Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het recht van verzet¹)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het recht van verzet¹)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In ons vorig artikel schreven we naar aanleiding van een artikel van C. T. in „Ons Eigen Blad" (r.k.) reeds over het natuurrecht als juridische basis voor het verzet tegen de vorst. In de verzetshteratuur der Monarchomachen (= vorstbcstrijders) komt dit natuurrechtelijk element telkens naar voren. Men vond deze Monarchomachen zowel bij Protestanten als R.K. Velen van hen bouwden deze theorie op: oorspronkelijk leefden de mensen in een staatloze toestand. Dit bracht op den duur bezwaren met zich mee: men gevoelde zich niet veilig; in een strijd van allen tegen allen dreigde men onder te gaan. Hugo de Groot veronderstelde, dat het meer de drang naar gemeenschapsvorming was, die de los van elkaar staande individuen er toe bracht, bij verdrag zich aanéén te sluiten en één uit hen, de sterkste, tot vorst aan te stellen met nauwkeurig omschreven verplichtingen. Bij dit verdrag verplichtte het volk zich die vorst te gehoorzamen, tenzij hij het verdrag schond. In dat geval zou hij afgezet en veroordeeld worden. Dit „gezagsverdrag" werd als dogma in de staats­ leer geproclameerd en als rechtsgrond voor alle staatkundig gezag aangenomen. Het natuurrecht was het middel daartoe. „Men nam aan, " zo zegt Gierke, „dat de lex naturahs ^) reeds vóór het ontstaan van de staat gold en dat hieruit onmiddellijk de rechtsbeginselen vloeiden, waaraan de staat de mogelijkheid té danken had, dat zijn bestaan een juridische basis had. En men leerde verder, dat de normen van het natuurrecht zowel boven de paus als boven de keizer, boven de heerser als boven het volk stonden; dat wet noch regeringsdaad, volksbesluit noch gewoonterecht de door het natuurrecht vastgestelde grenzen mocht overschrijden, dat alles, wat in strijd was met de eeuwige en onvergankelijke beginselen van het natuurrecht, volmaakt nietig was en voor niemand bindend."

Niet alleen verzet tegen, maar zelfs moord op een vorst werd door vele R.K. Monarchomachen geoorloofd geacht. Mariana, een Spaans Jezuiet, noemde de sluipmoord op Hendrik III van Frankrijk door de Dominikaner monnik . Clément „een edele en gedenkwaardige daad".

'Belangrijker voor ons zijn de Protestantse Monarchomachen. Hiertoe behoorde o.a. Beza, waarschijnlijk de schrijver van „Du droit des magistrats sur leurs sujets" **). In 't kort is de inhoud hiervan het volgende: Ontaardt een wettige koning in een tyran, dan heeft een particuliere burger niet het recht zich actief te verzetten, dulden of emigreren is dan de leus. Des te meer recht en phcht hebben de magistratus inferiores (hertogen, graven, markiezen, baronnen enz.). (Hier sluipt een natuurrechtelijk element in, daar dit geen steun vond in het positieve, bestaande recht.) Hij acht het echter beter, dat het verzet uitgaat van

de magistratus populares of de Staten. Ook Schotland had zijn vorstbestrijders. Dat men ze vooral in Frankrijk en Schotland vond, is historisch verklaarbaar. De St. Bartholomeus-nacht van 1572, bij welke massamoord zelfs de Koning leiding gaf en het optreden van koningin Maria Stuart in Schotland gaven daartoe genoeg aanleiding. Ook John Knox erkende het recht tot verzet. Fel

was hij in zijn optreden, getuige de titel van één zijner geschriften: „The first blast of the trumpet against the monstrous regiment of women" ^). Geen grenzen kent hij in dat verzetsrecht, ook de enkeling mag afzonderlijk tegen het gezag opstaan. Vergelijken we Calvijn met de andere Protestantse Monarchomachen, dan is er overeenstemming echter slechts in zoverre zij zich baseren op het posiiteve recht dier dagen en evenals Calvijn uitgaan van het verzetsrecht der Staten (magistrates populares). Vele Monarchomachen waren echter niet van natuurrechtelijke smetten vrij, n.l. dan, wanneer zij aan de magistrates inferiores, aan andere verbanden dan de Staten, of zelfs aan de enkehng het verzetsrecht toekenden. Hierbij vonden ze geen steun in beschreven wetten of verdragen maar in gevolgtrekkingen, door de rede uit de wezenlijke natuur van de mens gemaakt.

In dit natuurrechtelijk deel van hun motieven ligt een aanrakingspunt met de revolutionnaire leer van het contract social ^) van Rousseau, met de Franse Revolutie dus. Men onderscheide dus goed: dit aanrakingspunt bestaat slechts in het on-calvinistische in de geschriften der Monarchomachen. Overigens is de tegenstelling tussen hen en de Franse Revolutie hèt best te typeren met de volgende uitspraken: „My traveil is, that both, princes and subjects, obey God"") (John Knox). Hiertegenover staat het „Ni Dieu, ni maïtre" '') van de Franse Revolutie.

R. O.

1) In dit artikel zijn indertijd gemaakte aantekeningen verwerkt uit een brochure van Prof. v. Schelven, waarvan de titel mij helaas ontschoten is.. 2) Natuurwet. 3) „Van het recht der magistraten over hun onderdanen". *) „De eerste trompetstoot tegen de'Sionsterachtige vrouwenregering". ^) Maatschappelijk verdrag. S) „Mijn streven is, dat beiden, vorsten en onderdanen, God gehoorzamen". '') „Geen God, geen meester".

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 januari 1948

De Saambinder | 4 Pagina's

Het recht van verzet¹)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 januari 1948

De Saambinder | 4 Pagina's