Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het theologische eigene van de Gereformeerde Gemeenten in de  Gereformeerde gezindte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het theologische eigene van de Gereformeerde Gemeenten in de Gereformeerde gezindte

8 minuten leestijd

Is er eigenlijk wel reden om dankbaar te herdenken hoe nu zeventig jaar geleden het kerkverband van de Gereformeerde Gemeenten mocht ontstaan? Zouden we niet veeleer wat verlegen moeten staan met een „eigen kerkverband", waaraan zo nadrukkelijk-de historische naam van „Gereformeerde Gemeenten" is gegeven? Dat zijn vragen die zich ongetwijfeld aan ons opdringen, wanneer bijzondere aandacht voor het kerkhistorisch gebeuren van 1907 gevraagd wordt. Daarom moeten we ons rekenschap geven van ons bestaan, ja van het recht en de noodzaak van, ons zelfstandig bestaan en voortbestaan. '

GEREFORMEERD!

Aan dit woord hechten we grote betekenis. We willen deze aanduiding in onze naam niet prijsgeven. Die naam dragen we met een besef van ons voorrecht en onze verantwoordeüjkheid. De naam: „Gereformeerd" getuigt van Gods bewaring van Zijn Kerk. Toen deze immers in de duisternis van het roomse bijgeloof dreigde onder te gaan, heeft God Zelf Zijn kerk gereformeerd. Daar legt de geschiedenis vaïi de kerk zeer duidelijk getuigenis van af. We zien daarin bevestigd wat in de Nederlandse Geloofsbelijdenis art. 27 beleden wordt: „En deze heilige kerk wordt van God bewaard, of staande gehouden' tegen het woeden der gehele wereld; ...".

De leer en het leven zijn in die tijd weer onder de tucht van het Woord Gods geplaatst. Onze behjdenisgeschriften spreken een duidelijke taal. Daarin spreekt de kerk na wat God in Zijn Woord heeft geopenbaard. En bij die in de Heilige Schrift en in de daarop gegronde gereformeerde belijdenis van de goddelijke waarheid willen we als kerk blijven. Om deze leer ging het ook in de Afscheiding van 1834, toen deze leer tegenover het Modernisme mocht hooggehoiiden en gehandhaafd worden. Daarom was er geen sprake van het formeren van een „andere" kerk, maar van het blijven bij de oude Gerefonneerde kerk en het zioh afscheiden van hen, die van die kerk waren afgeweken. Dit geheel in overeenstemmrag met wat in diezelfde geloofsbeUjdenis in art. 28 uitgesproken wordt: „... onderhoudende de enigheid der kerk, zich onderwerpende aan haar onderwijzing en tucht, de hals buigendie onder het juk van Jez: us Christus, en dienende de opbouwing der broederen, naar de gaven die him God verleend heeft, als onderling lidmaten eens zelfden üchaams. En opdat dit te beter onderhouden zou kunnen worden, zo is het ambt aller gelovigen, volgens het Woord Gods, zich af te scheiden van degenen, die niet van de kerk zijn, en...".

Vanuit de overtuiging niets anders te hebben willen beogen dan te bHjven bij de oude Gereformeerde kerk in ons land en bij het Gereformeerd belijden hebben de Kruisgezinden liever het kruis van vervolging en miskenning gedragen, dan de naam Gereformeerd prijs te geven om een koninklijke vrijheid te verkrijgen. Men verkoos te blijven wat men altoos geweest was: Gereformeerd in beUjdenis en leven. Bij onze bezinning op het theologische eigene van onze Gereformeerde Gemeenten zal dat niet mt.het oog mogen worden verloren. We willen Gereformeerd zijn m oude klassieke betekenis van het woord; in leer, leven en kerkregering. Niet meer, maar ook niet minder.

NADERE REFORMATIE

In het begin van de zeventiende eeuw laat zich in de kerk van ons land een krachtig streven waarnemen om met de eis van Gods Woord voluit ernst te maken. Zowel in het persoonlijke en huiselijke, alsook in het kerkelijke en maatschappelijke leven.

Het is rnet genoeg om „Gereformeerd" te heten, zonder „Gereformeerd" te zijn. En waarlijk „Gereformeerd" zijn, kan alleen in de weg van waarachtige persoonlijke wedergeboorte en bekering. Een reeks van mannen, die door Gods genade toegerust waren met godsvrucht en wetenschap hebben daarop in hun predildng en geschriften de volle nadruk gelegd. Ze dringen ernstig aan op het onderzoek van het hart en het leven, en de vrucht van de heiliging zal de oprechtheid van het zaligmakende geloof moeten openbaren.

Eén van de eersten in deze reeks is de bekende hofprediker van prins Wülem van Oranje, Jean Taffin, die in één van zijn bekendste werken „De mercktekenen der kinderen Gods" opwekt om aan de hand van deze kentekenen hart en leven te toetsen. In hetzelfde spoor zijn velen na hem gegaan. Taffin leefde van 1528- 1602. A. Comrie en Th, van der Groe" leven in de achttiende eeuw. Zij hébben op hun wijze op deze merktekenen gewezen. Zo schreef A. Comrie zijn „Verhandeling van eenige eigenschappen des zaligmakenden geloofs", waarvan de ondertitel vermeldt: „Zijnde een Verklaring en Toepassing van verscheidene uitgeknipte teksten des Ouden en Nieuwen Testaments, In welke" de zorgeloozen en Tijdgeloovigen worden ontdekt, gewaarschuwd en uitgelokt, om het leven buiten zich in een aangeboden Jezus te zoeken. De wegen en gevallen, in welke God Zijn volk brengt, .worden voorgesteld, en de oefening en kracht des geloofs dl'aarin verklaard. De gemoedsgevallen en zwarigheden der kleingelovigen worden opgelost, en zij volgens de kenmerken vermaand himnen staat I

vast te houden en naar vermeerdering'des geloofs te staan." ^

TJi. van der Groe schreef zijn verhandehng over: „Het ware zaügmakende geloof", waarin omstandig gehandeld wordt over de niodige voorbereidselen, wezenlijke eigenschappen en onafscheidelijke vruchtgevolgen."

