Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerknieuws

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerknieuws

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beroepen te Kampen: H. Rijksen te Vlaardingen.

Begrafenis van ouderling Joannes de Kok te Middelburg

Zaterdag 25 Mei werd onder grote belangstelling het stoffelijk overschot van ouderling Joannes de Kok ten grave gedragen.

Om 11 uur had een samenkomst plaats in het kerkgebouw aan de Segeerstraat. Ds. L. Rijksen van Rotterdam-W. opende deze vergadering met het laten zingen van Psalm 102 : 11 en 16 en het lezen van 2 Oor. 5 : 1—10, waarna hij voorging in gebed. Na herinnerd te hebben aan de vele werkzaamheden, die de overledene vooral in het kerkelijke, doch ook in het politieke leven mocht verrichten, nam spreker tot uitgangspunt 2 Tim. 4 : 7 en 8. Naar aanleiding daarvan bepaalde hij zijn gehoor bij „Paulus' geloofsverwachting".

Paulus was door genade verwaardigd geworden de goede strijd te strijden. Elk mens heeft een strijd op aarde, naar er is zo'n onderscheid welke strijd wij strijden. Degenen, die door Goddelijke genade uit de dood in het leven worden overgezet, worden tot de geestelijke strijd geroepen. Die strijd is reeds aangekondigd in de moederbelofte (Gen. 3 : 15). Die strijd kan zo zwaar zijn en als de kerk niet gesterkt werd in die strijd, zou zij gans en al omkomen. Maar daarbij is er ook nog een ambtelijke strijd, ook voor de ouderlingen en diakenen, die in de ambteHjke bediening worden ingezet. Daarom is het zo'n voorrecht, als wij achter Hem door genade mogen aankomen. Die zegt: „Volg Mij". Hij gaat hen voor in de strijd. Paulus zegt ook: „De heb de loop geëindigd". Hoe gelukkig is het, door Goddelijke genade tot die loop te worden aangenomen, om Hem daarin te volgen in de arbeid ons opgelegd.

„Ik heb het geloof behouden". Van nature is de mens vol ongeloof. Maar nu is dat geheim zo groot, dat God Zelf, door wederbarende genade, het geloof inplant en in oefening stelt, opdat dat volk enerzijds ervare: „Zonder Mij kunt gij niets doen', maar anderzijds het ook mogen inleven, dat Hij nooit laat varen de werken Zijner handen. „Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid, weUce mij de Heere, de rechtvaardige Rechter, in die dag geven zal". Terwijl zij in zichzelf waardig zijn onder het oordeel, in de banden en boeien eeuwig te verzinken, mogen zij die kroon der rechtvaardigheid ontvangen. Zij mogen uit genade, op grond van recht, die kroon des levens ontvangen, die Hij hen verworven heeft, ja, zij zullen in Zijn gemeenschap daarmede gekroond, in heerlijkheid eeuwig pralen.

Ik ben er echter van overtuigd, aldus spreker, dat ook onze geliefde broeder, toen hij zijn ogen mocht opslaan in heerlijkheid en die kroon ontvangen heeft, hem ook neergeworpen heeft voor de voeten van het Lam, uitroepende: „Gij zijt waardig te ontvangen alle lof, eer, aanbidding en dankzegging, wamt Gij hebt ons Gode gekocht met Uw bloed en daarom zijn wij voor de troon".

Dat volk wordt ook gunnend voor een ander, want Paulus zegt ook: „En niet alleen mij, maar ook allen, die Zijn verschijning hebben liefgehad". Hoe mocht dit ook in onze geliefde broeder worden opgemerkt. Na nog enige persoonhjke troostwoorden tot de weduwe en de verdere familie, tot de kerkeraad en de gemeenlte van Middelburg te hebben gericht, eindigde Ds. Rijksen zijn toespraak met het laten zingen van Psalm 89 : 7.

