Reformatie en tolerantie - pagina 28
1. Willem van Oranje..2. Het zoeken naar nieuwe verhoudingen in de 16de eeuw..3. Luther en Calvijn..4. John Locke en de Verlichting..5. Tolerantie, revolutie en democratie..6. Wat moei de staat verdragen?.
van een concilie en het doorvoeren van de noodzakelijke hervormingen. T o e n later echter, mede mogelijk gemaakt door het spiritueel kerkbegrip van L u t h e r , allerlei sectarische invloeden in de kerk de k o p opstaken, maakte L u t h e r van deze eerder uit nood geboren o p l o s s i n g een deugd. 3 Daarmee legde h i j de basis voor een o n t w i k k e l i n g , die zou uitlopen op de Lutherse kerk als staatskerk, waarin de wereldlijke vorst in feite de hoogste kerkelijke gezagsdrager was. In vrijwel alle Lutherse landen werd o p deze manier de kerk van Christus met handen en voeten gebonden aan de wereldlijke overheden. E n daarmee werd ook de mogelijkheid afgesneden van een godsdiensttolerantie, die de vrijheid en gelijkberechtiging garandeerde van kerken tegenover de overheid. Een vorst, die zich de rol van hoogste kerkelijke gezagsdrager had laten welgevallen, kon zoiets immers ook moeilijk toelaten. Calvijn en de kerk Letten wij nu op de manier waarop C a l v i j n over deze zaken schreef en leerde, dan vallen ons belangrijke verschillen op. O o k Calvijn gebruikte het begrip 'onzichtbare kerk', maar dat leidde er bij hem niet toe dat hij de zichtbare zaken als kerkregering en kerkrecht als voor de kerk niet wezenlijke zaken beschouwde, die derhalve wel aan anderen c.q. de overheden konden worden overgelaten. Calvijn heeft zeer veel aandacht besteed aan de organisatie van de kerk. De instelling en vervulling van de bijzondere ambten behoorden bij hem ten volle tot het wezen van de kerk. De kerk kon en m o c h t op dit punt haar verantwoordelijkheden niet delegeren aan anderen. De overheid kreeg in het Genève van Calvijn weliswaar het recht om nieuwe predikanten te bevestigen, maar pas nadat deze door de in dienst zijnde predikanten gezamenlijk waren aangewezen en met verlening van het recht aan de gehele gemeente om bezwaren tegen de verkozenen in te brengen. 4 De relatie tussen kerk en overheid ligt bij Calvijn dan ook wezenlijk anders dan bij Luther. De overheid, die evenals de kerk aan het Woord gebonden is, moest bij Calvijn voor het openbare leven elke inbreuk op de zedenwet van de Heilige Schrift en de aantasting van Gods eer tegengaan. Daardoor werd de 'uitwendige dienst Gods' gewaarborgd, Gods gemeen te beschermd en de vrije doorwerking der gezonde leer m o g e l i j k gemaakt en bevorderd. 5 In de opvatting van Calvijn moesten kerk en staat nauw met elkaar samenwerken, van een scheiding van kerk en staat was bij hem zeker n o g geen sprake. Zoiets liet zich in het Genève van zijn dagen, zowel uit godsdienstige als politieke overwegingen ook n a u w e l i j k s indenken. Maar van beslissende betekenis is geweest dat bij Calvijn de kerk niet over de overheid en de overheid
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985
Reformatorische stemmen | 86 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985
Reformatorische stemmen | 86 Pagina's