Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Woorden van Calvijn over  Lucas II vers 11

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Woorden van Calvijn over Lucas II vers 11

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verder, opdat dit ons te beter zou worden verzekerd, staat er, dat Hij ons is geboren. Als de engel eenvoudig had gezegd: de Zaligmaker is geboren, lag daar reeds genoeg in om ons tot God te trekken. Maar toch zouden wij nog aanleiding hebben gehad om te wankelen, zooals wij van nature tot wantrouwen geneigd zijn, en tot geen besluit kunnen komen, als onze Heere ons niet op alle manier verzekering geeft. Het is dus geen overtollig woord, wanneer gezegd wordt: de Zaligmaker is voor ons geboren.

Hiermee wordt zooveel gezegd als: Hij geeft Zich aan ons. Hij is niet gekomen voor Zichzelf, maar voor ons welzijn en onze zaligheid, en ons blijft niets anders over dan Hem aan te nemen, aangezien de Vader gewild heeft, dat Hij de onze zou zijn. Zoo wordt ook door Jesaja gezegd: de Zoon is ons gegeven, het Kind is ons geboren. Ziet dan, dat de profeet reeds lang tevoren heeft uitgesproken, wat de reden zou zijn van de komst van Jezus Christus in deze wereld. Hij zegt, dat het Kind óns is geboren. Als hij gezegd had: het Kind zal geboren worden, dan hield dat al veel in.

Maar dat was niet genoeg geweest. Er waren nog altijd sommige tegenwerpingen te maken, en men had niet nagelaten te redetwisten: ja, al is Gods Zoon geboren, daarmee is niet gezegd, dat öns daarvan eenige nuttigheid toekomt. Maar de profeet zegt uitdrukkelijk, dat het voor ons is, dat het Kind is geboren, dat het voor ons is, dat Het is gegeven.

Nadrukkelijk wordt er nu gezegd: de Christus, de Heere is geboren in de stad Davids. Dat geschiedt weer om te bewijzen, dat hij niets nieuws zegt.

Want als de herders nooit hadden hooren spreken over den Verlosser, was dat zeer vreemd geweest, en de rede was te kort en te duister geweest, te zeggen, dat de Zaligmaker is geboren.

Maar omdat zij reeds van hun kindsheid af eenigermate gehoord hadden, dat God Zijn volk zou herstellen en er een Zaligmaker zou komen Die beloofd was, zegt hij nadrukkelijk het is Christus, de Heere. Als wilde hij zeggen: het kome u in de gedachte, dat God een koninklijke zalving bevolen heeft om te beteekenen, dat er een uitverkoren en door Hem verkozen Koning zou komen en in Zijn Naam worden aangesteld, die heel het volk zou moeten vergaderen, en dat die Koning de ware Souverein zou zijn en de band van alle vereeniging.

Weliswaar zijn onder de Wet de Koningen gezalfd geworden, maar toch was dat slechts zinnebeeld en afschaduwing; en dan, die zalving strekte zich niet uit tot heel het volk. Met Jezus Christus staan de zaken anders.

Want hier gaat het niet om zichtbare en stoffelijke olie, maar om den H.Geest. Hij heeft dan alle de gaven van den Geest Gods ontvangen. En hoe? Niet tot Zijn eigen nut, maar opdat zij over ons uitgebreid zouden worden en wij er deelgenooten van zouden zijn, een iegelijk dan naar de mate van genade, die wij putten bij dezen grooten Zaligmaker. Maar al zij dit zoo, toch heeft Hij ons allen met Zijne goederen verrijkt, naar het Hem behaagd heeft daarvan ons mee te deelen en uit te reiken. Ziet dan, met welk recht en reden Hij Christus genaamd wordt. Ziet, waarom ook wij Christenen genaamd worden, d. w. z. deelgenooten aan de geestelijke zalving, die ons in ons Hoofd is gegeven. Zijn wij dan ook heelemaal ontbloot en ledig aan den Geest Gods, dan misbruiken wij zekerlijk dezen zoo eervollen titel van Christen-zijn, omdat die ons hee­ lemaal niet toekomt. Merken wij dan wel op, dat Jezus Christus is gekomen en gezalfd geworden, d. w.z. ontvangen heeft alle volkomenheid van geestelijke goederen, opdat wij uit Zijne volheid zouden putten ook genade voor genade. Wij moeten dus komen tot deze fontein; inzien, dat wij verstoken zijn van alle goed, en dat er in ons geen enkele druppel is, maar dat wij moeten komen tot deze fontein en vrijmoedig daaruit putten, wetend, dat zij nooit zal uitdrogen. En hoe meer elk geloovige komt tot deze volheid om verzadigd te worden, des te meer zal hij wassen en er altijd voordeel van hebben. En zoo zullen ook wij ontvangen genade voor genade, d. w. z. wij kunnen niet deelen in eenige genade Gods, ten­ zij voor zoover alles gesteld wordt in onzen Heere Jezus Christus. En wij moeten geen lange omwegen maken om tot Hem te komen, want door het Evangelie spreekt Hij uit, dat Hij nog heden de onze is.

Verder moeten wij ook leeren Hem onderworpen te zijn, als wij Christenen willen zijn, d. w. z, als wij genieten willen van de goederen, die Hij ons heeft aangebracht, dan moet Hij voor ons Heer zijn, d. w. z. alle hoogheid over ons hebben. Het mag niet voorkomen, dat wij Hem niet zouden gehoorzamen, zooals ook staat in Psalm 110, dat wij Hem een vrijwillig volk zullen zijn op den dag Zijner heirkrachten. En dagelijks worden wij vermaand, als voor Gods oog te wandelen en bereid te zijn Zijn wil te volgen om te zeggen: Heere, hier ben ik, beschik over mijn persoon en over mijn goed, naar het U zal behagen. Wanneer wij dus een vrijwillig volk zijn, als God ons roept, dan zullen wij toonen en bewijzen metterdaad, dat Gods Zoon onze Heere is.

Uit: HET GEPREDIKTE WOORD Preeken van Johannes Calvijn vertaald door Ds. J.Douma en Ds, W.H.v.d.Vegt, Franeker z.j . (Deel I, blz. 163-165)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1974

De Reformatorische School | 44 Pagina's

Woorden van Calvijn over  Lucas II vers 11

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1974

De Reformatorische School | 44 Pagina's