Westminster Catechismus.

Vr. 32. Hoe wordt de genade Gods geopenbaard in het tweede verbond?
Antw. De genade Gods wordt in het tweede verbond hierin geopenbaard, dat Hij om niet een Middelaar daarstelt en aan zondaren aanbiedt, en het leven en de zaligheid door Hem; en daar het geloof noodig is als een voorwaarde voor hen om deel aan Hem te hebben, belooft en geeft Hij Zijn Heiligen Geest aan al Zijn uitverkorenen, om dat geloof, tezamen met alle andere zaligmakende genaden, in hen te werken en hen te bekwamen tot alle heilige gehoorzaamheid, als een bewijs van de oprechtheid van hun geloof en dankbaarheid aan God, en als de weg, dien Hij hun verordend heeft tot zaligheid.
Vr. 33. Werd het verbond der genade altijd op een en dezelfde wijze bediend?
Antw. Het verbond der genade werd niet altijd op dezelfde wijze bediend, maar de bedieningen van hetzelve onder het Oude Testament verschilden van die onder het Nieuwe Testament.
Vr. 34. Hoe werd het verbond der genade bediend onder het Oude Testament?
Antw. Onder het Oude Testament werd het verbond der genade bediend door beloften, profetieën, offeranden, de besnijdenis, het pascha, en andere typen en instellingen, die alle Ohristus (Die toen nog komen moest) voorbeeldden, en die voor dien tijd genoegzaam waren om de uitverkorenen op te bouwen in het geloof in den beloofden Messias, door Wien zij toen volkomen vergeving der zonde en eeuwige zaligheid hadden.
Vr. 35. Hoe wordt het verbond der genade bediend onder het Nieuwe Testament?
Antw. Toen, onder het Nieuwe Testament, Christus, het „wezen", was daargesteld, werd hetzelfde verbond der genade bediend — en zoo moet het nog bediend worden — door de prediking des Woords, en de bediening der sacramenten van Doop en Avondmaal, waarin genade en zaligheid ten toon gespreid worden aan alle natiën met meer volheid, klaarheid en krachtdadigheid.
Vr. 36. Wie is de Middelaar van bet verbond der genade?
Antw. De eenige Middelaar van het verbond der genade is de Heere Jezus Christus, Die, de eeuwige Zone Gods zijnde, van hetzelfde wezen en evengelijk met den Vader, in de volheid des tij ds mensch geworden is, en derhalve was en tot in eeuwigheid blijft God en mensch in twee volkomen, onderscheiden naturen en één Persoon.
Vr. 37. Hoe is Christus, zijnde de Zone Gods mensch geworden?
Antw. Christus, de Zone Gods, werd mensch door het aannemen van een waar lichaam en een redelijke ziel, door de kracht des Heiligen Geestes ontvangen zijnde in de baarmoeder der maag Maria, uit haar vleesch en bloed, uit haar geboren, doch zonder zonde.
Vr. 38. Waarom moest de Middelaar God zijn
Antw. De Middelaar moest God zijn, opdat Hij de menschelijke natuur zou kunnen ondersteunen en bewaren van te bezwijken onder den oneindigen toorn Gods en de macht des doods om waardij en krachtdadigheid bij te zetten aan Zijn lijden, gehoorzaamheid en voorbede; en om aan Gods gerechtigheid te voldoen. Zijn gunst te verwerven. Zich een ejgen volk te verkrijgen hun Zijn Geest te schenken, al hun vijanden te overwinnen en hen tot de eeuwige zaligheid te brengen.
Vr. 39. Waarom moest de Middelaar mensch zijn?
Antw. De Middelaar moest mensch zijn, opdat Hij onze natuur zou verhoogen, gehoorzaamheid zou volbrengen aan de wet, zou lijden en voor ons bidden, in onze riatuur; . en medelijden zou hebben met onze zwakheden; opdat wij de aanneming tot kinderen verkrijgen zouden en vertroosting zouden hebben en toegang met vrij moedigheid tot den troon der genade.
Vr. 40. Waarom moest de Middelaar God en mensch zijn in één persoon?
Antw. De Middelaar, Die God en mensch zou verzoenen, moest zelf izoowel God als mensch zijn en dat in één persoon, opdat de werken, die aan elke natuur eigen zijn, Gode aangenaam zouden zijn voor ons, en wij ons daarop, als de werken van den geheelen Persoon, zouden verlaten.
