Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gelezen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gelezen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Geen benul van lesgeven

Soms kunnen goed bedoelde opmerkingen hard overkomen. Dat was onlangs nog het geval toen een collega in Trouw reageerde op een opmerking van de staatssecretaris.

Wallage heeft in november vorig jaar op de universiteit van Amsterdam gesproken over de taak van de docent. Daarbij zei hij o.m.

"Het is niet zijn taak om alleen met cijfers om te gaan. Die cijfers moeten ook in een kader geplaatst worden." Die opmerking viel bij Wim Kleisen verkeerd:

Wallage geeft blijk geen benul te hebben wat lesgeven inhoudt, dat dit zes tot zeven uren dagelijks jakkeren is, zonder dat een persoonlijk gesprek mogelijk is. Na de bel staat de volgende klas weer voor de deur, of ik moet haastig naar een ander lokaal. In de pauze is er altijd wel een collega of een conrector die zegt: "Mag ik je even storen in de pauze? " En na schooltijd ben je verdoofd van vermoeidheid en zijn de leerlingen verdwenen. Je kunt dan naar huis, waar de correctie en de voorbereiding wachten. Ik moet nog een schhftelijk maken voor een klas om de leerlingen van de ernst van regelmatig leren te overtuigen.

"Die is toch maar mooi vroeg thuis", denken de mensen. Het is dan drie of vier uur. Zou Wallage nou stomweg voorlezen wat een nitwit van een tekstschrijver voor hem heeft geprint, of zou hij zelf echt niet beter weten? Die vraag speelt door me heen op weg naar huis. Enfin, hij heeft de deelnemers aan de studiedag op de UvA toch maar een goed verhaal op academisch niveau voorgeschoteld.

Onderwijs als haastwerk.

Dat levert niet de gevraagde kwaliteit op. En opnieuw een voorbeeld van de grote afstand tussen beleid en uitvoering.

(Trouw 29-11-91)

Fusiestimulering

Voorbeelden uit het HBO zijn bekend: recent nog werd bericht dat de Hogeschool Eindhoven en de Pedagogisch Technische Hogeschool Nederland samen met de Katholieke, Leergangen zullen fuseren tot een mammoetinstituut met meer dan 30.000 studenten.

In het MBO zullen, zo verwacht men, de Regionale Onderwijs Centra (ROC) eveneens tot een stevige schaalvergroting leiden.

In het V.O. is er nog steeds sprake van kleinschaligheid en redelijke evenwichtige spreiding van scholen.

Te veel scholen, zo meent de overheid. Daarom is fusie nodig, de vorming van brede scholengemeenschappen wordt krachtig gestimuleerd. Ook door de provincie. Daartoe is in Zuid-Holland het PROV gestart; het Provinciaal project Ondersteuning Voortgezet Onderwijs. Ondersteuning vooral rond fusie perikelen. Onderstaand staatje laat het scholenbestand in Zuid-Holland zien.

1. Categoriale scholen voor Mavo, Havo, Vwo of Lbo (met één sector). 2. Lbo-scholen met twee of meer sectoren. 3. Mavo/Lbo-scholengemeenschappen. 4. Havo/Vwo-scholengemeenschappen. 5. Mavo/Havo/Vwo-scholengemeenschappen (incl. 3 Mavo/Havo-scholengemeenschappen). 6. Lbo/Mavo/Havo/Vwo-scholengemeenschappen.

Er is in het streven naar brede scholengemeenschappen nog heel wat werk te doen.

Turbo-leerlingen

Als ondertitel zou ik een ouder zegswijze kunnen plaatsen: Goed voorbeeld, doet goed volgen.

Op het Zernike College in Groningen kunnen leerlingen die hun Havo-diploma behaald hebben in één jaar hun VWOdiploma behalen. Op zich niets nieuws, want het commerciële Luzaccollege biedt dat ook aan. Alleen het prijskaartje verschilt nogal. De Groningse school vraagt f. 500. De commerciële instituten 30 tot 40 keer zoveel.

Direct na de Havo-examens beginnen de lessen.

Uit deze tabel blijkt dat er nog weinig brede scholengemeenschappen zijn. Van de ongeveer 350 scholen in Zuid-Holland voldoen slechts 5 scholen aan de doelstelling van het PROV-project: een brede school met zowel AVOA/WO- als LBO-afdelingen. Er zijn ruim 200 categoriale scholen en scholengemeenschappen met alleen Lbo en Mavo. Door de verhoging van de opheffingsnorm tot minimaal 240 leerlingen komen op korte termijn al veel scholen in de problemen.

(De Brede School november '91)

Veertien uur les per week, twee uur per vak, en thuis nog liet nodige leerwerk. Als voor iedereen de zomervakantie aanbreekt, gaan de snelstromers met een pakket voor zelfstudie naar huis. Ze moeten vier weken lang elke dag vier uur huiswerk maken en mogen maar twee weken echt vakantie houden.

Op de eerste dag van het nieuwe schooljaar zijn de leerlingen van de versnelde stroom weer present. Twee dagen lang wordt het vakantiewerk doorgenomen, daarna volgen de toetsen. Pas als ze daar doorheen zijn, worden ze bevorderd naar 6 atheneum. Naast een cijfer delen de docenten plussen en minnen uit, waarmee ze hun verwachting uitspreken over het uiteindelijke resultaat als de leerling is bijgewerkt. Alleen met minimaal vier plussen word je bevorderd.

Bij de eerste schoolonderzoeken na de herfstvakantie lopen de turbo-leerlingen nog achter op de reguliere 6 atheneum-leerlingen, met kerstmis is de achterstand goeddeels ingehaald en scoren ze ongeveer gelijk. Daarna liggen de resultaten van de snelstromers zelfs hoger. '• • i.,

Hard werken is duidelijk het parool. Maar de school biedt wel iets extra's. Het 'werkschema'. Want efficiënt studeren vraagt meer dan inzet alleen. Studievaardigheden en planning zijn twee fundamentele bouwstenen. Zaken waar veel andere leerlingen niet aan toe zijn.

Tijdens het lesblok voor de grote vakantie maken ze kennis met het 'werkschema'. Alle docenten hebben op schrift gesteld wat ze die eerste zes weken in hun lessen zullen behandelen en wat er iedere les van de leerling verwacht wordt aan huiswerk of andere activiteiten. De schema's zijn samengebracht in een werkmap en op grond daarvan kan de leerling vooruit plannen. Ook voor de vakantieperiode, waarin ze geacht worden geheel op eigen kracht door de stof heen te werken, krijgen de leerlingen een werkmap mee naar huis.

Wie kan omgaan met een werkschema heeft daar later, bij vervolgstudie bijv., plezier van.

En op het Zernike College blijken ook reguliere leerlingen gevoelig te zijn voor dit instrument.

Een goed voorbeeld.

(NRC 5-12-91)

De vraag naar een goede schoo

De voorzitter van de Algemene Vereniging van Schoolleiders drs. B.J.M. Eisen is een boeiend spreker. Op de laatst gehouden jaarvergadering van de A.V.S. heeft hij daarvan weer een fraai staaltje laten horen, zo viel in Director nr. 280 te lezen. In zijn inleiding ging hij o.m. in op de vraag naar de 'criteria voor een goede school'. In een nummer van The Observer vond hij een aantal vragen, die erg eenvoudig lijken, maar bij het beantwoorden wel een duidelijk beeld geven van de schoolcultuur.

l 1. Bent u er zichtbaar welkom? Is het duidelijk waar de hoofdingang is? Lachen leraren en leerlingen wel? 2. Hoe zien de muren en de gangen er uit? Zijn er voorbeelden te zien van prestaties van de school, niet alleen in cognitief opzicht, maar ook in praktisch, sportief, kunstzinnig, creatief en karaktervormend opzicht? 3. Mag U overal komen in de school en alles bezichtigen? Zijn de jongelui beleefd? Zijn leraren en leerlingen vriendelijk tegen elkaar? 4. Is er werk van de leerlingen te zien? 5. Zijn de leraren enthousiast? 6. Spreken de directeur en de leraren in de ik-vorm of in de wij-vorm? Als ze de succes-kant van hun school beschrijven, bedoelen ze dan ook de sportieve, artistieke en karaktervormende aspecten? 7. Mogen de ouders en leerlingen kritiek leveren op de schoolrapporten? 8. Zijn er veel buitenlesactiviteiten? 9. Heeft U de schoolbieb kunnen zien? Wordt die intensief gebruikt? Staan er microcomputers? 10. Wat staat er in het schoolregelement? Zijn de schoolregels positief geformuleerd?

Probeert u voor uw school de vragen eens te beantwoorden. Welk beeld van uw school treft u aan?

(Director 280, pag.83)

W.P. van Kempen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

De Reformatorische School | 36 Pagina's

Gelezen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

De Reformatorische School | 36 Pagina's