Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE VERKONDIGING VAN HET EVANGELIE AAN ARMEN (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE VERKONDIGING VAN HET EVANGELIE AAN ARMEN (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En den armen wordt het Evangelie verkondigd, en zalig is hij die aan Mij niet zal geërgerd worden." Matth. 11 : 5c.

Johannes de Doper was door Herodes in de gevangenis gezet. De stem, die eenmaal het Lam Gods had aangewezen, zou in bloed gesmoord worden. Johannes had Herodes bestraft, vanwege de bloedschande met Herodias de huisvrouw van zijn broeder. Johannes moest zijn belijdenis, beleven: „Hij moet wassen, ik minder worden", het ging echter door een weg die tegen vlees en bloed was. Er is dan ook veirschil tussen belijden en beleven. Misschien was Johannes ook troosteloos en moedeloos. In ieder geval moesten de discipelen van Johannes af naar de Heere Jezus toe. Hij stuurde twee van zijn discipelen tot Jezus met de vraag: „Zijt Gij degene die komen zou, of verwachten wij een andere? " Inplaats van met de wan, zoals Johannes sprak, kwam Christus, goeddoende, zieken werden genezen, en doden werden opgewekt. Het antwoord van Jezus is^ zowel tot nadenken voor Johannes' discipelen, als tot bemoediging van Johannes zelf. Gaat henen, boodschapt Johannes, weder, hetgeen gij hoort en ziet. Jezus zegt niet: „Boodschapt, dat Ik het waarlijk ben". Ook niet: „Ik zal Johannes verlossen uit de gevangenis, maar: Boodschapt wat gij hoort en 'ziet. Wat hoorden en zagen zij ? Wel, blinden werden ziende, en de kreupelen wandelden, melaatsen werden gereinigd en doven hoorden, de doden werden opgewekt, en de armen werd het Evangelie verkondigd.

Het gaat dus in de tekst over de verkondiging van het Evangelie, de bekendmaking van de blijde boodschap aan gevallen mensen. De inhoud van het Evangelie is de eeuwige verkiezing Gods. Het welbehagen Gods in Christus. De verzoening door voldoening wordt gepredikt in de wereld. Het eeuwige verbond Gods, de onderhandelingen tussen de Vader en de Zoon in de raad des vredes, en de volvoering en de toepassing van het verbond en de zaligheid die wordt geopenbaard. Christus, de Parel van het Evangelie wordt voorgesteld in Zijn dierbare Middelaarsgraveerselen. Zijn bloedgerechtigheid en plaatsbekledend werk en bediening is het heil dat geschonken wordt in het hart van verloren zondaren. O, wonderlijke verkondiging, vijanden worden met God verzoend en als een vuurbrand uit het vuur gerukt. Sion wordt door recht verlost en goddelozen worden teruggebracht in Gods gemeenschap, en dat door het bloed des Verbonds. Ze worden uit de kuil zonder water uitgelaten. Je^us zegt: „en de armen wordt het Evangelie verkondigd". Die verkondiging was er reeds in het O.T. Onmiddellijk werd het Evangelie verkondigd door God Zelf aan Adam. Adam was in de schepping het grote kapitaal in handen gegeven. Hij heeft echter alles doorgebracht, en wij in hem. Rampzalige val, diepe ellende en schrikkelijke ballingschap. Doorbrengers zijn wij, vijanden van God en haters van onze naaste, en daarbij zijn wij totaal verarmd.

Adam werd gedagvaard en stond bevende voor zijn Rechter. Neen, geen vijgeblad kon hem bedekken, de Heere rukte het af. Door de werken der wet zal in der eeuwigheid geen vlees voor God gerechtvaardigd worden. Wie kan voor het aangezicht des Heeren bestaan? Genade werd geopenbaard en het Evangelie werd verkondigd in de moederbelofte. Gen. 3:15. Aan Adam en zijn vrouw werd genade bewezen, in Christus. De eeuwige raad Gods in het zaligen van zondaren, door de diepte van Adams val, werd door God Zelf gepredikt. De Heere bewees ook genade aan doodschuldigen en bevestigde dat in de zending van Zijn Zoon. Joh. 3 : 16. Het werd verkondigd aan Abraham naar Paulus' woord in Gal. 3 : 8, aan en door Mozes in Deut. 18. Door de schaduwen predikte de Heere, dat er zonder bloedstorting geen vergeving is. De profeten verkondigden wet en Evangelie. Ook Johannes de Doper kwam met de strenge wetsprediking, doch hij wees tevens op het Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt.

In onze tekst is het duidelijk dat Jezus Zelf als de grootste Profeet het Evangelie verkondigde. Het was voorzegd in Jesaja 6l. Hij verkondigde het Evangelie, doch bevestigde dat ook, door Zijn Priesterlijke bloedstorting, waardoor de Heere de overtreding Zijner erfenis voorbijgaat. Hij gedenkt in der eeuwigheid aan Zijn verbond. Het Evangelie is verkondigd door de apostelen en evangelisten, en het wordt nog verkondigd door herders en leraars. De volmaking van het lichaam van Christus is er op de jongste dag. Tot zolang 'wordt het Evangelie verkondigd, met ernst en met aandrang. De apostel Paulus zei tot de Joden: „Tot u is het Woord dezer zaligheid gezonden". Het is nu de welaangename tijd, de dag der zaligheid. Jezus zegt duidelijk tot de boden van Johannes dat de armen het Evangelie wordt verkondigd.