Vr. 41. Waarom wordt onze Middelaar Jezus genaamd?
Antw. Onze Middelaar werd Jezus genaamd omdat Hij Zijn volk zalig maakt van hun zonden.
Vr. 42. Waarom wordt onze Middelaar Christus genaamd?
Antw. Onze Middelaar wordt Christus genaamd, omdat Hij gezalfd vs^as met den Heiligen Geest boven mate, en alzoo afgezonderd en geheel en al toegerust met alle gezag en bekwaamheid om de ambten van profeet, priester en koning Zijner Kerk uit te oefenen, zoowel in den staat Zijner vernedering als in dien Zijner verhooging.
Vr. 43. Hoe oefent Christus het ambt van een profeet uit?
Antw. Christus oefent het ambt van een profeet uit, door aan de Eerk door alle eeuwen heen door Zijn Geest en Woord, op velerlei wijze van bediening, den geheelen wil van God te openbaren in alle dingen hun opbouwing en zaligheid betreffende.
Vr. 44. Hoe oefent Christus het ambt van een priester uit?
Antw. Christus oefent het ambt van een priester uit, door Zichzelven eenmaal ontstraffelijk Gode op te offeren, om een verzoening te zijn voor de zonden van Zijri volk, en door Zij; voortdurende voorfoidding voor hen.
Vr. 45. Hoe oefent Christus het ambt van een koning uit?
Antw. Christus oefent het ambt van een koning uit, door Zich een volk uit de wereld te roepen, en hun ambtsdragers, wetten en censuren te geven, door welke Hij hen zichtbaar regeert; door Zijnen uitverkorenen zaligmakende genade te verleenen, hun gehoorzaamheid te j beloonen en hen te kastijden om hun zonden, hen te bewaren en te ondersteunen onder al hun verzoekingen en lijden; al hun vijanden te beteugelen en te overwinnen, en alle dingen krachtiglijk te besturen tot Zijn eer en hun ten goede en ook, door wraak te oefenen over de overigen, die God niet kennen en het Evangelie niet gehoorzaam zijn.
Vr. 46. Wat was de staat van Christus' vernedering?
Antw. De staat van Christus' vernedering was die lage staat, waarin Hij om onzentwil. Zich ontledigende van Zijn heerlijkheid, de gestaltenis eens dienstknechts aannam in Zijn ontvangenis, en geboorte, leven, dood, en na Zijn dood tot aan Zijn opstanding.
Vr. 47. Hoe heeft Christus Zich vernederd in Zijn ontvangenis en geboorte?
Antw. Christus heeft Zich vernederd in Zijn ontvangenis en geboorte, doordat het Hem, Die van alle eeuwigheid de Zone Gods was in den schoot des Vaders, behaagd heeft, in de volheid des tijds de Zoon des menschen te worden, geworden uit een vrouw van lagen staat, en uit haar geboren te worden onder verschtillende omstandigheden van meer dan gewone vernedering.
Vr. 48. Hoe heeft Christus Zich vernederd in Zijn leven?
Antw. Christus heeft Zich vernederd in Zijn leven, door Zich onder de wet te stellen, die Hij volkomen heeft vervuld, en door het hoofd te bieden aan den smaad der wereld, de verzoekingen van satan en de zwakheden Zijns vleesches, hetzij zoodanige, die de natuur des menschen eigen zijn, of dezulke die meer in het bijzonder met dezen Zijn lagen staat gepaard gingen.
Vr. 49. Hoe heeft Christus Zich vernederd in Zijn dood?
Antw. Christus heeft Zich vernederd in Zijn dood, doordat Hij, nadat Hij door Judas verraden was, door Zijn discipelen verlaten, door de wereld bespot en verworpen, door Pilatus veroordeeld en door Zijn vervolgers gepijnigd; nadat Hij ook den strijd had gehad met de verschrikkingen des doods en de machten der duisternis, en het gewicht van Gods toorn had gevoeld en gedragen, Zijn leven heeft afgelegd tot een schuldoffer voor de zonde, verdragende den smartelijken, smadelijken en vervloekten dood des kruises.
Vr. 50. Waarin bestond Christus' vernedering na Zijn dood?
