DE "LEES-SCHRIJFHOEK" IN DE KLEUTERSCHOOL
knipsel rubriek
Ook op de De Driestar te Gouda kon men dit jaar voor het eerst de applicatiecursus voor volledig bevoegd onderwijzer volgen. Het eerste algemeen oriënterend deel is inmiddels afgerond en wordt gevolgd door het tweede meer vak-gerichte cursusjaar, wat in september D.V. weer van start gaat.
In het afgelopen cursusjaar werd er o.a. uitvoerig aandacht besteed aan het vormen
van het in de toekomst verplichte schoolwerkplan. Hierbij kwamen ook vele praktische problemen naar voren.
Zo werd op de cursusmiddag van 7 maart jl. door één van de medewerkers van de S.B.D. te Gouda enige toelichting gegeven op de schoolwerkplanontwikkelingen betreffende het Moedertaalonderwijs.
We hoorden enige algemene opmerkingen over moedertaalonderwijs zoals:
Taalonderwijs is: - onderwijs dat gericht is op het tot ontwikkeling brengen van taalvaardigheden; taalgebruiksmogelijkheden: -luisteren -spreken -lezen -schrijven
De twee perspectieven in het taalonderwijs zijn:
a. taalaktiviteiten als werkvorm - het gebruiken van taalvaardigheden (voorlezen, vertellen, gesprek)
b. ondersteunende taalaktiviteiten - het tot ontwikkeling brengen van deelvaardigheden waardoor de taalgebruiksmogelijkheden toenemen.
En een heel belangrijk uitgangspunt was:
- Het taalonderwijs zal altijd aan moeten sluiten bij het reeds aanwezige taalvermogen en taalgebruik van het kind om communicatie voor het kind mogelijk te maken.
Tenslotte kwam een konkrete invulling van het S.W.P. ter sprake, nl.
de "lees-schrijfhoek" in de kleuterschool.
Als doel werd genoemd: waarin het kind "iCZlTn ri-rSÏÏ^Sfdaa, oo* een ••popp.-.i.oe*", "bouwhoek" e.d. zijn. De benodigde materialen: -tlanelbord ' ' ' - flanelbordletters ^ ^„ ' - grote letterdozen / kleinere dozen ^^ ^ - "etiketteer-kaarten" - •• v-: - wandbordjes : ^J? S; ? iS^Èpais (Noord-Nederlandse Stempeltabriek) - letterstempels - prentenboeken . idem met etiketten - idem met korte teksten : ; r, 75ssr; ve*„*p.« ..i.-.... e...» > .oe. - diverse soorten schrij/gerei. Let wel, niet alle materialen worden in één keer aangeboden.
Het proces verloopt als volgt:
1. Spelen met letters op het flanelbord - zelf leuke figuurtjes mee maken - dezelfde bij elkaar zoeken - slingers van maken - "huisje-boompje-beestje" e.d.
2. Zinloze "woorden" samenstellen met behulp van flanelbordletters, letterdozen e.d.
- lettercombinaties worden gevormd naar eigen believen - aandacht voor het "op-eén-lijn-plaatsen" van de letters - "grote" en "kleine" woorden maken - leidster "leest" af en toe wat er "staat".
2. Zinvolle woorden samenstellen zonder eigen letterkennis
- zinvolle lettercombinaties worden gevormd; op flanelbord, in de letterdoos, met behulp van letterstempels, door "natekenen"
- uitgangspunten vormen de "eigen" naam, de etiketwoorden in de klas of uit prentenboeken e.d. - ook hier worden de woorden gelezen - op grond van spontane ontdekkingen van gelijkheid in overeenkomst van gelijke letters / klanken ontstaat een eerste prille letterkennis.
4. Zinvolle woorden samenstellen op basis van letterkennis die zich al doende steeds verder ontwikkelt
- gekende eenlettergrepige, klankzuivere woorden - eigen woorden, die fonetisch worden gevormd.
Opmerking: ai werkend ontstaat er een wisselwerking tussen het leggen van woordbeelden, 't stempelen ervan, het overtrekken van gestempelde lettertekens, het zelfstandig natekenen van letter- en woordbeelden.
5. Het zelt schrijven van eigen verhalen en die ook aan anderen kunnen voorlezen; het maken van eigen boeken.
Het beoogde, voorafgestelde doel zal door een aantal kinderen misschien op deze manier bereikt kunnen worden.
De meeste kleuters echter zullen (hoewel misschien op deze manier wel geïnteresseerd gemaakt) toch niet tot echt lezen komen.
Daar is, dacht ik, meer begeleiding en ook nog andere aanbieding voor nodig.
Natuurlijk kunnen we deze werkvorm via de lees-schrijfhoek op onze kleuterschool proberen. Als er althans de gelegenheid voor is!
Alleen één kritische opmerking: Stel dat het doel bereikt wordt en een groep kleuters komt spontaan tot lezen of zelfs schrijven; dan de volgende vraag: "Wat gebeurt er met deze kinderen als ze op de huidige lagere school komen?
Moeten ze dan niet een stap-op-de-plaats maken of zelfs een stap achteruit? "
Daar komt meteen weer een praktisch probleem om de hoek kijken.
Zoekt u mee naar een oplossing?
Marry Keijzer
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juni 1979
De Reformatorische School | 56 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juni 1979
De Reformatorische School | 56 Pagina's