Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

IN MEMORIAM Ds Jacob Bastiaan Bel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

IN MEMORIAM Ds Jacob Bastiaan Bel

VERSLAG VAN DE BEGRAFENIS VAN Ds. J. B. BEL TE KRABBENDIJKE

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

17 februari 1893 - 15 juli 1959

Ontroerend was de ontstellende tijding, die woensdagavond 15 juli j.l. door het land ging, dat Ds. Bel, betrekkelijk nog geheel onverwachts, door de Heere was afgelost en naar wij zo van harte geloven mogen, de heerlijkheid was ingegaan. Wel was hij de laatste tijden erg zwak en werden zijn krachten kennelijk gesloopt door de ernstige hartkwaal, die hij had, doch dat hij zo spoedig nog zou worden weggenomen, zal wel niemand hebben gedacht. De laatste paar dagen leed hij schrikkelijke hoofdpijnen, en woensdagmorgen konstateerden zijn behandelende doktoren een bloeduitstorting in de hersenen, waardoor hij ook het bewustzijn geheel verloor en des avonds ongeveer zes uur al overleed. Ds. J. B. Bel werd op 17 februari 1893 geboren. In het jaar 1927 steldde Heere het plotseling overlijden van zijn zwager als middel om hem krachtdadig uit de dood tot het leven te roepen, waarbij hem de woorden maar steeds vervolgden: „Waar zult gij zijn in d© eeuwigheid? " Het behaagde de Heere Zich verder in hem te verheerlijken met Zijn genade, - door hem niet alleen zijn verloren staat te doen inleven, doch ook door Zijn ontsluitende en toepassende beweldadiging, die in Christus is, hem in Zijn schuldovememende genade te doen roemen. In diezelfde tijd bond de Heere de roeping tot het uitdragen van Zijn Woord in het midden der gemeenten krachtdadig op het hart. Hoe onbekwaam hij zich daartoe ook gevoelde en hoe onmogelijk het voor hem was, dit ooit te kunnen doen, kon hij deze roeping echter niet langer weerstaan en werd hij in 1938 na het onderzoek van het Curatorium tot de Theologische School toegelaten. Een onvergetelijke tijd is dit voor hem geweest, waarin hij echter de ondersteuning en hulp des Heeren menigmaal kennelijk ervaren mocht. In 1942 werd hij beroepbaar en uit de vele beroepen, die hij ontving, werd Dirksland zo op zijn hart gebonden, dat hij zich aan deze gemeente geven mocht en daar in de volle bediening van Woord en sakramenten dan ook door de konsulent. Ds. W. C. Lamain, bevestigd werd. Deze gemeente heeft hij met al de liefde van zijn hart mogen dienen en is daar ook voor velen ten zegen geweest.

De bewogenheid van de oorlog heeft hij ook daar medegemaakt en toen veel mogen doen om vandaar uit in de hongergebieden voedsel te brengen. In 1947 is hij gedurende drie maanden naar de Verenigde Staten van Amerika geweest en heeft hij vele Amerikaanse gemeenten mogen dienen. In 1949 leidde de weg des Heeren hem echter naar Krabbendijke, waar hij tot het laatst van zijn leven werkzaam mocht zijn. Opmerkelijk was, dat temidden van de vele beroepen, die hij kreeg, het steeds de jeugd was, die hem als het ware vasthield. Zelfs de laatste dag in zijn leven, vóór hij zijn bewustzijn kwijt was, wilde hij nog zijn bed uit, daar hij meende te moeten katechiseren. Nu is hij niet meer. Wij zullen in de samenleving hem zeer missen. In al zijn arbeid, ook voor de zending en emigratie, gaf hij zich met geheel zijn hart. Ook leefde hij altijd zeer mede met de opleiding op de Theologische School, daar het welzijn van Gods kerk hem nauw op het hart gebonden lag. De Heere sprak echter: „Het is genoeg". Zijn werk was hier óp aarde ten einde en God nam hem op in heerlijkheid, om het loon der getrouwe dienaren te ontvangen. De Heere schenke ons tezamen met jaloersheid hem na te staren, en Hij sterke zijn weduwe en ondersteune haar en geve de kinderen in de voetsporen van hun vader te mogen wandelen, opdat Zijn Naam in de geslachten worde groot gemaakt. Ook schenke de Heere te ervaren, dat Hij hem niet in Zijn ongenoegen uit Zijn gemeente wegnam, doch naar Zijn raad en welbehagen, en de ledige plaats in de ambtelijke bediening op Zijn tijd weer in Zijn gunst vervullen wil. * * *

VERSLAG VAN DE BEGRAFENIS VAN Ds. J. B. BEL TE KRABBENDIJKE

Op maandag 20 juli werd onder grote belangstelling het stoffelijk overschot van Ds. J. B. Bel te Krabbendijke ten grave gedragen. Om half één werd in de kerk een rouwdienst gehouden, waarin Ds. L. Rijksen van Rotterdam-W. de leiding had.