Antw. Christus' vernedering na Zijn dood bestond hierin, dat Hij begraven is en in den staat der dooden en onder de macht des doods gebleven is tot den derden dag, hetwelk anders uitgedrukt wordt met deze woorden: „Nedergedaald ter helle”.
Vr. 51. Wat was de staat van Christus' verhooging?
Antw. De staat van Christus' verhooging omvat Zijn opstanding, hemelvaart. Zijn zitten aan de rechterhand des Vaders, en Zijn wederkomst om de wereld te oordeelen.
Vr. 52. Hoe is Christus verhoogd in Zijn opstending?
Antw. Christus is verhoogd in Zijn opstanding, in dat Hij geen verderving gezien heeft in den dood (van welken het voor Hem niet mogelijk was gehouden te worden) en dat Hij, hetzelfde lichaam hebbende waarin Hij geleden heeft, met deszelfs wezenlijke eigenschappen (doch zonder sterfelijkheid en andere gemeene zwakheden, die tot dit leven behooren) waarlijk vereenigd met Zijn ziel, ten derden dage door Zijn eigen kracht opgestaan is van de dooden, waardoor Hij Zichzelven bewezen heeft de Zone Gods te zijn, aan de Goddelijke gerechtigheid genoeg gedaan te hebben; den dood en hem die het geweld des doods had te hebben overwonnen, en over levenden en dooden te heerschen. Dit alles deed Hij als het representeerend Verbondshoofd van Zijn Kerk tot hun rechtvaardigmaking, levendmaking in de genade, ondersteuning tegen vijanden, en om hen te verzekeren van hun opstanding uit de dooden ten laatsten dage.
Vr. 53. Hoe werd Christus verhoogd in Zijn hemelvaart?
Antw. Christus werd verhoogd in Zijn hemelvaart, doordat Hij, nadat Hij na Zijn opstanding menigmaal aan Zijn Apostelen verschenen was, en met hen gehandeld had, sprekende met hen over de dingen die het Koninkrijk Gods aangaan en hun last gevende om het Evangelie te prediken aan al de volkeren, veertig dagen na Zijn opstanding, in onze natuur en als ons Hoofd, triumfeerende over vijanden, zichtbaar opgevaren is in de hoogste hemelen, om daar gaven te nemen om uit te deelen onder de menschen; onze genegenheden derwaarts te trekken, en een plaats voor ons te bereiden, waar Hij Zelf is en blijven zal tot Zijn tweede komst aan het einde der wereld.
Vr. 54. Hoe wordt Christus verhoogd in Zijn zitten aan de rechterhand Gods?
Antw. Christus wordt verhoogd in Zijn zitten aan de rechterhand Gods, hierin, dat Hij als God-mensch verheven is tot de hoogste gunst bij God den Vader, met alle verzadiging van vreugde, heerlijkheid en macht over alle dingen in den hemel en op aarde; en Zijne Kerk vergadert en beschermt, en hun vijanden onderwerpt; Zijn dienstknechten en volk toerust met gaven en genaden, en voor hen bidt.
Vr. 55. Hoe bidt Christus voor hen?
Antw. Christus bidt voor hen, door geduriglijk in onze natuur voor den Vader in den hemel te verschijnen in de verdienste van Zijn gehoorzaamheid en offerande op aarde, verklarende dat het Zijn wil is, dat dezelve (verdienste) toegepast worde aan alle geloovigen; alle beschuldigingen tegen hen beantwoordende, en verkrijgende voor hen vrede der consciëntie, niettegenstaande dagelijksche tekortkomingen; toegang met vrijmoedigheid tot den troon der genade, en genadige aanneming van hun personen en verrichtingen.
Vr. 56. Hoe zal Christus verhoogd worden in Zijn wederkomst om de wereld te oordeelen?
Christus zal verhoogd worden in Zijn wederkomst om de wereld te oordeelen, hierin, dat Hij Die onrechtvaardig veroordeeld en schuldig verklaard werd door goddelooze menschen, ten laatste dage zal wederkomen in groote kracht en in de volle openbaring van Zijne en van Zijns Vaders heerlijkheid, met al Zijn heilige engelen, met een geroep, met de stem des Archangels en met de bazuin Gods, om den aardbodem rechtvaardiglijk te oordeelen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen