Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het leerlingenvervoer in de picture

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het leerlingenvervoer in de picture

Rechtsgeldig

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voor diverse scholen in het reformatorisch primair onderwijs geldt dat hun leerlingen afkomstig zijn uit een groot voedingsgebied. Leerlingen van dergelijke streekscholen leggen soms lange afstanden af om op school te komen. Dag in, dag uit. In veel situaties worden de kosten van het leerlingenvervoer (deels) vergoed door de burgerlijke gemeente. Een vanzelfsprekendheid. Of toch niet?

In de wet is geregeld dat ouders een vervoersvergoeding kunnen aanvragen bij de burgerlijke gemeente. Wanneer aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan, kennen Burgemeester en Wethouders (B&W) een vergoeding toe van de noodzakelijk te achten kosten. Klinkt eenvoudig. Toch is de praktijk weerbarstiger. Want wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden? In de afgelopen decennia is menige procedure bij de rechter gevoerd om helder te krijgen of een besluit van B&W (veelal een afwijzing) wel terecht genomen is.

Dichtstbijzijnde en toegankelijke school
Eén van de wettelijke voorwaarden is bijvoorbeeld dat de kosten vergoed worden naar de dichtstbijzijnde, voor de leerling toegankelijke school. In eerste instantie dus de dichtstbijzijnde reformatorische basisschool. Maar wanneer die school niet geschikt is voor een leerling, bijvoorbeeld een leerling met een indicatie voor het speciaal basisonderwijs, wordt onder dichtstbijzijnde school verstaan de reformatorische speciale school voor basisonderwijs van het eigen samenwerkingsverband WSNS. De richting van de school (de reformatorische) wordt dus meegewogen bij de beslissing welke school de dichtstbijzijnde en toegankelijke school is.

Afstand
Omdat alle ouders van schoolgaande kinderen de taak hebben om hun kind naar school te brengen, is in de wet bepaald dat een gemeente een eigen bijdrage kan vragen aan ouders. In de praktijk komt het er vaak op neer dat de kosten van het openbaar vervoer over de eerste zes kilometer worden afgetrokken van de vervoersvergoeding. De gedachte daarachter is dus de veronderstelling dat veel ouders een aantal kilometers dienen te rijden om hun kinderen op school te brengen.

De spreiding van de reformatorische scholen brengt met zich mee dat leerlingen soms lang in de bus of taxi zitten voordat ze op school aankomen. Dit vraagt heel wat van deze leerlingen en van hun ouders. Toch kiezen ouders bewust voor het reformatorische onderwijs in plaats van voor een dichterbij gelegen protestants-christelijke school.
Ook voor gemeenten kan het forse financiële consequenties hebben. Dagelijks een taxi laten rijden naar bijvoorbeeld een reformatorisch school voor speciaal onderwijs is een kostbare zaak. In een rechtszaak is door een gemeente wel eens betwist of zij de kosten van dergelijk vervoer wel dient te betalen. Ouders worden dan door de gemeente gewezen op een dichterbij gelegen school, weliswaar van een andere signatuur. In de jurisprudentie wordt echter nog steeds de schoolkeuze van ouders betreffende de richting van de school gerespecteerd en als uitgangspunt voor de vervoersvergoeding genomen.

Onderzoek VNG
Onlangs heeft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een onderzoek onder haar leden uitgezet, dat onder meer betrekking had op het leerlingenvervoer. De uitkomsten van het onderzoek werden als volgt samen gevat: ‘De meeste deelnemers hebben in hun gemeente te maken met leerlingenvervoer naar een school van een speciale geloofsrichting of levensovertuiging. Zij vinden het niet vanzelfsprekend dat de gemeente altijd opdraait voor deze kosten.’ Ruim driekwart van de respondenten vindt dat de gemeente het welzijnsaspect (bijv. hoe lang duurt de rit van huis naar school) mag meewegen bij hun beslissing. Alsof deze afweging niet juist en met name door de ouders van de desbetreffende leerlingen gemaakt dient te worden. Daarnaast geeft 83% van de respondenten aan het redelijk te vinden dat slechts vervoer wordt bekostigd naar de dichtstbijzijnde voor de leerling geschikte school. Mijns inziens wordt hierbij het richtingaspect losgelaten. Ten slotte is driekwart van de respondenten voorstander van het instellen van een maximum afstand, waarboven geen vervoer meer wordt vergoed.

Al met al zijn deze uitkomsten best verontrustend te noemen. Het is nog niet duidelijk wat er met de uitkomsten van dit VNG-onderzoek zal worden gedaan. De VGS zal de ontwikkelingen op dit terrein nauwlettend volgen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2010

De Reformatorische School | 1 Pagina's

Het leerlingenvervoer in de picture

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 februari 2010

De Reformatorische School | 1 Pagina's