Deze godgeleerden hebben op de werken van de grote Reformatoren met kennis van zaken teruggegrepen. Toen in hun tijd het Modernise me zich reeds nestelde in imiversiteiten en kerken, hebben zij gewaarschuwd tegen de geest van „de Verlichting", die aan hef menselijk verstand zo'n grote plaats toekende en waarbij het werk van de drieëiiige God in de prediking en zielszorg steeds meer naar de achtergrond gedrongen werd.

Maar ook onderkenden zij in de rechtzinnige kringen ontsporingen van het gereformeerde belijden in de leerstukken van geloof en wedergeboorte, rechtvaardigkig en heiliging. Hun waarschuwingen zijn in het geheel van de kerk niet ter harte genomen. Ten laatste dreef men hen, die in de kerk bij de leer van de Reformatoren wilden blijven, uit, zoals in de Afscheiding ook gebeurde.

Wanneer nu naar het „theologische eigene" van de Gereformeerde Gemeenten een onderzoek gedaan wordt, ter gelegenheid van de herdenking van de vereniging van kruisgeziaden en Ledeboerianen in 1907, kxmnen we niet beter doen dan naar met name A. Cbmrie te verwijzen, die door zijn geschriften een geweldige invloed heeft uitgeoefend en nog uitoefent. Hij legde bijzondere nadruk op de inplanting door het geloof in Christus. Deze inplanting in of vereniging met Christus is de alle ware geestelijke werkzaamheden voorafgaande daad Gods, die in de inwendige, onwederstandelijke roeping .van de mtverkorenen plaatsgrijpt. Tegenover een eenzijdig de nadruk leggen op de pHcht des geloofs, waarbij met de staat van geestelijke onmacht van de onwedergeboren zondaar niet of nauwelijks gerekend wordt, legde Comrie in zijn tijd de voUe nadruk op deze nood5: akeUjke daad Gods, die naar Gods vrijmachtig welbehagen verheerlijkt wordt in de van God tot het eeuwige leven verkorenen. Grote aandacht wordt besteedt aan

HET WERK VAN DE DRIE-ENIGE GOD

a. De verkiezing van de Vader

Het heil vloeit voort uit de bron van Gods eeuwige verkiezing. In het spoor van deze getrouwe Gods-gezant wordt ook in de Gereformeerde Gemeenten naar die fontein heengewezen. En vanzelfsprekend niet op een zodanige wijze alsof Gods verkiezing de gemeente tot vertwijfeling aan de mogelijMieid van de zaligheid leiden moest. Integendeel. In de prediking vain deze goddelijke verkiezing wordt de mogelijkheid van het zalig worden aangewezen; niet als een mogelijkheid van de zijde van de mens, maar als een mogeUjkheid van Gods zijde. Wat immers bij de mensen onmogelijk is, is mogelijk bij God, omdat Hij tot Zijn eeuwige eer Zichzelf verheerlijken zal in het behouden van geheel verloren zondaren, die Hij daartoe soeverein verkoos. In de prediking van de mannen, die het „eigene" van de Gereformeerde Gemeenten mede bepaalden zult gè het laten opkomen van het heil „vanuit de eeuwigheid" aantreffen. Natuurlijk zijn er onderscheidingen; die waren er en die zijn er. De prediking van ds. Ledeboer was ondfersdheiden van die van de eerste „kruisgezinden", maar niet fundamenteel. Zo preekte Van de Oever anders dan ds. Fransen; ds. G. H. Kersten anders dan ds. J. Fraanje, maar hoe onderscheiden naar gaven en inzichten, in de prediking van hen aUen vindt ge een loflied op eeuuwige verkiezende liefde. -

En deze prediking, zo nauw zich" aansluitend bij wat Calvijn in het licht stelde en na hem vele anderen, heeft de prediking tot op deze dag bepaald. Maar niet minder wordt in de prediking gewezen op:

b. Het borgwerk van de Zoon.

Aan de Zoon, Die tot de uitvoering van Gods welbehagen is geroepen, moet die eer gegeven worden, die Hem toekomt. 'Hij verwierf als het Hoofd van het verbond der genade, dat de drie-benige God met Hem van eeuwigheid aanging, alles wat tot de zaligheid van de uitverkorenen nodig is. Hij volbracht al de voorwaarden van het Verbond en Hij verkreeg al de beloften van dat Verbond. Hij volbracht Gods wet en voldeed Gods recht; Hij baande de doortocht van Gods liefde en genade. In Hem en Zijn middelaarswerk is vervuld: „Gerechtigheid en gericht zijn de vastigheden van Gods troon; goedertierenheid en waarheid gaan voor uw aanschijn henen." (Psalm 89 : 15).

Overgenomen uit: „Alleen uit Hem en door Hem".

(Wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 mei 1979

De Saambinder | 8 Pagina's

Het theologische eigene van de Gereformeerde Gemeenten in de  Gereformeerde gezindte

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 mei 1979

De Saambinder | 8 Pagina's