Inmiddels beklom Ds. P. Zandt, Ned. Herv. predikant te Delft, de kansel. Hij sprak, als voorzitter van de Staatkundig Gereformeerde Partij onder meer van de vele arbeid, die de overledene in de loop van zijn leven, door de onwederstandelijke en krachtdadige genade Gods, die hem ten deel was gevallen, ook voor de S.G.P. heeft mogen verrichten. Genade geeft altijd twee dingen, die niemand missen kan ter zaligheid: Godskennis en zelfkennis. Die genade maakte de heer de Kok eenvoudig en hield hem nederig. Wij beleven donkere dagen, aldus spreker, waarin Gods geboden met voeten vertreden worden, terwijl helaas zo vaak een wolk over Sion hangt en Jakob dun geworden is. Ook het sterven van onze vriend de Kok is hiervan een voorbeeld. De rechtvaardige wordt weggeraapt voor de dag des kwaads, en wié let er op? Ook Ds. Zandt sprak enkele woorden van deelneming tot de weduwe en de overige familieleden. Tenslotte het hij nog zingen Psalm 72 : 11 en eindigde hij op verzoek met dankgebed.

Nadat de familie en de genodigden in de volgauto's hadden plaats genomen, begaf de stoet zich grafwaarts. Bij de geopende groeve werd allereerst het woord gevoerd door Ds. A. Verhagen van Gouda. Onze gedachten, aldus spreker, worden teruggevoerd naar het verleden. We hebben veel samen doorleefd en samen doorworsteld, maar we mochten ook samen ondervinden de onveranderlijke trouw Gods. Grote gaven had de Heere onze broeder gegeven, om leiding te geven in het midden van Zijn kerk. Doch met dat alles bleef hij een klein en afhankelijk mens. die zichzelf niet op de voorgrond stelde.

Wij kunnen met jaloersheid in zijn graf nederzien. Die kroon, die hij nooit verdiend en nooit verworven heeft, is hem uit genade gegeven. Wij willen de mens niet vereren, maar toch mogen wij dé genade Gods, aan hem geschonken, niet verbergen. Het past ons Gods genade te erkennen voor het vele, waartoe hij is ge- 1 bruikt geworden, ook in het midden van Zijn kerk. De gemeenten van Middelburg, Borssele en Nieuwdorp zullen weten, dat God hem gesteld heeft in de ambtelijke bediening. Hij heeft zijn bloed mogen vrijmaken van degenen, die aan zijn zorgen waren toebetrouwd. De familie werd toegewenst, dat zij getroost zou wor­ den met die vertroostingen, die voor niemand te Idem zijn.

Daarna sprak ouderling A. de Priester namens de kerkeraad en de gemeente van Middelburg. Hij zeide onder meer: Dikwijls hebben wij afscheid van hem genomen en nu moeten wij afscheid nemen van zijn stoffelijk overschot. Wat zou het groot zijn, als het geen afscheid voor altijd zou zijn. Gods kinderen zien elkander nooit voor het laatst. Hier nemen zij afscheid van elkander, maar straks zullen zij zonder zonde eeuwig met elkander God verheerlijken. Spreker herinnerde er aan, hoe de overledene vooral op het laatst van zijn leven veel strijd gehad heeft, zowel uit- als inwendig. Hij werd als een diamant van God geslepen. Maar nu is hij verlost. God heeft hem welgedaan. En nu mogen wij geloven, dat hij met dé palmtakken in de hand, de kroon voor de voeten van het Lam mag neerwerpen. Bïirgemeester D. Kodde, ouderling der gemeente Zoutelande, sprak nog enkele woorden namens de S.G.P. in Zeeland, en als vriend. Ook hij sprak er van, welk een grote plaats de overledene ook in het politieke leven had ingenomen. We mogen wel zeggen: „Weet ge niet, dat er heden een vorst, ja een grote gevallen is? " De Heere geve het ons te leren bukken en buigen voor Hem, Die toch waardig is geëerd en gevreesd te worden.

Ds. L. Rijksen verzocht daarna, mede namens de familie, te zingen Psalm 68 : 2. Na het zingen van dit vers werd de kist in de groeve neergelaten. Tenslotte dankte de schoonzoon, de heer M. C. de Visser, de sprekers en alle belangstellenden, voor de laatste eer aan de overledene bewezen.

M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 1957

De Saambinder | 4 Pagina's

Kerknieuws

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 mei 1957

De Saambinder | 4 Pagina's