De nieuwe aarde en de herschepping van alle dingen - pagina 44

hemel en aarde (21:1). In Genesis worden de hemellichamen in het aanzijn geroepen: zon, maan, sterren. In de Openbaring lezen we: ‘En de stad heeft de zon en de maan niet van node, dat die haar beschijnen, want de heerlijkheid Gods verlicht haar en hare lamp is het Lam”. Genesis beschrijft een Paradijs, dat verloren werd. De Openbaring schildert een Paradijs, dat herwonnen is, Openb. 2:7; 22:2”. 53 Tom Wright merkt daarover in Verrast door hoop het volgende op: “De tempel in Jeruzalem lijkt altijd bedoeld te zijn geweest als verwijzing naar en symbool voor de aanwezigheid van God zelf. Wanneer de werkelijkheid aangebroken is, dan is de richtingwijzer niet meer nodig. Met als in Romeinen en 1 Korinthiërs horen we dat de levende God bij en onder zijn volk zal wonen, de stad met zijn leven en liefde zal vullen en genade en genezing zal uitgieten in de levensrivier die vanuit de stad naar de volken stroomt” (pag. 119). 54 A. Noordegraaf, aw. Pag. 128-129 55 Zie ook H. Berkhof, aw, pag. 521-522. Berkhof geeft acht kernmerkende zaken die volle realiteit zullen zijn in de voleinding. Zelfs de redeloze natuur zal in deze voltooiing betrokken worden, Rom. 8:21. 56 A van de Beek, God doet recht, Eschatologie als Christologie, pag. 69 57 A. Van de Beek, aw pag. 13 58 G. Ebeling, De geloofsbelijdenis, pogingen tot een nieuw verstaan, pag. 85 59 M. Seckler, aw. pag.80 60 A van de Beek, aw pag. 36 61 Idem bijvoorbeeld H.M. Kuitert, Het algemeen betwijfeld christelijk geloof, een herziening. (1992) 62 J. Calvijn, Institutie, Boek 3, in de vertaling van C.A. de Niet. 63 O. Jager, Het eeuwige leven, pag. 25 64 Brief aan Diognetus, Editie Apostolische Vaders 2, editie A.F. J. Klijn. 65 E. P. Meijering, Geschiedenis van het vroege Christendom, pag. 265 66 E. P. Meijering, Van Irenaeus tot Barth, pag. 34 67 A. Augustinus, Belijdenissen, 9.24 68 A. Augustinus, aw, 9.25. 69 A. Augustinus, aw 9.26 70 A. Augustinus, De Stad Gods, In de vertaling van Gerard Wijdeveld, pag. 1201 71 W. Van ’t Spijker, Eschatologie, Reformatoren, pag. 209 72 Zie uitvoeriger W van ’t Spijker,Bij Calvijn in de leer, pag. 135 ev

noten

110317 Najaar ds WVisser BW.indd 43

26-10-11 12:41

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen