhaaldelijk aan Lodewijk. Zo werd het eerste resultaat niets anders d a n heftige tegenstellingen tussen de predikanten, die zich in twee partijen begonnen te splitsen. De keurvorst hervormde het gymnasium, in het klooster te Arnberg gevestigd, stelde Christophel Schilling, een bekwaam Gereformeerd scholarch aan het hoofd, m a a r de Luthersen wantrouwden het en onthielden zich a a n medewerking. Olevianus trad in 1573 op en probeerde door prediking en onderricht de Ambergers te bekeren, m a a r tevergeefs. Toch was Frederik I I I niet van plan voor 't verzet der Luthersen te wijken. Hij probeerde het ook door een kerkvisitatie. M a a r overal vond hij een vijandige houding bij de a m b t e n a r e n en de meeste predikanten. Een nieuwe commissie kwam n a a r Arnberg, bestaande uit de opperhofmeester Graaf Lodewijk van Wittgenstein, de latere beschermheer van Olevianus, de hofprediker Tossanus en de raadslieden Zuleger en Heckel. Ze hadden als opdracht om nog krachtiger maatregelen te nemen. De polemiek op de kansels tegen de Gereformeerden werd verboden. De verdere propaganda voor de leer van „het genot van 't lichaam en bloed van Christus ook door de ongelovigen" werd verboden. De beelden moesten opgeruimd worden! De oppositie, gesterkt van buiten door Lutherse vorsten en theologen bleef voortduren, steeg weldra tot blinde, fanatieke hardnekkigheid. M e n ontving de gezanten van den keurvorst zelfs op onbetamelijke wijze. W a a r een kerk b.v. tot gemeenschappelijk gebruik gegeven werd, kwam de bevolking niet om n a a r den Gereformeerden predikant te luisteren. Hierbij kwam, dat n a a r buiten de maatregelen van Frederik I I I als vervolging en onderdrukking van de Luthersen werden voorgesteld. M a a r de waarheid was, dat Frederik I I I veel en veel milder optrad dan Lutherse vorsten in soortgelijke omstandigheden. M e n meende in die dagen, n a a r
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954
Reformatorische stemmen | 72 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954
Reformatorische stemmen | 72 Pagina's