Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KORT KOMMENTAAR

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KORT KOMMENTAAR

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als een predikant met zijn kerkeraad zich losmaakt van een bepaald kerkverband krijgt hij o zo gemakkelijk de naam van scheurmaker. Zo heeft men Ds. De Cock een scheurmaker genoemd. Men vergeet echter, dat het nooit de bedoeling van Ds. De Cock geweest is om een scheur te veroorzaken. Integendeel, hij wilde reformatie binnen de kerk, die in groot verval geraakt was. Hij kwam op voor de zuivere waarheid en voor de beginselen der Reformatie, en keerde zich tegen de geest van modenisme. Zo noemde hij de Evangelische gezangen „een geheel van 192 sirenische minneliederen". Het gevolg was, dat heel de kerk zich tegen hem stelde. Hij werd geschorst en met afzetting bedreigd. Toch heeft Ds. De Cock tot het uiterste de band aan de officiële kerk vastgehouden. Uiteindelijk kon dat echter niet meer. Zo werd de akte van Afscheiding en Wederkering ondertekend.

Iets dergelijks heeft zich voorgedaan in Arnhem, waar Ds. J. C. van Raavenswaay met zijn kerkeraad zich genoodzaakt zag het kerkverband van de Christelijke Gereformeerde Kerk te verlaten. Het is te betreuren, dat het zover komen moest. Het was evenwel te voorzien. Al geruime tijd ondervond Ds. Van Raavenswaay tegenstand in zijn gemeente, omdat verschillenden zijn prediking te „zwaar" vonden. Men ergerde zich eraan, dat het stuk der ellende telkens naar voren werd gebracht. Ongeveer 50 van de 363 leden kwamen uiteindelijk niet meer naar de kerk. De classis Apeldoorn besloot begin dit jaar in te grijpen. Er moest in Arnhem een tweede gemeente komen, onder leiding van de kerkeraad van Doesburg nog wel, waar dan des zondags predikanten zouden voorgaan, die het niet zo nauw nemen met het stuk der ellende en wat water in de wijn doen.

Vanzelfsprekend hadden Ds. Van Raavenswaay en zijn kerkeraad ernstige bezwaren tegen deze gang van zaken. Als er een tweede gemeente in één plaats gesticht moet worden, is dat de taak van de moedergemeente en niet van de classis. Bovendien als de gemeente maar 363 leden telt, moet er dan een tweede gemeente gesticht worden? Ds. Van Raavenswaay kon het dan ook niet toestaan, dat de classis elke zondag een tweede predikant in Arnhem zou laten preken. En wat de inhoud van de prediking betreft, zouden er twee of meer waarheden zijn? Ds. Van Raavenswaay kent geen onderscheid tussen „zware" en „lichte" prediking, maar alleen tussen schriftuurlijke en onschriftuurlijke.

Een breuk was onvermijdelijk. In „Kerknieuws" vonden wij een verklaring, afgelegd door Ds. Van Raavenswaay namens de kerkeraad, waarin uiteengezet wordt, waarom de kerkeraad besloot het kerkverband te verbreken. De volgende punten worden genoemd: a. het niet meer in alle Christelijke Gereformeerde Kerken ten volle naar voren brengen van de drie „stukken" van het geloof, met name het „stuk der ellende", waardoor aan de schriftuurlijke en reformatorische leer wordt tekort gedaan; b. het in meerdere Christelijke Gereformeerde Kerken vervangen van de schriftuurlijk-bevindelijke prediking door een eenzijdig-voorwerpelijke verkondiging van het Woord; c. het toestaan door de Generale Synode van „De Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" van het gebruik van de nieuwe Bijbelvertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap; d. het toestaan door de Generale Synode van „De Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" van het beproeven van de nieuwe psalmberijming; e. het toestaan door de Generale Synode van „De Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" van het toekennen van het aktieve vrouwenkiesrecht; f. het vrijgeven van de Generale Synode van „De Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" van een nieuwe redaktie voor de kerkelijke formulieren; g. het medewerken door de classis Apeldoorn van , , De Christelijke. Gereformeerde Kerken in Nederland" aan de vestiging door de Christelijke Gereformeerde Kerk te Doesburg van een tweede plaats van samenkomst binnen de kerkelijke grenzen van de Christelijke Gereformeerde Kerk te Arnhem.

De kerkeraad heeft overeenkomstig artikel 37 van de „Kerkorde van de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" de gemeente geraadpleegd in een speciaal voor deze zaak belegde vergadering met de gemeente, welke vergadering in de kerkdienst op de zondagen 30 maart en 6 april j.l. is aangekondigd met vermelding van het desbetreffende besluit. De betreffende vergadering van de kerkeraad met de gemeente is op 8 april j.l. gehouden en in de na afloop van die vergadering gehouden vergadering van de kerkeraad, heeft deze, gelet op bedoelde raadpleging, voormeld besluit tot verbreking van het verband met „De Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland" gehandhaafd.

Omdat inmiddels de classis Apeldoorn van de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland besloten had de kerkeraadsleden van Arnhem, die voor het besluit tot uittreding hadden gestemd, te schorsen op grond van openbare scheurmaking, wordt verder in de verklaring van Ds. Van Raavenswaay uiteengezet, waarom de geschorste kerkeraadsleden de schorsingen nietig hebben beschouwd.

Wij zullen daar niet verder op in gaan. Het is echter jammer en te betreuren, dat het zover komen moest. Immers de Christelijke Gereformeerde Kerken zijn ook, evenals de Gereformeerde Gemeenten, kerken der Afscheiding; nauw verwant aan Ds. de Cock. En is het dan niet droevig, dat de Christelijke Gereformeerde Kerken de schriftuurlijke en reformatorische beginselen van de Afscheiding steeds meer loslaten? Het behoeft ons niet te verbazen, dat degenen, die deze beginselen lief hebben, het in zulk een kerkverband steeds benauwder krijgen. De besluiten van de synode veroorzaken bij hen gewetenskonflikten.

Om slechts één ding te noemen. De synode heeft de vrouw stemrecht gegeven. Wat moet nu een predikant en kerkeraad, die principieel tegen het vrouwenkiesrecht is, doen, als op een ledenvergadering ook vrouwen aanwezig zijn en van hun stemrecht gebruik willen maken?

Stelt men hen daartoe in de gelegenheid, dan doet men zijn geweten geweld aan, doch verbiedt men het, dan kan een klacht ingediend worden, omdat men zich van het synodebesluit niets aantrekt. Zo stapelen de moeilijkheden zich op. En als er dan een scheuring ontstaat, wie heeft die dan veroorzaakt? Het zou te wensen zijn, dat men terugkeerde tot de oude paden, doch daar zal het wel niet toe komen. De modernistische geest laat zich geen halt meer toeroepen. Inmiddels ligt hier ook voor onze gemeenten een ernstige waarschuwing, om op onze hoede te zijn. Het is niet te verwachten, dat de geest van modernisme onze gemeenten sparend voorbij zal gaan.

Het vermanend woord van de apostel Petrus is in onze dagen meer dan ooit op zijn plaats: En het einde aller dingen is nabij; zijt dan nuchteren en waakt in de gebeden.

Amersfoort

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 mei 1969

De Saambinder | 4 Pagina's

KORT KOMMENTAAR

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 mei 1969

De Saambinder | 4 Pagina's