Ds. Rijksen liet bij de aanvang zingen )Psalm 103 ; 8 en 9; hij las Psalm 77 en ging- voor in gebed. Daarna schetste hij eerst in korte trekken het leven van de overledene. Tot uitgangspunt werd gekozen Psalm 77 : 14: „O God! Uw weg is in het heiligdom; wie is een groot God gelijk God? " De dichter van deze Psalm, aldus spreker, verkeerde in nood. Hij begeerde echter in de raadselachtige wegen onder God te bukken. Ja, het werd hem vergund met het oog des geloofs buiten zichzelf te blikken en zich de Heere toe te betrouwen. Toen mocht hij uitroepen: „O God! Uw weg is in het heiligdom". Met „Uw weg" worden beoogd al de leidingen des Heeren in de weg van Gods voorzienigheid. De Heere immers is de Bestuurder van ons lot en de Beschikker van ons leven, niet alleen in het persoonlijke leven, doch ook in dat van Zijn kerk en ambtsdragers. „Uw weg is in het heiligdom", dat wil zeggen: in het verborgen, in het duister; dat is: wat door ons niet te bezien of verstandelijk nagegaan kan worden. Het heiligdom was echter de plaats, waar de ark stond, waar de Heere woonde boven het verzoendeksel, in de Schegina, daar was Zijn genadetroon en verheerlijkte Hij Zich in Christus in al de leidingen van Zijn volk. Die weg des Heeren met Zijn volk is een wonderlijke weg. Hij trekt de Zijnen uit de dood en zet hen in het leven. Die weg loopt uit de stad des verderfs naar het hemelse Jeruzalem. Hoe wonderlijk zijn ook Zijn leidingen in heel hun leven. Zie deze ook in het leven van onze geliefde overleden ambtsbroeder. Is het wonder, als daar iets van wordt ingeleefd, dat de dichter uitroept: „Wie is een groot God gelijk God? " Daar vallen alle andere goden bij weg! De Heere heeft niet van node van enig mensenkind gediend te worden, maar het is Zijn verlustiging, om door de diepte van de val Zich te verheerlijken in Zijn Goddelijke genade, die in Christus is, in zulken, die zich moeten leren kennen als voorwerpen des toorns, maar die Hij voor Zijn rekening wil nemen en in volmaakte herstelling in Zijn gemeenschap eeuwig zal doen delen. Wat is onze broeder dan toch gelukkig, nu 'hij eeuwig in die gemeenschap mag verkeren! Zich tot de weduwe richtend, sprak Ds. Rijksen onder meer: Het scheiden is zwaar, want de vleselijke band wordt doorgesneden. De Heere doe het u ervaren in al uw smart, dat Hij het is. Die u nooit verlaat en Die getuigt: „Uw Maker is uw Man; Heere der heirscharen is Zijn Naam".

De kinderen werden vermaand in de vreze des Heeren te wandelen en nodig te hebben, dat de God van hun vader ook hun God mocht zijn. Na nog enkele woorden van troost en verlating gesproken te heibben tot de kerkeraad en de gemeente van Krabbendijke, sloot Ds. Rijksen de bijeenkomst in de kerk met het laten zingen van Psalm 68 : 8 en gebed. 

Onder voortdurend klokgelui, trok de lange rouwstoet door de straten van Krabbendijke, om de overleden predikant naar zijn laatste rustplaats te brengen. \ Op het kerkhof aangekomen, werd, nadat de 'kist in de groeve was neergelaten, eerst het woord gevoerd door Ds. P. Honkoop van Yerseke, namens de classis. Hij sprak onder meer: Wat zien wij toch Gods Woord weer bevestigd: „Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren". Ds. Bel is niet meer; hij stierf. Maar nochtans leeft hij. Nu wandelt hij in de gouden straten van het hemelse Jeruzalem. Daar zal hij tot in alle eeuwigheid van al zijn bekommernissen, van zijn moeite, van zijn kruis verlost mogen zijn. Wat zou het nu groot zijn, als de Heere het woord, dat hij gesproken heeft, heiligen, wilde aan veler harten. Ds. W. Hage van Middelburg sprak namens de Partikuliere Synode Zuid en het Curatorium der Theologische School, waarin Ds. Bel ook zitting had. Hij herinnerde hoe Ds. Bel in dit gewest bijna tien jaar werkzaam was geweest. En wat was dan de inhoud van zijn prediking? Vrije genade; om niet gezaligd, alleen omdat God het wil! Maar zal het wel zijn, dan is het nodig, dat die leer van vrije genade in onze ziel onderwerpelijk wordt verklaard en toegepast door Gods lieve Geest. De Heere vervulle de ledige plaats en betone Zijn weldadigheid krachtens Zijn eeuwig verbond. Namens de burgerlijke overheid sprak burgemeester Cnossen woorden van deelneming tot de familie, de kerkeraad en de leden van de gemeente. Ouderling G. van Velzen sprak namens de kerkeraad en de gemeente van Krabbendijke en verzocht de aanwezigen te zingen Psalm 68 : 2 (nieuwe berijming). Tenslotte dankte de jongste zoon van de overledene, de heer A. Bel, voor het meeleven en de betoonde belangstelling.

S. de V.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1959

De Saambinder | 4 Pagina's

IN MEMORIAM Ds Jacob Bastiaan Bel

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1959

De Saambinder | 4 Pagina's