Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VRAGEN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VRAGEN.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ouderling bidden?
H. vraagt of het noodzakelijk is, dat een ouderling het gebed in de vergadering der gemeente doet, als een diaken een predikatie leest.
Die vraag zou ik bevestigend willen beantwoorden. Niet elke ouderling heeft de kracht en de bekwaamheid een predikatie voor te lezen. Het kan tot stichting der gemeente dienen, dat een ander, hetzij uit den kring der diakenen, of een gemeen lid der kerk, voorleest. Maar de ouderlingen hebben de leiding van den dienst en het is m.i. hun plicht met gebed te openen en te sluiten.

Woordelijke Inspiratie.
Door inspiratie der H. S. verstaan wij, dat de Schrift van God is ingegeven. De Profeten en Apostelen hebben niet uit zichzelf, zij het naar hun beste weten, geschreven. Dan was de Schrift geen Goddelijk maar een menschelijk boek. In 2 Tim. 3 : 16 wordt ons nadrukkelijk gezegd: „Al de Schrift is van God ingegeven". De Profeten en Apostelen zijn van God geïnspireerd.
Zij, die de Schrift niet geheel als Gods Woord aanvaarden, spreken van een zakelijke ingeving. De schrijvers zouden dan wel bevel des Heeren aangaande de zaken hebben ontvangen, waarover zij schreven, doch de woorden zouden van henzelf zijn. Zoo zou b.v. Mozes over de schepping, elk der vier Apostelen over de geboorte, over gesprekken en wonderen; over het lijden en sterven; over opstanding en hemelvaart van Christus geschreven hebben, maar elk met zijn eigen woorden, zoo hij het best vond. Deze voorstelling is geheel verwerpelijk. Gods Woord zou dan in den Bijbel zijn en niet geheel de Bijbel Gods Woord. Zoo wordt een deel van het Woord des Heeren verworpen. Wie maakt tenslotte uit, wat wel en wat niet het Woord des Heeren is? Er blijft van den Bijbel niets over.
Neen, niet een zakelijke, maar een woordelijke inspiratie hebben wij te belijden. God de Heilige Geest heeft de schrijvers des Bijbels van woord tot woord ingegeven wat zij schrijven moesten. „Indien iemand afdoet van de woorden des boeks dezer profetie. God zal zijn deel afdoen uit het boek des levens en uit de heilige stad, en uit hetgeen in dit geschreven is". (Openb. 22 : 19). Elk woord in den Bijbel van Gen. 1 tot Openb. 22 is van God ingegeven.
Toch waren de schrijvers geen machines. De woordelijke ingeving is niet mechanisch, maar organisch. Een schrijfmachine schrijft getrouw de letters af, die worden aangeraakt, maar heeft geen bewustzijn van wat geschreven wordt. De Heilige schrijvers des Bijbels waren echter geen machines. De Heere schonk hun niet alleen bewustzijn van wat zij schreven en gebruikte niet alleen als middel wat zij zelf onderzocht hadden (Luc. 1 : 3), maar deed hen welbewust schrijven. Zij deelden in de droefheid van het oordeel, dat zij hadden aan te zeggen zoowel als in de blijdschap van het heil in Christus, dat zij mochten prediken. Zij werden ook geleid naar den aanleg hun door God gegeven. De brieven van Paulus, om slechts een voorbeeld te noemen, dragen een ander karakter dan die van Petrus en van Johannes. De personen zijn uit hun geschriften te kennen. En toch hebben zij geen woord geschreven dat hun van God niet is ingegeven.
Mochten wij verwaardigd worden geheel den Bijbel als Gods Woord te eeren en te verwerpen alles wat zich tegen dat Woord openbaart, hoe geleerd het ook schijnen moge. En bovenal heilige de Heere Zijn Woord aan onze harten, en geve Hij de vrijmakende kracht der Waarheid ons te ervaren. Wij zouden dan met David zeggen:
Hoe zoet zijn mij Uw redenen geweest.
Geen honig kon 't gehemelt' beter smaken.

Predikanten in algemeenen dienst?
X. te L. meent, dat de predikantennood ware op te lossen, als de leeraren geen eigen gemeente hadden, maar al de kerken op beurt dienden. Zoo het nu is, moeten de gemeenten (volgens X) maar afwachten tot het den leeraar goeddunkt eens een vacante gemeente te komen dienen en loopt het vast met de bediening van Doop en Avondmaal.
Om met het laatste te beginnen, dat is niet juist. De leeraren zijn verplicht de gemeenten in hun classe te dienen. De consulentschappen worden verdeeld; en de consulent heeft in de eerste plaats te zorgen, dat de sacramenten worden bediend. Dat hangt niet van het goeddunken des leeraars af, maar is plicht, dien de leeraren t.o.v. de vacante kerken te vervullen hebben.
Ook is het wel voorgekomen, dat leeraren werden gezonden, om de kerken onder het kruis te dienen, d.w.z. kerken, die vanwege de vervolging nog geen eigen leeraar konden beroepen.
Maar de regel van Gods Woord mag nimmer verlaten, waarnaar de plaatselijke kerk een eigen leeraar heeft. Zoo staat geschreven niet alleen van de gemeenten (let op het meervoud) van Dalmatie, maar ook van de zeven gemeenten die in Klein-Azië zijn. En elk dezer gemeenten had een opziener, engel genaamd. Het zou aan het heil der kerk niet bevorderlijk zijn, zoo van dezen regel werd afgeweken.
De gemeenten, die het voorrecht hebben van een eigen leeraar te bezitten, hebben echter de vacante kerken te gedenken. Ik mag hierbij nog wel voegen, dat de gemeenten niet mogen klagen over den ijver der leeraren onder ons, van wie er velen schier dag aan dag prediken, en dat zelfs bij het hoog klimmen hunner jaren. Och, of het den Heere behaagde hun getal te vermeerderen, en de dienende leeraren te bekrachtigen tot bloei der kerk en bovenal tot eere van Zijn Naam.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 april 1935

De Saambinder | 4 Pagina's

VRAGEN.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 april 1935

De Saambinder | 4 Pagina's