Armen, dat zijn bezitlozen, die alles door eigen schuld verloren hebben. Het hoogste goed, dat is, God en Zijn zalige gemeenschap dat hebben wij verloren. We zijn voorwerpen van Gods toorn en onder het vonnis van de drievoudige dood. We liggen op de vlakte van het veld, vertreden in ons geboortebloed, verdoemelijk voor God. Met de hel en de dood hebben wij een yast verbond gemaakt, en een voorzichtig verdrag. Wij zijn onwillig en onmachtig ten goede. En het allerergste is, dat wij dat van nature niet voelen. We zijn rijk en verrijkt en hebben geen dings gebrek. De wetenschap van onze jammerlijke ellende ontbreekt ons. Hoe zorgeloos zijn we omtrent onze eeuwige belangen. Velen gaan op in deugd en plicht als de rijke jongeling. Anderen rusten op wat gemoedelijkheid en zijn daardoor vermoedelijke hemelburgers, Inplaats van een ootmoedige bedelaar te zijn, zijn we dan hoogmoedige bedelaars. Het schijnbezit brengt niet als een totaal bezitloze en rampzalige aan Gods voeten. Daarom is er ook geen plaats voor de boodschap van het Evangelie. Wat zullen we met Jezus doen, als we nog eigen kooppenningen hebben. Niet de bespreking van het onbekeerd zijn, maar de beleving daarvan, maakt rampzalig voor God. Nodig is dus armmakende genade.' Comrie zegt: Het zaligmakend geloof maakt arm. Het leert de rijkdom in een Ander. Het is de Geest Gods die de zondaar arm maakt, door overtuiging van zonde, gerechtigheid en oordeel.

Hij is de Geest der uitbranding en ontlediging, der ontgronding en ontbloting. De Geest gebruikt daartoe de wet. Rom. 3 : 20. De Geest leert door ontdekking dat we tienduizend talentponden schuld hebben, dat we steeds nieuwe schulden daarbij voegen en niets hebben om te betalen. Krachtens de ingestorte liefde hijgt de zondaar naar God en probeert de schulden te voldoen door zelfheiliging en zelfverlossing. De Geest gebruikt de wet in haar geestelijkheid en uitgebreidheid, en laat zien de bodemloze put van onze diepe ellende. Wij zijn erfelijk schuldig krachtens onze bondsbreuk in Adam. De wet , eist niet de goedwilligheid van de zondaar, maar volmaakte gehoorzaamheid. De schuldeisers worden allen losgelaten, grijpen de zondaar bij de keel, en zeggen: „Betaal mij' wat ge schuldig zijt".

Totaal verarmd leert de zondaar zich kennen, de dood en de rampzaligheid verdiend. Onze Catechismus spreekt van welverdiende straf, en de arme zondaar zegt: „De ben, o Heere, Uw gramschap dubbel waardig". Het arm gemaakt worden is niet enig besef hebben van onze armoede, maar een totaal verarmd zijn. O, die eeuwige scheiding tussen God en de ziel. Die innerlijke, zielsdoorpriemende smart, tegen God gezondigd en Gods gunst te moeten missen. Naakt voor God te staan zonder enige bedekking. Ziet op de voorbeelden uit Gods Woord. Een op de heup kloppende Efraïm, een kirrende en piepende Hiskia, een ontledigde Kanaanese vrouw en een uit de nood krijtende stokbewaarder. Woordeloze verzuchtingen gaan op naar boven. Bange .bestrijdingen brengen hen in bange diepten. De satan zegt: uw berouw is Juda's berouw en uw tranen zijn Ezau's tranen. Velen denken als een huichelaar te zullen openbaar komen. De Heere steekt met hen af naar de diepte. Zalig worden wordt steeds onmogelijker, en toch houdt God hen staande, en trekt ze met koorden van goedertierenheid en touwen der liefde. De bemoedigingen ontbreken niet. Ze krijgen meer verborgen ondersteuning dan ze zelf weten. De Geest werkt de armoede en leert onfeilbaar dat het eigen schuld is. Hij doet dat opdat ze zichzelf zouden afkeuren en God zouden goedkeuren, al zou Hij hen voor eeuwig verdoemen.

Die armen wordt het Evangelie verkondigd. De blijde boodschap des heils wordt hen bekendgemaakt. Ze zijn geschikte voorwerpen voor het Evangelie. Zulke armen vervult God met Zijn heil. Hij vertroost hen met de beloften van het Evangelie. Hij legt een belofte in het hart. Dat kan Hij doen door krachtig door Zijn Geest een belofte uit het Woord in de ziel te leggen. Hij kan het ook doen door het horen of het lezen van het Woord. Ze worden dan voedsel toegereikt en scheppen moed. Het is voor velen veel te groot, en de bestrijdingen blijven dan ook meestal niet uit. Wat doet de Geest nu? Hij houdt ze arm door hen buiten hope te brengen, opdat geopend worde de Deur der Hope in het dal van Achor. Hier wordt gezien de rijkdom in Hem, die zondaren zalig maken kan. Welk een wonder in de stand van het genadeleven. Het is als een beker koud water op een vermoeide ziel. O, als de Zaligmaker aanschouwd wordt met het geloofsoog en bij aanvang Zijn persoon geopenbaard wordt, dan is er vervulling, vrede en zaligheid. Dan wordt Jezus dierbaar, beminnelijk, gepast en bovenal noodzakelijk. Dan worden de werkzaamheden anders, ze gaan uit naar die dierbare Persoon. Aan armen wordt het Evangelie verkondigd.

Krabbendijke

 (Wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juni 1973

De Saambinder | 4 Pagina's

DE VERKONDIGING VAN HET EVANGELIE AAN ARMEN (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juni 1973

De Saambinder | 4 Pagina's